De lijstencombinatie: terug van weggeweest?

DINSDAG 27 AUGUSTUS 2019 Het kabinet heeft eind juni officieel gereageerd op het advies van de staatscommissie parlementair stelsel (Remkes). Het kabinet denkt onder andere na over een grotere regionale binding tussen kiezer en volksvertegenwoordiger, zodat meer kiezers buiten de Randstad zich kunnen herkennen in hun volksvertegenwoordigers. Over enkele maanden verschijnt hierover een kabinetsvoorstel. Misschien wordt daarin ook voorgesteld om lijstencombinaties bij Tweede Kamerverkiezingen mogelijk te maken. Dat laatste is opmerkelijk, want de mogelijkheid van lijstencombinaties heeft lange tijd bestaan en is pas twee jaar geleden afgeschaft. Wat is een lijstencombinatie, ook wel lijstverbinding genoemd, en welke wettelijke regels golden daar twee jaar geleden voor?

AFSPRAAK TUSSEN POLITIEKE PARTIJEN Een politieke partij doet mee aan de verkiezingen voor de Tweede Kamer door middel van een kandidatenlijst. Van elke partij die meedoet staat de kandidatenlijst op het stembiljet. De lijstencombinatie of lijstverbinding is gebaseerd op een afspraak tussen politieke partijen. Die afspraak is vóór de verkiezingen gemaakt. Partijen gebruiken de lijstencombinatie om meer zetels binnen te halen, met hetzelfde aantal stemmen; hieronder wordt uitgelegd hoe dat werkt. Twee, drie of zelfs nog meer partijen kunnen met elkaar een lijstencombinatie aangaan. Uit het stembiljet blijkt welke partijen dat gedaan hebben. De kiezer blijft gewoon zijn stem uitbrengen op de kandidaat van één van de partijen/lijsten; het is dus niet zo dat hij stemt op de lijstencombinatie.

OP ALLE STEMBILJETTEN Alleen een partij waarop overal in Nederland kan worden gestemd, mag een lijstencombinatie aangaan. De partijen bij een lijstencombinatie moeten overal in Nederland op het stembiljet staan.

IN NIET MEER DAN EEN LIJSTENCOMBINATIE Een partij mag slechts van één lijstencombinatie deel uitmaken. Een partij die deze regel overtreedt, maakt achteraf gezien van geen enkele lijstencombinatie deel uit!

EEN ZETEL ZELFSTANDIG BINNENHALEN Elke partij bij een combinatie moet op eigen houtje genoeg stemmen hebben gehaald voor één zetel. Op elke lijst van de combinatie moet dus voldoende stemmen zijn uitgebracht voor het zelfstandig binnenhalen van een zetel. De partij die dat niet lukt, is uiteindelijk toch geen deel van de lijstencombinatie. De stemmen die op zo’n partij zijn uitgebracht worden niet meegeteld bij de combinatie. De combinatie zal het dus zonder de stemmen moeten doen die op die partij zijn uitgebracht. Voor heel kleine partijen – die heel weinig stemmen verwachten – loont het daarom niet om met elkaar een lijstencombinatie aan te gaan, in de hoop om op die manier in elk geval voor één van hen een zetel binnen te halen. Evenmin loont het voor een grotere partij om met een of meer heel kleine partijen een lijstencombinatie aan te gaan, in de hoop op die manier een extra zetel voor zichzelf binnen te halen. Maar: uiteraard kan het electoraat heel anders stemmen dan verwacht!

EEN (OF MEER) EXTRA VOLLE ZETELS De lijstencombinatie leidt ertoe dat de stemmen die op de deelnemende partijen zijn uitgebracht bij elkaar worden opgeteld. Vervolgens wordt berekend hoeveel volle zetels dit oplevert voor de combinatie. Dat kunnen meer zetels zijn dan wat die partijen op eigen houtje zouden hebben binnengehaald. In de praktijk worden op een partij namelijk altijd meer stemmen uitgebracht dan nodig is voor het halen van een of meer volle zetels. Het aantal stemmen dat nodig is voor het halen van een volle zetel heet de kiesdeler. Er blijven dus stemmen ”over”. Ook al deze overblijvende stemmen worden bij een lijstencombinatie bij elkaar opgeteld. De optelsom van alle overblijvende stemmen zou genoeg stemmen kunnen opleveren voor een extra volle zetel van de combinatie! De som is dan meer dan het geheel der delen!

