Restzetelverdeling in Dordrecht

Dinsdag 27 maart 2018. In de maand voorafgaande aan de gemeenteraadsverkiezingen heb ik de bestuurlijke vernieuwing in de verkiezingsprogramma’s van vijf gemeenten weergegeven: Dordrecht, Tilburg, Zutphen, Harlingen en Heerlen. In de komende weken zal ik naar aanleiding van de officiële verkiezingsuitslagen een staatsrechtelijk onderwerp behandelen.

De Zuid-Hollandse gemeente Dordrecht bijt de spits af. De gemeenteraad van deze gemeente bestaat uit 39 leden die in de nieuwe samenstelling zijn verdeeld over 11 fracties of groeperingen. Het onderwerp voor deze gemeente is restzetels. De kiezers in Dordrecht hebben zo gestemd dat 6 van de 39 zetels restzetels zijn. Een partij krijgt ingevolge de Kieswet sowieso een of meer zetels in de raad als het aantal stemmen dat daarop is uitgebracht een of meer keer de kiesdeler haalt. De kiesdeler is de som van alle stemmen op alle partijen gedeeld door alle beschikbare raadszetels. Wat de kiesdeler is, verschilt per gemeente en per verkiezing in die gemeente. De kiesdeler in Dordrecht bij de gemeenteraadsverkiezingen van 22 maart 2018 is 1223 stemmen. Elke partij die een of meerdere keren 1223 stemmen heeft behaald, krijgt een of meerdere raadszetels. In Dordrecht zijn op die manier 33 van de 39 zetels verdeeld. De resterende stemmen kunnen een partij een restzetel opleveren. Zowel partijen die de kiesdeler hebben gehaald als partijen die de kiesdeler niet hebben gehaald komen voor een restzetel in aanmerking. Een partij kan ook meer dan een restzetel krijgen. Hoe worden de restzetels verdeeld? Ook dat is in de Kieswet geregeld: door het aantal stemmen dat op een lijst is uitgebracht te delen door het aantal keren dat die partij de kiesdeler heeft gehaald verhoogd met een extra. De partij die aldus de grootste breuk heeft, krijgt een restzetel. In Dordrecht krijgen 6 partijen hierdoor elk een restzetel, waaronder Beter voor Dordt (lijst 1), CU-SGP (lijst 6) en VVD (lijst 7). Al deze partijen hadden al de kiesdeler gehaald; ze krijgen dan ook meer dan een zetel. Twee partijen hebben geen enkele zetel behaald. Een van hen is Dordtse Partij (lijst 12). Op deze partij zijn 899 stemmen uitgebracht. Te weinig voor de kiesdeler (1223 stemmen). Echter, het aantal extra stemmen stemmen dat op Beter voor Dordt, CU-SGP en VVD is uitgebracht, is lager, namelijk respectievelijk 218, 632 en 872. Ik bedoel hier met ”extra stemmen” de stemmen die niet nodig waren om de kiesdeler een of meerdere keren te halen.

Artikel P 5 Kieswet luidt: Het centraal stembureau deelt de som van de stemcijfers van alle lijsten door het aantal te verdelen zetels. Het aldus verkregen quotiënt wordt kiesdeler genoemd.

Artikel O 2 Kieswet luidt (gedeeltelijk): Het hoofdstembureau stelt ten aanzien van iedere lijst vast het aantal op iedere kandidaat uitgebrachte stemmen en de som van deze aantallen. Deze som wordt stemcijfer genoemd.

Artikel P 6 Kieswet luidt: Zoveel maal als de kiesdeler is begrepen in het stemcijfer van een lijst wordt aan die lijst een zetel toegewezen.

Artikel P 7 Kieswet luidt (gedeeltelijk): De overblijvende zetels, die restzetels worden genoemd, worden, indien het aantal te verdelen zetels negentien of meer bedraagt, achtereenvolgens toegewezen aan de lijsten die na toewijzing van de zetel het grootste gemiddelde aantal stemmen per toegewezen zetel hebben. Indien gemiddelden gelijk zijn, beslist zo nodig het lot.

