DINSDAG 7 MEI 2019 Enkele weken geleden stond er in de Volkskrant een reportage over Herenboeren Wilhelminapark. Dit agrarisch bedrijf is ongeveer 20 ha groot en ligt in de buurt van de Brabantse gemeenten Boxtel en Vught. Wat deze boerderij zo bijzonder maakt, is dat ze niet levert aan de supermarkt maar rechtstreeks aan de consument én dat niet de boer maar deze consumenten de baas zijn. Hoe ziet die samenwerking er juridisch uit?
Coöperatie
Herenboeren Wilhelminapark – hieronder: Wilhelminapark
– is een coöperatie. Een coöperatie is een vereniging
die bij de notaris is opgericht. Elke
coöperatie
heeft als doel te voorzien in bepaalde stoffelijke
behoeften van de leden. Hiertoe wordt een bedrijf uitgeoefend en met
elk lid een overeenkomst gesloten. Dit alles moet blijken uit de
statuten. Een fanfare of voetbalclub is weliswaar
een
vereniging maar geen coöperatie, want voorziet in onstoffelijke
behoeften
van de leden, namelijk het plezier van musiceren
of
voetballen. Anders dan een gewone vereniging, mag een coöperatie
eventueel gemaakte winst onder de leden verdelen. Wilhelminapark
is volgens de statuten niet gericht op winst; dat sluit natuurlijk
niet uit dat er toch winst wordt gemaakt. Dan mag die winst onder de
leden worden verdeeld.
Behoefte
In de statuten van Wilhelminapark
staat onder andere dat wordt voorzien in de behoefte van de leden aan
aardappelen, groenten, fruit, eieren en vlees van runderen, varkens
en kippen. Daartoe wordt een eigen boerenbedrijf uitgeoefend dat
lokaal,
eerlijk en puur voedsel
produceert.
Leden
Zowel
natuurlijke personen als rechtspersonen kunnen lid worden.
Natuurlijke personen zijn mensen van vlees en bloed. Met
rechtspersonen worden hier bedrijven en hun kantines bedoeld. Nieuwe
leden binden zich voor drie jaar, en daarna per jaar.
€ 2000,-
Nieuwe leden moeten zich inkopen door de aanschaf van een
ledencertificaat. Hiervan
wordt de nieuwe prijs elk jaar
opnieuw vastgesteld. Momenteel is
dat 2000
euro. Een
alleenstaande die zich aanmeldt, mag soms
volstaan met de aanschaf van een half certificaat. Een bedrijf dat
zich aanmeldt, mag soms
meer dan één certificaat kopen.
€ 12,-
Wilhelminapark sluit met elk lid een individuele overeenkomst over
het aantal porties voedsel dat wekelijks wordt gekocht; deze
overeenkomst wordt steeds voor een jaar aangegaan. Per certificaat
geldt een minimum (2) en een maximum aantal (5) porties. Bij een half
certificaat is het minimum één portie.
Prijs per portie bedraagt
nu
12 euro per week. Trouwens, de coöperatie spreekt in dit verband
niet van porties maar van monden.
Er moet dus 12 euro per mond per week betaald worden. Wie gedurende
het jaar voor kortere of langere tijd minder wil afnemen, betaalt
toch het volle pond. Volgens het Huishoudelijk
Reglement
moet zelfs voor het volle pond betaald worden als de coöperatie
tijdelijk minder aanbod heeft dan overeengekomen, bijvoorbeeld
door een slechte oogst.
Volgens
het Burgerlijk
Wetboek
mag
een coöperatie overeenkomsten alleen wijzigen als dit duidelijk in
die overeenkomst zelf staat; een
bepaling in het reglement is
daarvoor
dus
niet
genoeg.
U.A.
De coöperatie heet voluit Herenboeren
Wilhelminapark Coöperatie U.A.
Die laatste twee letters – U.A.
– betekenen volgens het Burgerlijk Wetboek dat leden en oud-leden
niet hoeven bij te dragen in een eventueel tekort, dat er
na ontbinding van de
coöperatie blijkt
te zijn.
U.A.
is de wettelijke afkorting voor uitsluiting
van aansprakelijkheid.
Monden Een lid dat opzegt, heeft niet zonder meer recht op teruggave van zijn inleg, de 2000 euro. Recht op teruggave is er pas bij een wachtlijst én iemand hierop daadwerkelijk lid. Zonder wachtlijst is er alleen recht op teruggave als de opzegger zelf een nieuw lid aanbrengt. De boerderij van de coöperatie kan volgens eigen zeggen maximaal 500 monden voeden. Wie zich hierna aanmeldt, komt op de wachtlijst.