RESTZETELS In de praktijk zijn er altijd een of meer zogenaamde restzetels. Restzetels zijn zetels die verdeeld moeten worden nadat alle volle zetels zijn verdeeld. Voor het binnenhalen van een volle zetel zijn net zoveel stemmen nodig als de kiesdeler, dat wil zeggen 1/150e deel van alle uitgebrachte stemmen (voor de Tweede Kamer zijn namelijk 150 zetels te verdelen). Het aantal volle zetels is in de praktijk altijd lager dan 150. De resterende zetels die moeten worden verdeeld worden restzetels genoemd.

EEN (OF MEER) EXTRA RESTZETELS Een partij kan dankzij de lijstencombinatie ook extra restzetels binnenhalen. Hoe de restzetels worden verdeeld over de verschillende partijen/lijsten, waaronder de lijstencombinatie, hangt ervan af. Van belang is natuurlijk hoeveel ”overblijvende” stemmen op een lijst zijn uitgebracht: hoe meer dat er zijn, des te groter is de kans voor die partij op een restzetel. Ook is van belang hoeveel volle zetels een lijst heeft binnengehaald: hoe meer dat er zijn, des te groter is de kans dat die partij ook een restzetel binnenhaalt. Hierboven bleek al dat de lijstencombinatie een grotere kans heeft op extra volle zetels. Als een combinatie desondanks geen extra volle zetel binnenhaalt, dan heeft ze wél veel meer overblijvende stemmen dan elk van de deelnemende partijen afzonderlijk. Ook is niet uitgesloten dat de lijstencombinatie zowel een extra volle zetel binnenhaalt als veel meer overblijvende stemmen dan elke deelnemende partij afzonderlijk heeft, waardoor ze ook een grotere kans maakt op een restzetel. Ook bij de restzetelverdeling geldt voor de lijstencombinatie dus: een plus een is drie!

KIESRAAD Blijft over de vraag hoe alle volle zetels en restzetels die een lijstencombinatie heeft binnengehaald worden verdeeld over de deelnemende partijen. Die partijen gaan na de verkiezingen namelijk niet als combinatie verder in de Tweede Kamer. Ze gaan verder als zelfstandige Kamerfracties. Over deze zetelverdeling gaan de partijen niet zélf. Het is de Kiesraad die daarover gaat. De Kiesraad is een overheidsinstantie en de verdeling gebeurt aan de hand van wettelijke regels.

VERDELING VAN ZETELS BINNEN DE LIJSTENCOMBINATIE Volgens die wettelijke regels wordt eerst een combinatiekiesdeler opgesteld. Deze combinatiekiesdeler staat gelijk aan een zeker aantal stemmen. Dat is trouwens niet hetzelfde aantal stemmen als bij de kiesdeler. De partij die een of twee keer (enzovoorts) de combinatiekiesdeler heeft gehaald, haalt een of twee (enzovoorts) volle zetels. De zetels die overblijven zijn de restzetels. Die restzetels gaan naar de partij met de meeste overblijvende stemmen. Het maakt daarbij niet uit hoeveel volle zetels een partij heeft binnengehaald. Alleen het aantal overblijvende stemmen bepaalt welke lijst een restzetel krijgt. Er kan ook meer dan één restzetel te verdelen zijn; de tweede restzetel gaat dan naar de lijst met de op een na meeste overblijvende stemmen (enzovoorts).

REGIONALE BINDING Uit deze bijdrage wordt niet duidelijk hoe herinvoering van de lijstencombinatie tot grotere regionale binding tussen kiezer en volksvertegenwoordiger leidt. Afwachten hoe het kabinetsvoorstel meer duidelijkheid gaat verschaffen.

Hoe word je Prime Minister?

DINSDAG 20 AUGUSTUS 2019 Vorige maand is Boris Johnson tot de nieuwe Prime Minister van buurland het Verenigd Koninkrijk benoemd. Wat is de Prime Minister en wat is er aan de benoeming voorafgegaan?

PM De Prime Minister is veruit de belangrijkste minister in de regering. Hij of zij kiest de andere ministers, stelt voor hun een gedragscode op en kan hen ook weer ontslaan of een ander ministerie toewijzen. Ministers moeten lid zijn van het parlement, dat wil zeggen het Lagerhuis (House of Commons) of het Hogerhuis (House of Lords). De Prime Minister moet lid zijn van het Lagerhuis.

LAGERHUIS Het Lagerhuis komt bijeen in (het Paleis van) Westminster, Londen. Het bestaat uit 650 leden. Elk lid komt uit een kiesdistrict. Het Verenigd Koninkrijk is verdeeld in 650 kiesdistricten, verdeeld over Engeland, Schotland, Wales en Noord-Ierland. In elk kiesdistrict wordt één Lagerhuislid gekozen. Gekozen is de kandidaat die de meeste stemmen krijgt. Men wordt voor vijf jaar gekozen.