Hoogte vergoeding gemeenteraadsleden

Maandag 26 maart 2018. Vorige week stond een artikel in de krant over het ”loon” dat gemeenteraadsleden ontvangen en dat het in grote gemeenten hoger is dan in kleine. Hoe hoog is het ”loon” precies dat zij ontvangen? Dat is geregeld in een wet: het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden. Raadsleden hebben wettelijk recht op een ”vergoeding voor werkzaamheden” en op een ”onkostenvergoeding”. De vergoeding voor werkzaamheden hangt af van het aantal inwoners van de gemeente. Het loopt uiteen van 250 euro (bij minder dan 8000 inwoners) tot 2350 euro (bij meer dan 375000 inwoners). Dit zijn maandbedragen. En het zijn bruto bedragen: daarover moet dus nog belasting worden betaald. Enkele voorbeelden: Harlingen (615 euro), Zutphen (1250 euro), Heerlen (1460 euro), Dordrecht (1660 euro) en Tilburg (1930 euro). Alleen in Amsterdam, Rotterdam en Den Haag is er recht op de hoogste wettelijke vergoeding (2350 euro). Een raadslid heeft recht op de wettelijke vergoeding, ongeacht of hij de vergaderingen bijwoont. De gemeenteraad kan echter besluiten om 1/5 van de wettelijke vergoeding afhankelijk te maken van het aantal bijgewoonde vergaderingen; ik heb zo’n besluit nergens kunnen vinden, maar ik heb ook niet lang gezocht. Fractievoorzitters ontvangen een (iets) hogere vergoeding; hoeveel dat precies is, hangt af van de grootte van de fractie.

Artikel 2 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden luidt (gedeeltelijk): Aan een lid van de raad wordt een vergoeding voor de werkzaamheden toegekend tot de maximumbedragen, genoemd in tabel I bij dit besluit. Aan een lid van de raad wordt een onkostenvergoeding voor aan de uitoefening van het raadslidmaatschap verbonden kosten toegekend van 170,17 euro per maand.

Tabel I. Vergoeding voor de werkzaamheden (per 1 januari 2018)

Klasse Inwonertal Maximum vergoeding werkzaamheden per maand
1 Tot en met 8.000 250,82
2 8.001–14.000 396,33
3 14.001–24.000 617,77
4 24.001–40.000 958,91
5 40.001–60.000 1.248,42
6 60.001–100.000 1.460,84
7 100.001–150.000 1.658,52
8 150.001–375.000 1.932,14
9 375.001– 2.352,29

Artikel 4 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden luidt: De raad kan bij verordening bepalen dat ten hoogste 20% van de vergoeding voor de werkzaamheden wordt uitgekeerd, berekend naar het aantal gehouden vergaderingen. In dat geval geschiedt de uitkering aan het lid van de raad op basis van het aantal bijgewoonde vergaderingen.

Artikel 8b van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden luidt (gedeeltelijk): Naast de vergoeding voor de werkzaamheden ontvangen fractievoorzitters voor de duur van hun voorzitterschap per jaar een toelage gelijk aan 1,2% van de vergoeding op jaarbasis en een toelage gelijk aan 0,4% van de vergoeding op jaarbasis voor elk lid dat de fractie buiten de fractievoorzitter telt. De toelagen tezamen bedragen ten hoogste 6,4% van de vergoeding op jaarbasis.

Verkiezingsprogramma’s gemeente Heerlen

Donderdag 15 maart 2018. Tot aan de gemeenteraadsverkiezingen van 21 maart is er wekelijks een blog met citaten uit de verkiezingsprogramma’s die gaan over het besturen van de gemeente. Ik begin met een citaat van de partij met het hoogste nummer (over de betekenis van dat nummer, zie Morgen: geldigheid en nummering kandidatenlijsten gemeenteraadsverkiezingen). Sommige verkiezingsprogramma komen niet aan bod: ze zijn onvindbaar, ze zeggen niets of niets onderscheidend over het besturen van de gemeente of ik ben er vanwege de tijd niet meer aan toegekomen. Elke keer wordt één gemeente besproken.