ALV
Elk
jaar moet er minstens één algemene (leden) vergadering worden
gehouden. Elk lid mag in deze ALV het woord voeren en een stem
uitbrengen; de levenspartner
mag ook aanwezig zijn. De meeste leden hebben één heel certificaat,
en daarmee één stem. Wie een half certificaat heeft, heeft slechts
een halve stem. Wie meer certificaten heeft, heeft evenzoveel meer
stemmen: wie drie certificaten heeft, heeft dus drie stemmen.
Juridisch is dat in orde.
1/10 Gezinnen zullen één stem of een halve stem hebben terwijl bedrijven meer stemmen kunnen hebben. De coöperatie wil voorkomen dat één of enkele leden te veel zeggenschap krijgen. Daarom mag hooguit 1/10 van alle uit te geven (hele) certificaten in handen zijn van leden met meer dan één heel certificaat, bedrijven dus. Als er slechts één bedrijf dat meer dan één certificaat heeft, dan mag dit bedrijf 10% van de certificaten bezitten. Als er meerdere bedrijven zijn met elk meer dan één certificaat, dan mogen zij samen 10% van de certificaten bezitten. Daarbij gaat het om 10% van het maximaal uit te geven (hele) certificaten: zolang nog niet alle uit te geven certificaten daadwerkelijk zijn uitgegeven, mogen deze bedrijven meer dan 10% van de certificaten bezitten!
Reglement
Deze regeling waarbij hooguit 10% van alle stemmen in handen is van
leden met meer stemmen, is niet
opgenomen in de Statuten. Wel in het Huishoudelijk Reglement.
Wijziging
van de regeling is mogelijk, bijvoorbeeld door haar helemaal af te
schaffen zodat leden met meer stemmen voortaan de meerderheid van
alle stemmen mogen hebben. Voor
wijziging is slechts
een reglementswijziging nodig, geen
statutenwijziging en dus evenmin medewerking van de notaris. Wat is
wél nodig om de 10%-regeling te wijzigen/af
te schaffen?
Ten eerste medewerking van het bestuur: zonder hun medewerking is een
voorstel voor reglementswijziging onmogelijk. Ten tweede moet uit de
vooraf toegestuurde agenda voor de ALV duidelijk blijken dat wordt
voorgesteld om het reglement te wijzigen en wat dit
voorstel
inhoudt.
Referendum
Ten derde kan alleen
tot
reglementswijziging worden
besloten
met een versterkte meerderheid van 2/3 van de ALV. Er worden geen
eisen gesteld aan het aantal leden dat op die vergadering aanwezig
is. Dat
is weliswaar heel praktisch, maar waarom is er niet voor gekomen om
reglementswijzigingen die
grote gevolgen kunnen hebben voor de interne machtsverhoudingen
per
referendum
aan de leden voor te leggen? Dan
zullen er veel meer leden
zijn
die daadwerkelijk hun stem uitbrengen dan de leden die aanwezig zijn
op
de ALV.
Statuten
Ook na reglementswijziging heeft een lid/bedrijf
geen
recht
op aanschaf van meer certificaten (en dus meer stemmen): het bestuur
beslist volgens
de Statuten
namelijk
óf
zo’n
verzoek
al
dan niet
wordt gehonoreerd. Een reglementswijziging kan dit niet veranderen.
Teeltplan
De
ALV
besluit
niet alleen over eventuele reglementswijzigingen. Maar bijvoorbeeld
ook over de prijs die nieuwe leden voor een certificaat moeten
betalen. En over de wekelijkse bijdrage die in het nieuwe
kalenderjaar per mond moet worden betaald. En over het jaarplan en
bijbehorende begroting: wat de boer in
het volgende
jaar gaat telen. De
ALV kiest bovendien het bestuur van de coöperatie. Men moet lid zijn
om bestuurslid te kunnen worden. De voorzitter wordt in functie
benoemd. Bestuursleden worden voor drie jaar benoemd, maar ze
kunnen
tussentijds worden ontslagen of geschorst door de ALV.
Bestuur
Het bestuur gaat er bijvoorbeeld over wie de boer wordt. De boer
hoeft geen lid te zijn. Hij doet zijn werk onder toezicht en
verantwoordelijkheid van het bestuur. Daartoe geeft het hem een
schriftelijke instructie die weer in lijn is met het jaarplan dat op
de ALV is vastgesteld. Het bestuur neemt haar besluiten met
meerderheid van stemmen; alleen
als de meerderheid present is, kunnen geldige
besluiten genomen worden. Bestuursleden zijn allemaal vrijwilligers.
