Coronavirus in Frankrijk

DONDERDAG 30 APRIL 2020 Burgers in Nederland moeten coronamaatregelen zoals het samenkomstverbod naleven, omdat ze in de noodverordening staan die de voorzitter van hun veiligheidsregio heeft uitgevaardigd. Heel ons land is verdeeld in vijfentwintig veiligheidsregio’s. De opdracht die enkele ministers – waaronder die voor Medische Zorg, van Volksgezondheid en Veiligheid – aan de regiovoorzitters hebben gegeven tot het nemen van maatregelen schiep nog geen verplichting voor de burgers. Zo’n verplichting ontstond pas door de noodverordeningen van die voorzitters. Die moesten zij naleven. De noodverordeningen zijn trouwens niet overal precies hetzelfde; de ministeriële opdracht laat ook ruimte voor verschillen. Tot zover Nederland, tenminste in deze bijdrage. Hoe is het in Frankrijk geregeld? Hoe zijn daar coronamaatregelen zoals het samenkomstverbod geregeld?

MINISTRE DE LA SANTÉ Bij een dreigende epidemie mag de Franse minister van Gezondheid elke maatregel uitvaardigen die nodig is ter bescherming van de volksgezondheid, zo nodig voor heel Frankrijk. Hij mag dat doen op grond van de Wet op de publieke gezondheid, Code de la santé publique. Uiteraard mag zo’n maatregel niet verder gaan dan noodzakelijk is en moet hij zijn afgestemd op omstandigheden van tijd en plaats. Afgelopen maand (maart) heeft de minister diverse malen een ministeriële regeling uitgevaardigd; ze hielden voor heel Frankrijk dezelfde maatregelen in. Daarin werd onder andere samenkomsten verboden. In de vroegste regeling ging het om een samenkomstverbod voor vijfduizend personen, vervolgens om duizend personen en half maart stond de teller op honderd. Burgers waren verplicht om de (meest recente) regeling na te leven.

PREMIER MINISTRE Half maart heeft ook de minister-president – Edouard Philippe – een regeling uitgevaardigd, samen met de ministers van Gezondheid en van Binnenlandse Zaken. In heel Frankrijk wordt daarin alle burgers verboden om zonder goede reden hun woning te verlaten. Men was verplicht om deze regeling na te leven. Goede redenen om je woning te verlaten waren bijvoorbeeld het doen van boodschappen en een bezoek aan de dokter. De bevoegdheid van de minister-president om deze maatregel te nemen stond niet in de Wet op de publieke gezondheid, maar ik neem aan dat hij deze regeling baseerde op de Franse grondwet. Daarin staat in heel algemene bewoordingen dat hij de bevoegdheid heeft om samen met betrokken ministers regelingen (decreten) uit te vaardigen. Men kan zich afvragen of zo’n ingrijpende maatregel op deze basis kan worden genomen.

PARLEMENT In de tweede helft van maart is in het Franse parlement een spoedwet aangenomen die onmiddellijk in werking trad, Loi du 23 mars 2020 d’urgence pour faire face à l’épidémie de covid-19. Deze wet regelt van alles en nog wat. Er wordt bijvoorbeeld een nieuw hoofdstuk toegevoegd aan bovengenoemde Wet op de publieke gezondheid. Daardoor is het mogelijk geworden om een noodtoestand voor de volksgezondheid uit te roepen. Met zo’n état d’urgence sanitaire krijgen de minister-president en de minister van Gezondheid tal van bevoegdheden die ze hiervoor niet hadden, of in elk geval niet zo expliciet. Voordeel van een expliciete wettelijke bevoegdheid is dat geen misverstand kan bestaan over het bestaan van die bevoegdheid. De minister-president krijgt bijvoorbeeld de expliciete bevoegdheid om élke samenkomst te verbieden, ongeacht het aantal personen. En hij krijgt ook de expliciete bevoegdheid om burgers te verbieden om zonder goede reden hun woning te verlaten! Ook kunnen leveranciers worden gedwongen tot afgifte van al hun producten aan de overheid, zoals mondkapjes. Onmiddellijk is de état d’urgence sanitaire uitgeroepen, in eerste instantie voor een periode van twee maanden. Onmiddellijk ook heeft de minister-president een nieuw decreet uitgevaardigd. Niet naleven van de ge- en verboden kan worden bestraft met boetes van tienduizend euro of zes maanden gevangenisstraf.