Hekkensluiter is Heerlen. Het is met iets meer dan 85.000 inwoners veruit de grootste gemeente van de Oostelijke Mijnstreek. Morgen wordt de eerste (waarnemend) burgemeester met SP achtergrond van het land benoemd in Heerlen. Aan de raadsverkiezingen doen 12 partijen of lijsten mee.

Partij voor de Dieren (12): Bewoners krijgen een doorslaggevende stem bij besluiten over wat gedaan moet worden met leegstaande gebouwen of gemeenschappelijke gebouwen in hun buurt. Een gemeentelijke herindeling kan niet plaatsvinden zonder gemeentelijk referendum.

Het raadgevend referendum krijgt een plaats bij belangrijke besluiten. De aanmeldingsplicht voor kleine demonstraties wordt afgeschaft. Voor demonstraties naar aanleiding van actuele gebeurtenissen wordt de aanmeldtermijn verkort.

GroenLinks (10): Inwoners van Heerlen en Hoensbroek worden gestimuleerd om gebruik te maken van hun ”right to challenge”: manieren waarbij burgers de gemeente uitdagen en ruimte krijgen om initiatief te nemen of voorzieningen te organiseren of beheren.

D66 (7): Een gemeentelijke ombudsman of een Parkstad-ombudsman.

VVD (6): Het gemeentebestuur van Heerlen overlegt twee keer per jaar met het Aachens college.

SP (1): Daarom blijft de afschaffing van de forfaitaire onkostenvergoeding voor collegeleden gehandhaafd. Het bestaande beleid dat collegeleden geen gemeentelijke creditcard krijgen wordt gehandhaafd. Het zogenaamde netwerken mag nooit een alibi zijn voor niet-transparante of niet integere contacten.

Verkiezingsprogramma’s in de Friese gemeente Harlingen

Donderdag 8 maart 2018. Tot aan de gemeenteraadsverkiezingen van 21 maart is er wekelijks een blog met citaten uit de verkiezingsprogramma’s die gaan over het besturen van de gemeente. Ik begin met een citaat van de partij met het hoogste nummer (over de betekenis van dat nummer, zie mijn eerdere bijdrage Morgen: geldigheid en nummering kandidatenlijsten gemeenteraadsverkiezingen). Sommige verkiezingsprogramma komen niet aan bod: ze zijn onvindbaar, ze zeggen niets of niets onderscheidend over het besturen van de gemeente of ik ben er vanwege de tijd niet meer aan toegekomen. Elke keer wordt één gemeente besproken.

Vandaag is Harlingen aan de beurt, een van de plaatsen in de provincie Friesland die de Elfstedentocht aandoet. In de gemeente wonen bijna 15.000 inwoners. In Harlingen doen 9 partijen of lijsten mee.

ChristenUnie (9): De ChristenUnie stimuleert dat inwoners zichzelf organiseren in bijvoorbeeld coöperaties en daarmee verantwoordelijkheden op zich nemen op het gebied van duurzaamheid, zorg, lokale economie of wijkbeheer.

GroenLinks (8): Steeds meer gemeenten hebben een ombudsman of –vrouw. Hij of zij is onafhankelijk, brengt klachten over de lokale overheid in bij het gemeentebestuur en zorgt dat dat de indiener binnen een redelijke termijn een antwoord of reactie krijgt. GroenLinks pleit voor de invoering van deze persoon binnen deze raadsperiode.

D66 (5): Bij ieder project/voorstel dient de gemeente te onderbouwen waarom er voor welke vorm van burgerparticipatie is gekozen.

VVD (4): De VVD Harlingen wil een Right tot Challenge. Steeds meer mensen nemen zelf het initiatief voor het gezamenlijk oplossen van maatschappelijke vraagstukken in hun leefomgeving. Dit gaat verder dan het gebruikelijke vrijwilligerswerk. De vormen zijn talrijk: beheer van openbaar groen, opruimen van zwerfafval, buurtpreventieteams, maar ook het gezamenlijk inkopen van energie of het zelfstandig leiden van een zorgboerderij.

Harlinger Belang (2): De burger is mondiger geworden en wil bij de besluitvorming betrokken worden. Hiertoe wil Harlinger Belang referenda behouden, inspraakmogelijkheden uitbreiden en experimenteren met nieuwe vormen van burgerparticipatie. Wij vinden dat mensen met speciale kennis en ervaring meer actief moeten worden ingezet bij de gemeentelijke plannen en projecten.