De
boer
De boer is geen vrijwilliger: hij wordt beloond voor zijn werk. Op
verzoek moet hij de bestuursvergaderingen en ALV’s bijwonen.
BRONNEN:
”Coöperatie”
Artikel
53 van het (Tweede Boek van het) Burgerlijk Wetboek luidt
(gedeeltelijk): De coöperatie is een bij notariële akte als
coöperatie opgerichte vereniging. Zij moet zich blijkens de statuten
ten doel stellen in bepaalde stoffelijke behoeften van haar leden te
voorzien krachtens overeenkomsten, anders dan van verzekering, met
hen gesloten in het bedrijf dat zij te dien einde te hunnen behoeve
uitoefent of doet uitoefenen.
Artikel
26 lid 3 luidt: Een vereniging mag geen winst onder
haar leden verdelen.
Artikel
53a luidt (gedeeltelijk): De bepalingen van de vorige titel zijn, met
uitzondering van (artikel) 26 lid 3, op de coöperatie van
toepassing, voor zover daarvan in deze titel niet wordt afgeweken
”€
12,-”
Artikel
59 van het Tweede Boek van het Burgerlijk Wetboek luidt: Lid 1.
Coöperaties en onderlinge waarborgmaatschappijen zijn niet bevoegd
door een besluit wijzigingen in de met haar leden in de uitoefening
van haar bedrijf aangegane overeenkomsten aan te brengen, tenzij zij
zich deze bevoegdheid in de overeenkomst op duidelijke wijze hebben
voorbehouden. Een verwijzing naar statuten, reglementen, algemene
voorwaarden of dergelijke, is daartoe niet voldoende. Lid 2. Op een
wijziging als in het vorige lid bedoeld kan de rechtspersoon zich
tegenover een lid slechts beroepen indien de wijziging schriftelijk
aan het lid was medegedeeld.
”U.A.”
Artikel
56 van het Tweede Boek van het Burgerlijk Wetboek luidt: Een
coöperatie of een onderlinge waarborgmaatschappij kan in afwijking
van het in het vorige artikel bepaalde in haar statuten iedere
verplichting van haar leden of oud-leden om in een tekort bij te
dragen, uitsluiten of tot een maximum beperken. De leden kunnen
hierop slechts een beroep doen, indien de rechtspersoon aan het slot
van zijn naam in het eerste geval de letters U.A. (uitsluiting van
aansprakelijkheid), en in het tweede geval de letters B.A. (beperkte
aansprakelijkheid) heeft geplaatst. Een rechtspersoon waarop de
eerste zin niet is toegepast, plaatst de letters W.A. (wettelijke
aansprakelijkheid) aan het slot van zijn naam. De genoemde
rechtspersonen zijn, behoudens in telegrammen en reclames, verplicht
haar naam volledig te voeren.
Artikel
55 luidt (gedeeltelijk): Zij die bij de ontbinding leden waren, of
minder dan een jaar te voren hebben opgehouden leden te zijn, zijn
tegenover de rechtspersoon naar de in de statuten aangegeven maatstaf
voor een tekort aansprakelijk; wordt een coöperatie of onderlinge
waarborgmaatschappij ontbonden door haar insolventie nadat zij in
staat van faillissement is verklaard, dan wordt de termijn van een
jaar niet van de dag der ontbinding, maar van de dag der
faillietverklaring gerekend. De statuten kunnen een langere termijn
dan een jaar vaststellen.
”ALV”
Artikel
38 van het Tweede Boek van het Burgerlijk Wetboek luidt
(gedeeltelijk): Behoudens het in het volgende artikel bepaalde,
hebben alle leden die niet geschorst zijn, toegang tot de algemene
vergadering en hebben daar ieder één stem; een geschorst lid heeft
toegang tot de vergadering waarin het besluit tot schorsing wordt
behandeld, en is bevoegd daarover het woord te voeren. De statuten
kunnen aan bepaalde leden meer dan één stem toekennen.
”Referendum”
Artikel
39 van het Tweede Boek van het Burgerlijk Wetboek luidt
(gedeeltelijk): De statuten kunnen bepalen dat bepaalde besluiten van
de algemene vergadering aan een referendum zullen worden onderworpen.
De statuten regelen de gevallen waarin, de tijd waarbinnen, en de
wijze waarop het referendum zal worden gehouden. Hangende de uitslag
van het referendum wordt de uitvoering van het besluit geschorst.