VERTROUWEN Ministers hebben het vertrouwen nodig van (de meerderheid in het) Lagerhuis. De regering kan alleen vervroegde verkiezingen houden als het Lagerhuis daarmee instemt. Voor de totstandkoming van wetten is medewerking van Lagerhuis (én Hogerhuis) noodzakelijk.

CONSERVATIVE & UNIONIST PARTY Na de laatste Lagerhuisverkiezingen (2017) is de Conservative & Unionist Party – vaak Conservative Party genoemd – de grootste geworden, op afstand gevolgd door de Labour Party. De koningin benoemt de leider van de grootste partij tot Prime Minister als zij of hij het vertrouwen heeft van de meerderheid van het Lagerhuis. Dat vertrouwen is er sowieso als de grootste partij de absolute meerderheid der zetels houdt. In 2017 was Theresa May weliswaar leider van de grootste partij maar had deze partij niet de absolute meerderheid in het Lagerhuis. De Lagerhuisfractie bestond namelijk slechts uit 317 (van de 650) leden. Het akkoord met de Noord-Ierse Democatic Unionist Party (10 zetels) garandeerde wel een absolute meerderheid. Inmiddels bestaat de fractie uit 311 leden. Enkele leden zijn uit onvrede over May’s Brexit-politiek uit de fractie gestapt. Sinds vorige maand is er een nieuwe partijleider, Boris Johnson. De koningin heeft hem tot nieuwe Prime Minister benoemd. Maar nu garandeert het akkoord met de Democratic Unionist Party geen absolute meerderheid meer.

CONSERVATIVE PARTY Die 311 fractieleden zijn niet alleen van de Conservative & Unionist Party. Er zitten ook Lagerhuisleden in van twee andere partijen: de Scottish Conservative & Unionist Party en de Welsh Conservative Party. Schotland heeft namelijk zijn eigen Conservative Party. Van Wales weet ik niet zeker of het een zelfstandige partij is of een afdeling van de Conservative & Unionist Party. Zowel Prime Minister Boris Johnson als zijn voorganger Theresa May zijn Lagerhuisleden uit Engeland.

VERENIGING Hoe zijn Johnson en May partijleider geworden? Dat is geregeld in de partijstatuten. Politieke partijen in het Verenigd Koninkrijk zijn verenigingen. Verenigingen hebben statuten. Politieke partijen die aan de verkiezingen voor het Lagerhuis willen meedoen, moeten daarin regelen hoe iemand partijleider wordt.

STATUTEN Volgens de statuten van de Conservative & Unionist Party moet een fractielid de steun hebben van acht fractiegenoten om zich kandidaat te stellen voor het partijleiderschap. Als er meer dan twee kandidaten zijn, gaat de voltallige fractie stemmen. Elk fractielid brengt dan een stem uit op een kandidaat. Er volgen net zoveel stemronden totdat slechts twee kandidaten overblijven. Na elke stemronde vallen er automatisch een of meer kandidaten af en uiteraard kan iemand zich ook vrijwillig terugtrekken. Boris Johnson had dit jaar negen concurrenten, Theresa May had er in 2016 vier. Toen waren er twee stemronden nodig om tot twee kandidaten te komen; nu vijf. May haalde beide ronden de absolute meerderheid der stemmen, bij Johnson was dat alleen in de twee laatste ronden het geval.

GEWONE LEDEN Ten slotte zijn de (gewone) partijleden aan de beurt. Zij mogen hun stem uitbrengen op één van de twee overgebleven kandidaten. Daarbij heeft elk partijlid dat meer dan enkele maanden lid is een stem. De kandidaat die de meeste stemmen heeft gekregen, is de nieuwe partijleider. Stemrecht hebben zowel de leden van de Conservative & Unionist Party als de leden van de Scottisch Conservative Party. In de statuten heb ik niet gevonden dat ook de leden van de Welsh Conservative Party mogen stemmen, maar als het een afdeling is (zie hierboven) hebben de leden waarschijnlijk sowieso dit stemrecht. Johnson heeft met 65% ongeveer net zoveel stemmen gekregen als David Cameron, hij was de partijleider en Prime Minister vóór Theresa May. May zelf is partijleider geworden zonder ledenreferendum; de andere kandidaat had zich namelijk teruggetrokken. David Cameron is de Prime Minister die heeft besloten tot het houden van het referendum over de Brexit.