PvdA (1): De PvdA wil in alle situaties gebruik maken van kennis en daarbij behorende wensen van omwonenden. De wijkschouwen leveren daarvoor veel informatie op. Wij willen in het geval van de directe leefomgeving dat de gemeente burgers maximaal laten participeren.

Verkiezingsprogramma’s in Zutphen

Donderdag 1 maart 2018. Tot aan de gemeenteraadsverkiezingen van 21 maart is er wekelijks een blog met citaten uit de verkiezingsprogramma’s die gaan over het besturen van de gemeente. Ik begin met een citaat van de partij met het hoogste nummer (zie over de nummers mijn eerdere blog Morgen: geldigheid en nummering kandidatenlijsten gemeenteraadsverkiezingen. Sommige verkiezingsprogramma komen niet aan bod: ze zijn onvindbaar, ze zeggen niets of niets onderscheidend over het besturen van de gemeente of ik ben er vanwege de tijd niet meer aan toegekomen. Elke keer wordt één gemeente besproken.

Vandaag is de Zutphen in Gelderland aan de beurt, een gemeente met bijna 50.000 inwoners. In Zutphen doen 10 partijen of lijsten mee. Aan de nummers 1 en 2 ben ik niet meer toegekomen.

BewustZW (10): Er zijn veel lokale regels. In verordeningen, beleid en werkwijzen is het gemeentehuis vaak niet zichtbaar en wordt vaak als belemmerend ervaren in de samenwerking. BewustZW wil een onafhankelijke inwonerscommissie en ondernemerscommissie die regels en werkwijzen gaat doorlichten en de gemeenteraad gaat adviseren om belemmerende regels en werkwijzen te schrappen.

ChristenUnie (9): De ChristenUnie wil dat er voor het nieuwe college alleen wethouders kunnen worden aangedragen die de volledige steun van de raad genieten, en niet alleen die van hun eigen fractie.

Stadspartij Zutphen-Warnsveld (6): De gemeente introduceert de burgerbegroting waarbij inwoners meer invloed hebben op onze inkomsten en uitgaven.

GroenLinks (5): We willen dat iedereen gehoord kan worden: mondige burgers die makkelijk meepraten, maar ook inwoners voor wie praten wat minder vanzelfsprekend is.

D66 (3): D66 pleit voor een jaarlijks regionaal congres voor leerlingenraden van alle VO-scholen om actuele thema’s te bespreken.

Benoeming wethouders

Dinsdag 27 februari 2018. Gisteren stond in de krant dat Jesse Klaver (fractieleider GroenLinks in de Tweede Kamer) in honderd gemeenten een of meer wethouders wil gaan leveren. Wie beslist daarover? Alle wethouders vormen op grond van de Gemeentewet samen met de burgemeester het college van burgemeester en wethouders (b&w), zeg maar het dagelijks bestuur van de gemeente. De burgemeester is weliswaar voorzitter van dit college, maar hij benoemt niet de andere leden ervan. Op grond van de Gemeentewet doet dat de gemeenteraad. Aan die benoeming gaan college-onderhandelingen tussen (fracties van) gemeenteraadsleden vooraf. In elk geval moet een kleine meerderheid van gemeenteraadsleden de benoeming van de wethouder steunen. Het is ook mogelijk dat de benoeming van de wethouder op een ruime meerderheid steunt. De gemeenteraad moet minstens twee wethouders benoemen.

Artikel 34 van de Gemeentewet luidt (gedeeltelijk): De burgemeester en de wethouders vormen te zamen het college van burgemeester en wethouders. De burgemeester is voorzitter van het college.

Artikel 35 van de Gemeentewet luidt (gedeeltelijk): De raad benoemt de wethouders. De burgemeester wordt geïnformeerd over de uitkomsten van de college-onderhandelingen.

Artikel 36 van de Gemeentewet luidt (gedeeltelijk): Het aantal wethouders bedraagt ten hoogste twintig procent van het aantal raadsleden, met dien verstande dat er niet minder dan twee wethouders zullen zijn.