PRÉSIDENT Tijdens de coronacrisis hebben de minister-president en de minister van Gezondheid dus allerlei bevoegdheden die zij in normale tijden niet hebben. Wat is de rol van de Franse president, Emmanuel Macron? Hij kan in elk geval de minister-president ontslaan, bijvoorbeeld als hij het niet eens is met zijn decreten. Op voordracht van de minister-president kan hij ook de minister van Gezondheid ontslaan.

PRÉFET Het eerste samenkomstverbod vanwege het coronavirus is noch door de minister van Gezondheid noch door de minister-president uitgevaardigd. Dat is uitgevaardigd door een prefect. Dat was de prefect van het departement Morbihan; hij heeft al op 1 maart zo’n verbod uitgevaardigd. Uiteraard gold dat verbod alleen in zijn departement. Morbihan ligt in Bretagne, aan de Atlantische Oceaan; er wonen ongeveer driekwart miljoen mensen. Heel Frankrijk is verdeeld in zo’n honderd departementen. Elk departement omvat verscheidene gemeenten. De prefect van Morbihan baseerde zijn maatregel op enkele artikelen in de Algemene wet voor de lagere overheden, Code général des collectivités territoriales. In die wetsartikelen staat dat hij ter voorkoming en beëindiging van epidemieën en besmettelijke ziekten hygiënische voorschriften kan uitvaardigen. Als motivering voor zijn samenkomstverbod schrijft hij dat er al negen coronapatiënten zijn, verdeeld over diverse gemeenten van zijn departement, dat de ziekte volgens de minister van Gezondheid ernstige gevolgen voor de gezondheid kan hebben en bovendien zeer besmettelijk is.

Wat is eigenlijk een prefect? Een prefect is de officiële vertegenwoordiger van de Staat in het departement. In elk departement is een prefect aangesteld. Hij heeft niet alleen bevoegdheden bij epidemieën of besmettelijke ziekten; hij heeft dat in allerhande situaties, vaak op het gebied van openbare orde en veiligheid. Hij is niet democratisch gekozen, maar benoemd door de president. Elk departement heeft ook een democratisch gekozen volksvertegenwoordiging en dagelijks bestuur, maar de prefect kan zijn bevoegdheden uitoefenen zonder hun instemming of medewerking.

(Mr. Leon)

Coronavirus in het Koninkrijk der Nederlanden

DONDERDAG 23 APRIL 2020 Het Koninkrijk der Nederlanden is groter dan Nederland aan de Noordzee. Een deel van het koninkrijk ligt in en aan de Caribische Zee. Dit is het Caribisch deel van het koninkrijk en bestaat uit de eilanden Bonaire, Sint Eustatius, Saba, Aruba, Sint Maarten en Curaçao. Ook daar waart inmiddels het coronavirus rond. Zodat ook daar de medische voorzieningen onder druk staan en er overheidsmaatregelen zijn getroffen die heel nadelige gevolgen hebben voor de economie en de werkgelegenheid. Uiteraard wil en gaat Nederland hen helpen, maar hoe is het gesteld met de juridische plicht daartoe?

CARIBISCH NEDERLAND Voor het ene eiland gaat die plicht verder dan voor het andere. Onderscheiden moet worden tussen enerzijds Bonaire, Sint Eustatius en Saba en anderzijds Aruba, Sint Maarten en Curaçao. Voor Bonaire, Sint Eustatius en Saba reikt de plicht het verst. Deze drie eilanden zijn namelijk niet alleen deel van het koninkrijk, maar ook van Nederland. Ze zijn een stukje Nederland, Caribisch Nederland, ze zijn vergelijkbaar met gemeenten in Nederland. Daarom moet Nederland burgers en bedrijven daar evenveel helpen als hier. En daarom neemt de Nederlandse overheid ook daar de doorbetaling van lonen over van werkgevers die een substantieel omzetverlies lijden, zodat er geen werkgelegenheid verloren hoeft te gaan.