Gemeente Noordwijk en motie waarin actie raadslid wordt afgekeurd

Maandag 26 februari 2018. Vorige week stond een bericht in de krant over de Zuid-Hollandse gemeente Noordwijk, een gemeente midden in de Bollenstreek én een badplaats aan de Noordzee. Een raadslid had zich op televisie negatief uitgelaten over het (tekortschietende) gemeentelijke beleid voor spoedzoekers, dat zijn mensen die dakloos dreigen te worden door bijvoorbeeld een scheiding. De raadsmeerderheid is niet blij met deze uitlatingen. Het leidt tot een raadsdebat en na afloop daarvan tot een (aangenomen) motie. In de motie spreekt de (meerderheid van de) raad het oordeel uit dat (alleen) de raad verantwoordelijk is voor discussie over politieke aangelegenheden en dat acties (uitlatingen) waardoor de gemeente in een kwaad daglicht wordt gesteld nadrukkelijk worden afgekeurd. Kan een motie een oordeel inhouden en kan een motie zijn gericht tot een raadslid? Ingevolge het Reglement van Orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad en commissies gemeente Noordwijk 2017 kan een motie onder andere een oordeel inhouden. Verder bevat het reglement alleen enkele procedurele bepalingen voor de indiening van moties. Het reglement is dus geen obstakel voor een motie gericht tot een raadslid.

MOTIE gezamenlijke verantwoordelijkheid gemeenteraad. De Raad van de gemeente Noordwijk in vergadering bijeen op 15 februari 2018. Gehoord hebbende: het debat over Noordwijk – TV programma De Monitor. Spreekt uit: 1. Dat zij als gekozen vertegenwoordigers van de gemeente Noordwijk er gezamenlijk voor verantwoordelijk zijn dat politieke aangelegenheden ter discussie gesteld worden in de raad; 2. Acties waardoor de gemeente Noordwijk in een kwaad daglicht wordt gesteld keuren zij nadrukkelijk af. En gaat over tot de orde van de dag.

Artikel 1 van het Reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad en commissies gemeente Noordwijk 2017 luidt (gedeeltelijk): In dit reglement wordt verstaan onder motie: verklaring waarmee een oordeel, wens of verzoek wordt uitgesproken.

Artikel 34 van het reglement luidt (gedeeltelijk): Raadsleden dienen moties schriftelijk in bij de voorzitter. De behandeling van een motie vindt gelijktijdig plaats met de beraadslaging over het onderwerp of voorstel waarop het betrekking heeft. De behandeling van een motie over een niet op de agenda opgenomen onderwerp vindt plaats nadat alle op de agenda opgenomen onderwerpen zijn behandeld. Het indienen van een motie vreemd aan de orde van de dag geschiedt ten minste 28 uur voor aanvang van de vergadering zodat een agenda conform artikel 9 verstuurd kan worden. Intrekking door de indiener van een motie is mogelijk totdat stemming daarover aanvangt.

Verkiezingsprogramma’s in de gemeente Tilburg

Donderdag 22 februari 2018. Tot aan de gemeenteraadsverkiezingen van 21 maart is er wekelijks een blog over citaten uit de verkiezingsprogramma’s die gaan over het besturen van de gemeente. Ik begin met een citaat van de partij met het hoogste nummer (hyperlink). Sommige verkiezingsprogramma komen niet aan bod: ze zijn onvindbaar, ze zeggen niets of niets onderscheidend over het besturen van de gemeente of ik ben er vanwege de tijd niet meer aan toegekomen. Elke keer wordt één gemeente besproken.

Het Noord-Brabantse Tilburg is vandaag aan de beurt. In Tilburg doen veertien partijen of lijsten mee. Aan de nummers 1 en 2 ben ik niet meer toegekomen.

Lokaal Tilburg (14): burgers eerder betrekken bij ontwikkelingen die hun leefomgeving aangaan en de mogelijkheid bieden invloed uit te oefenen op beleidskeuzen

Burgerinitiatief Tilburg BIT (13): Wij vinden dat wijkwethouders hun kantoor moeten houden in de wijk waar zij wijkwethouder van zijn. Dat werkt laagdrempelig en zorgt er tevens voor dat de politiek dichter bij de bewoners komt.

50PLUS (11): wil de samenwerking met de Dorpsraden van Berkel-Enschot en Udenhout alsmede de wijkraden bevorderen.

Voor Tilburg (8): Laat daarom Tilburgers hun eigen burgemeester kiezen en laat dit niet over aan de gevestigde orde en al helemaal niet achter gesloten deuren.

GroenLinks (7): De burgemeester zien wij als boegbeeld van emancipatie, het uitdragen van diversiteit en het tegengaan van discriminatie en (seksuele) intimidatie in onze stad. Artikel 1 van onze Grondwet krijgt een prominente plek in Tilburg.

Lijst Smolders Tilburg (3): De LST wil één wethouder die zijn volledige aandacht gaat geven aan alle wijken in Tilburg, Berkel – Enschot en Udenhout. Deze wijkwethouder voor alle wijken kan o.a. fungeren als Eerste Hulp bij Bestuurlijke Ongelukken (EHBO).

Verkiezingsprogramma’s in de gemeente Dordrecht

Donderdag 15 februari 2018. Tot aan de gemeenteraadsverkiezingen van 21 maart is er wekelijks een blog over citaten uit de verkiezingsprogramma’s die gaan over het besturen van de gemeente. Ik begin met een citaat van de partij met het hoogste nummer (over betekenis nummering: Morgen: geldigheid en nummering kandidatenlijsten gemeenteraadsverkiezingen). Sommige verkiezingsprogramma komen niet aan bod: ze zijn onvindbaar, ze zeggen niets of niets onderscheidend over het besturen van de gemeente of ik ben er vanwege de tijd niet meer aan toegekomen. Elke keer wordt één gemeente besproken.

Het Zuid-Hollandse Dordrecht bijt de spits af. In Dordrecht doen dertien partijen of lijsten mee. Aan de nummers 1 en 2 ben ik niet meer toegekomen.

Gewoon Dordt (13): Bij veel regelgeving in ons land is de controle doorgeschoten en lijkt wantrouwen het leidend principe.

Dordtse partij (12): Wij willen af van het collegeprogramma. In plaats daarvan pleiten wij voor een raadsprogramma. De formateur stelt een bruikbaar raadsprogramma op dat gebaseerd is op standpunten van alle politieke partijen.

PVV (11): Stop op internationale stedenbanden.

GroenLinks (9): Er wordt geëxperimenteerd met vormen van bijvoorbeeld inwonersoverleg en buurtbestuur.

VSP Verenigde Senioren Partij (8): De VSP wil onderzoeken of Dordtenaren kunnen worden betrokken bij het opstellen van een burgerbegroting waarbij bewoners kunnen beslissen over de besteding van geld voor een stadsdeel.

SP (5): Partijen krijgen de volledige vrijheid in de wijze waarop zij onderwerpen in de raad aan de orde stellen.

D66 (3): Om te proberen met een brede afvaardiging van inwoners in gesprek te komen, vragen wij de gelote inwoners van het stadspanel op een aantal grote thema’s mee te denken en ontwikkelen.