CARIBISCHE LANDEN De andere drie eilanden zijn geen stukje Nederland. Aruba, Sint Maarten en Curaçao zijn namelijk zelfstandige landen binnen het koninkrijk. Ook Nederland is een zelfstandig land binnen het koninkrijk. Het koninkrijk bestaat dus uit vier zelfstandige landen. Zo is het geregeld in het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden. Hierin staat wél dat de landen elkaar hulp en bijstand verlenen. De (Nederlandse) minister van Koninkrijksrelaties legt dit in coronatijd zo uit dat de landen dienen rekening met elkaar te houden, elkaar materieel en moreel te steunen en te helpen waar dit redelijkerwijs mogelijk is. In coronatijd is het Nederland die hulp en bijstand kan verlenen aan Aruba, Sint Maarten en Curaçao.  

MEDISCHE HULP De minister van Koninkrijksrelaties heeft de Tweede Kamer twee weken geleden een brief geschreven over de hulpverlening aan het Caribisch deel van het koninkrijk. Daarin staat bijvoorbeeld dat het ministerie van Volksgezondheid alle zes eilanden helpt met de uitbreiding van hun IC-capaciteit in de ziekenhuizen en dat het ministerie van Defensie helpt met de bouw van medische noodaccommodaties op Sint Maarten en met medische testvoorzieningen op Curaçao.

FINANCIEEL-ECONOMISCHE HULP Aruba en de andere twee Caribische landen hebben Nederland ook om financieel-economische steun verzocht. De minister schrijft dat daarover wordt beslist door de Rijksministerraad. Wat is de Rijksministerraad? Dat is de ministerraad van het koninkrijk. De beslissing over de Nederlandse hulp wordt dus genomen door een orgaan van het koninkrijk. Wie maken er deel van uit? Alle (zestien) Nederlandse ministers plus drie vertegenwoordigers van de regeringen van de Caribische landen. De Nederlandse ministers zijn dus ver in de meerderheid. Aan financieel-economische steun worden normaliter harde voorwaarden gesteld. Men kan zich mét de ondertekenaars van de ingezonden brief aan de Volkskrant van vorige week donderdag afvragen of het daarvoor in deze tijd van coronacrisis het goede moment is.   

KUSTWACHT Er is ook hulp en bijstand verleend door het Koninkrijk der Nederlanden. Zo leg ik de hulp uit die bestaat uit het ter beschikking stellen van een stationsschip en extra defensiepersoneel door het ministerie van Defensie aan de kustwacht in de Caribische Zee. Daarmee heeft die hulp betrekking op een aangelegenheid van het koninkrijk. De kustwacht aldaar is een koninkrijksaangelegenheid, omdat haar taken, bevoegdheden, beheer en beleid zijn geregeld in een rijkswet; in die rijkswet wordt verwezen naar artikelen in het Statuut die gaan over de aangelegenheden van het koninkrijk. Wat is een rijkswet? Een rijkswet is een wet van het koninkrijk. Op grond van deze rijkswet is de (Nederlandse) minister van Defensie verantwoordelijk voor het beheer van en het ter beschikking stellen van defensiemiddelen en defensiepersoneel aan de kustwacht in het Caribisch deel van het Koninkrijk der Nederlanden.

(Mr. Leon)

Coronavirus in Nederland (V)

VRIJDAG 17 APRIL 2020 In de afgelopen weken was er wekelijks een persconferentie van het kabinet. Meestal  wordt hij gegeven door de premier en de minister van Volksgezondheid. De persconferentie volgt op de vergadering van de Ministeriële Commissie Crisisbeheersing, de MCCB. Wat is en doet de MCCB?

COMMISSIE MINISTERRAAD De MCCB is een commissie uit de ministerraad. De ministerraad bestaat uit alle zestien ministers, dus het is het kabinet zonder de staatssecretarissen. In het Reglement van Orde voor de ministerraad staan regels voor de instelling van commissies. Commissies lijken een beetje op de onderraden van de ministerraad. De laatste MCCB is ingesteld door de premier.

SITUATIES De MCCB coördineert maatregelen en voorzieningen in situaties waarbij de nationale veiligheid in geding kan zijn en in andere situaties die een grote uitwerking (kunnen) hebben op de maatschappij. De laatste MCCB is ingesteld in 2016, maar dat wil niet zeggen dat de commissie al die tijd in functie is geweest. Ze wordt namelijk alleen bijeengeroepen als en voor zolang zich zo’n bijzondere situatie voordoet.

OVERSTROMING Daarvan kan volgens de officiële toelichting sprake zijn bij bijvoorbeeld “een verstoring of uitval van vitale infrastructuur (o.a. elektriciteit, ICT, water), overstromingen, infectieziekten, dierziekten, een kernongeval, een terroristische dreiging of aanslag, (…) een lokaal of regionaal incident of ongeval met veel slachtoffers, een incident of ongeval in het buitenland met een groot aantal Nederlandse slachtoffers, of evenementen met een (inter)nationale uitstraling in Nederland”. Het is mij niet bekend voor welke situaties de MCCB in de afgelopen jaren is bijeengeroepen, maar uit deze voorbeelden blijkt dat van een dergelijke situatie zeker sprake kan zijn geweest.

COMMISSIELEDEN Elke minister of staatssecretaris kan vragen om de MCCB bij een te roepen, maar het is alleen de commissievoorzitter die bepaalt of dat daadwerkelijk gebeurt. Slechts enkele ministers zijn in elke situatie vaste commissieleden, zoals de premier en de minister van justitie en veiligheid. In de coronacrisis is de premier commissievoorzitter. Hij beslist welke andere ministers commissielid zijn in de coronacrisis. Uit krantenberichten blijkt dat dit in elk geval de ministers van Volksgezondheid en Medische Zaken en de vicepremiers van de andere coalitiepartijen zijn. Sommige andere ministers maken er zo nu en dan deel van uit, op uitnodiging van de premier. Volgende week staat op de agenda of de scholen weer open kunnen gaan; daarvoor zal in elk geval de minister van Onderwijs zijn uitgenodigd.

BESLUITEN in de MCCB worden door de aanwezige ministers bij meerderheid genomen. Ieder heeft één stem; bij staken van de stemmen is de stem van de premier doorslaggevend. Uitvoering van besluiten mag niet zonder goedkeuring van de voltallige ministerraad, tenzij er spoed bij is. Aannemelijk is dat veel besluiten in verband met corona spoedjes waren, en de ministerraad er niet aan te pas kwam. De premier kan ook anderen dan ministers uitnodigen, zoals deskundigen (RIVM) en een vertegenwoordiger van de veiligheidsregio’s, maar zij hebben dan geen stemrecht.

REGIOVOORZITTERS  Maatregelen zoals het samenkomstverbod, de gedwongen sluiting van cafés, bioscopen en musea en de anderhalve meter staan in noodverordeningen van de veiligheidsregio’s. Die maatregelen zijn van kracht, omdat ze in die verordening staan. Het is echter niet de MCCB die deze verordeningen heeft vastgesteld; dat is namelijk gebeurd door de voorzitters van de 25 veiligheidsregio’s. Wat voor besluiten neemt de MCCB dan wel?

MINISTERS Is het de MCCB die heeft besloten om de regiovoorzitters op te dragen om verordeningen te maken met zulke maatregelen erin? Nee, ook dat is niet het geval. Dat is hun weliswaar opgedragen, maar niet door de MCCB. Hun opdracht komt van een minister, zoals bijvoorbeeld van de minister van Volksgezondheid. Natuurlijk kan de minister van Volksgezondheid niet zomaar zo’n opdracht geven; in principe kan hij dat alleen doen als er een wet is waarin staat dat hij dat mag doen. Een voorbeeld van zo’n wet is de Wet Publieke Gezondheid; daarin staat bijvoorbeeld dat de minister van Volksgezondheid in coronatijd aan de regiovoorzitters opdracht mag geven om gebouwen te sluiten, zo is die wet tenminste uitgelegd.

AFSTEMMEN Welke rol heeft de MCCB dan wél? Volgens het Nationaal Handboek Crisisbesluitvorming moet de minister de opdrachten die hij wil gaan geven aan de regiovoorzitters eerst bespreken in de MCCB. De MCCB besluit hoe al deze opdrachten op elkaar worden afgestemd. Tot zover de rechtsregels.

(Mr. Leon)

Coronavirus in Nederland (IV)

VRIJDAG 10 APRIL 2020 In de afgelopen weken heeft het coronavirus overal in ons land geleid tot noodverordeningen. Die zijn gemaakt door de voorzitters van de 25 veiligheidsregio’s. Tal van overheidsfunctionarissen zijn inmiddels aangewezen als handhavers van de daarin opgenomen maatregelen. Het zijn geboden en verboden voor de burger, zoals het verbod van samenkomsten met meer dan twee personen. Zulke maatregelen beperken je rechten, ook al zijn daar heel goede redenen voor. Ze beperken zelfs enkele mensenrechten. Om welke mensenrechten gaat het zoal?