Morgen: geldigheid en nummering kandidatenlijsten gemeenteraadsverkiezingen

Donderdag 8 februari 2018. De hoofdstembureaus/centrale stembureaus in alle gemeenten vergaderen morgenmiddag vanaf 4 uur over de geldigheid van de ingediende kandidatenlijsten; de vergaderingen zijn openbaar. Zo staat het in de Kieswet. Niet elk verzuim leidt tot een ongeldige lijst: het ontbreken van de handtekening van een kandidaat (dat hij instemt met zijn kandidaatstelling) leidt er weliswaar toe dat deze kandidaat wordt geschrapt van de lijst, maar niet tot ongeldigheid van de hele lijst. In de vergadering van morgenmiddag worden de lijsten ook genummerd, met 1, 2, 3 enzovoorts. Dat nummer komt ingevolge het Kiesbesluit terug op de lijst die we allemaal in de komende weken thuis gaan ontvangen en waarop alle kandidatenlijsten staan in de gemeente. U ziet het nummer ook vaak staan op verkiezingsposters. Dat is volgens mij geen wettelijke plicht. Nummer 1 kan echter een wervende kracht uitoefenen op een deel van het electoraat, zoals nummer 16 het tegenovergestelde effect kan hebben. De eerste nummers zijn ingevolge de Kieswet voor de lijsten die bij de vorige verkiezingen raadszetels hebben gekregen in de gemeente. Nummer 1 wordt de lijst waarop toen het meest is gestemd. Nummer 2 wordt de lijst waarop toen het op een na meest is gestemd. Enzovoorts. Daarna worden de lijsten genummerd die bij de vorige gemeenteraadsverkiezingen geen zetel hebben gekregen, bijvoorbeeld omdat ze toen niet hebben meegedaan. Het lot beslist welk nummer zij krijgen. Elke kiesgerechtigde kan de beslissing over de geldigheid van een kandidatenlijst aanvechten bij de raad van state; de termijn daarvoor is wel erg kort, namelijk vier dagen. Op die dagen liggen de onderzochte kandidatenlijsten voor iedereen ter inzage. Zowel de ongeldigheid als de geldigheid van een kandidatenlijst kan worden aangevochten. Ik weet niet of ook het nummer op een geldige lijst kan worden aangevochten.

Artikel I 4 Kieswet luidt (gedeeltelijk): Op de laatste dag van de termijn beslist het centraal stembureau in een openbare zitting die om zestien uur aanvangt, over de geldigheid van de lijsten en over het handhaven van de daarop voorkomende kandidaten, en maakt deze beslissingen op de zitting bekend.

Artikel I 6 Kieswet luidt (gedeeltelijk): Het centraal stembureau schrapt van de lijst voor een kieskring de naam van de kandidaat van wie niet uit de overgelegde verklaring blijkt dat hij instemt met zijn kandidaatstelling op de lijst.

Artikel I 8 Kieswet luidt (gedeeltelijk): Tegen een beschikking als bedoeld in artikel I 4 kan beroep worden ingesteld door een belanghebbende en iedere kiezer. De termijn de termijn voor het indienen van een beroepschrift bedraagt vier dagen.

Artikel I 12 Kieswet luidt: Het centraal stembureau nummert in de zitting, bedoeld in artikel I 4, de kandidatenlijsten die hij geldig heeft verklaard en maakt deze beslissing op de zitting bekend.

Artikel J 1 Kiesbesluit luidt (gedeeltelijk): De burgemeester bezorgt de kandidatenlijsten aan het adres van de kiezers. Op de lijsten, zoals deze ter kennis van de kiezers worden gebracht, worden vermeld de nummers van de lijsten. De lijsten worden gedrukt in de volgorde van de toegekende nummers.

Artikel I 14 Kieswet luidt (gedeeltelijk): Eerst worden genummerd de lijsten van politieke groeperingen wier aanduiding was geplaatst boven een kandidatenlijst waaraan bij de laatst gehouden verkiezing van de leden van het desbetreffende vertegenwoordigend orgaan een of meer zetels zijn toegekend. Aan deze lijsten worden de nummers 1 en volgende toegekend in de volgorde van de bij die verkiezing op de desbetreffende lijsten uitgebrachte aantallen stemmen, met dien verstande dat aan de lijst van de groepering met het hoogste aantal stemmen het nummer 1 wordt toegekend. Bij gelijkheid van het aantal beslist het lot. Vervolgens worden, met de nummers volgende op het laatste toegekende nummer, genummerd de overige lijsten. (Zodanig dat ) beslist het lot.

Artikel I 7 Kieswet luidt (gedeeltelijk): Tegen een beschikking als bedoeld in artikel I 4 kan beroep worden ingesteld door een belanghebbende en iedere kiezer. (En) bedraagt de termijn voor het indienen van een beroepschrift vier dagen.

Artikel I 3 Kieswet luidt: Onmiddellijk nadat de lijsten door het centraal stembureau zijn onderzocht, worden deze en, indien vereist, de verklaringen van ondersteuning, voor een ieder ter inzage gelegd bij het centraal stembureau