VERGADERVRIJHEID Het verbod van samenkomsten waarbij meer dan twee personen fysiek aanwezig zijn, is een beperking van diverse mensenrechten. Ten eerste is het een beperking van het recht tot vergadering, want hierdoor kunnen bijvoorbeeld politieke partijen, sportverenigingen en belangenorganisaties geen ledenvergaderingen meer houden. Tenminste ledenvergaderingen waarbij de leden fysiek aanwezig kunnen zijn. Vergaderingen die nodig zijn voor de continuering van de dagelijkse werkzaamheden vallen trouwens niet onder het verbod, maar dat is bij een ledenvergadering niet het geval. Dit mensenrecht is vastgelegd in de grondwet.

DEMONSTRATIEVRIJHEID Ten tweede is het een beperking van het recht tot betoging, want hierdoor is een demonstratie waarbij drie of meer personen fysiek aanwezig zijn onmogelijk geworden. Ook dit mensenrecht is vastgelegd in de grondwet.

FAMILIELEVEN? Ten derde zou het een beperking van het recht op eerbiediging van het familieleven kunnen zijn, omdat verjaardagsfeestjes en uitjes met familie en vrienden niet meer kunnen. Ook de onmogelijkheid om oma in de zorginstelling te bezoeken of met haar op pad te gaan zou zo’n beperking kunnen zijn. Dit mensenrecht is vastgelegd in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. De onmogelijkheid van een bezoek aan oma in de zorginstelling en met haar op pad te gaan is bovendien een beperking van het recht van ouderen om een waardig en zelfstandig leven te leiden en aan het maatschappelijk en cultureel leven deel te nemen; dat mensenrecht is vastgelegd in het grondrechtenhandvest van de Europese Unie.

GODSDIENSTVRIJHEID Het verbod van religieuze samenkomsten waarbij meer dan dertig personen fysiek aanwezig zijn, zoals bij het houden van een eredienst in kerk, moskee of synagoge in het kader van een uitvaart, is een beperking van het recht om godsdienst in gemeenschap met anderen vrij te belijden. Dit mensenrecht is vastgelegd in de grondwet.  

INTERNET Natuurlijk biedt het internet mogelijkheden om elkaar op afstand te zien, horen en ontmoeten. Tot op zekere hoogte kunnen vergaderen, demonstreren, familieleven en religieuze vieringen op die manier gebeuren, en gebeurt het ook, nu meer dan vóór de coronatijd. Toch zijn bovengenoemde mensenrechten beperkt, omdat de vrijheid om voor fysieke samenkomsten te kiezen is vervallen.

VRIJHEID VAN BEROEP Het verbod om contactberoepen uit te oefenen, zoals dat van kappers, schoonheidsspecialisten, visagisten, pedicures, rijinstructeurs en tatoeëerders, is een beperking van de vrijheid van beroep dat eenieder het recht geeft om zijn vrijelijk gekozen beroep uit te oefenen. Dit mensenrecht is opgenomen in het grondrechtenhandvest van de Europese Unie.

VRIJHEID VAN ONDERNEMERSCHAP Het verbod om cafés, fitnesscentra, zwembaden, sauna’s, seksinrichtingen en amusementshallen open te hebben en de zeer beperkte openstellingsmogelijkheden van bijvoorbeeld restaurants zijn een beperking van de vrijheid van ondernemerschap. Ook dit mensenrecht is vastgelegd in het grondrechtenhandvest van de Europese Unie.

(Mr. Leon)

Opmerking n.a.v. de doorhalingen (11 april): Het grondrechtenhandvest van de Europese Unie is hier niet van toepassing, omdat met de maatregelen in de noodverordeningen geen recht van de Europese Unie ten uitvoer wordt gebracht. In grondwet en Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens komen de genoemde mensenrechten niet voor.

Coronavirus in Nederland (III)

VRIJDAG 3 APRIL 2020 In de afgelopen weken heeft het coronavirus overal geleid tot noodverordeningen. Die zijn gemaakt door de voorzitters van de 25 veiligheidsregio’s waarin ons land is verdeeld. Hierin staat bijvoorbeeld dat samenkomsten verboden zijn, dat cafés en restaurants niet open mogen zijn en dat men altijd minstens anderhalve meter afstand van elkaar moet houden (leden van hetzelfde gezin uitgezonderd). Veel overheidsfunctionarissen zijn aangewezen voor de handhaving van die maatregelen. Welke juridische consequenties zijn er voor wie zich niet houdt aan de maatregelen?

AANWIJZINGEN Al deze handhavers mogen aanwijzingen geven. Burgers en bedrijven moeten die aanwijzingen stipt en onmiddellijk nakomen.

AFDWINGEN De voorzitter van de veiligheidsregio kan de naleving van maatregelen feitelijk afdwingen. Hij kan bijvoorbeeld de toegang tot een café dat open is gebleven laten dichttimmeren zodat er geen bezoekers meer naar binnen kunnen. De caféhouder kan zich hier niet tegen verzetten; sterker nog, hij zal de kosten ervan moeten vergoeden. Dit is uitoefening van bestuursdwang, hoewel de wettelijke regeling van bestuursdwang in deze situatie waarin wordt opgetreden ter onmiddellijke handhaving van de openbare orde niet van toepassing is. Ook kan de voorzitter politiefunctionarissen machtigen om bestuursdwang in zijn naam uit te oefenen. De politie mag dan zelf besluiten om al dan niet het café dicht te laten timmeren. In sommige veiligheidsregio’s zijn de burgemeesters gemachtigd om bestuursdwang uit te oefenen. Die burgemeesters kunnen dan weer op hun beurt politiefunctionarissen daartoe machtigen.

STRAFFEN Wie zich niet aan een maatregel of aanwijzing houdt kan bovendien een bekeuring van de politie krijgen. Zo’n bekeuring is in de eerste plaats een proces verbaal, dus een (sterk) bewijsmiddel waaruit blijkt dat een bepaald persoon op een bepaalde plaats, dag en tijd een bepaalde coronamaatregel heeft overtreden. In de  tweede plaats is die bekeuring ook een soort van boete: voor mensen van 18 jaar of ouder gaat het dan om een bedrag van ongeveer 400 euro, per overtreding; voor jongeren gaat het om een lager bedrag. Wie dit niet op tijd betaalt, kan in een latere rechtszaak worden veroordeeld tot een veel hogere geldboete – ongeveer 4000 euro – of zelfs tot een verblijf in de gevangenis van drie maanden. Overtreding van de coronamaatregelen is namelijk een strafbaar feit.

MEER HANDHAVERS Mijn bijdrage van vorige week ging over de handhavers van de noodverordeningen. Inmiddels is hun aantal in diverse veiligheidsregio’s uitgebreid, misschien is dat zelfs overal gebeurd. Zo is er een uitbreiding bij de politiefunctionarissen: alle politieambtenaren zijn nu  aangewezen als handhavers. Dus ook politieambtenaren met technische en administratieve taken. En ook de boa’s die bij de politie in dienst zijn nu aangewezen; de boa’s die bij een gemeente werken waren al eerder aangewezen. Een andere uitbreiding is dat nu ook boa’s en handhavers die bij regionale omgevingsdiensten werken zijn aangewezen als handhavers van de noodverordeningen.

MEER MAATREGELEN Mijn bijdrage van twee weken geleden ging over de maatregelen. Ook die zijn inmiddels uitgebreid. Zo is de anderhalve meter afstand officieel ingevoerd. Ook zijn er nu locaties en gebieden in de publieke ruimte aangewezen waar helemaal niemand meer mag komen. Daarop bestaan natuurlijk uitzonderingen, zoals de mensen die er hun woning hebben of die er moeten werken. In de Rotterdamse regio zijn op die manier onder andere diverse parken, wegen of delen hiervan aangewezen als verboden gebied. Ook zijn hier diverse skateparken, voetbalkooien, sportparken en fitness toestellen die in de publieke ruimte staan aangewezen als verboden locatie. In Noord-Holland is dat onder andere gebeurd met diverse kampeerterreinen, onder andere die op Texel. Met een tentje op het kampeerterrein staan, mag hier dus voorlopig niet meer.

(Mr. Leon)