Terrasje pakken

DONDERDAG 29 APRIL 2021 Gisteren zijn de buitenterrassen van cafés en restaurants eindelijk weer opengesteld, al is het dan alleen in de middag en onder allerlei strikte coronavoorwaarden. Voor velen iets waarnaar lang is uitgezien. Vrijwel iedereen pakt wel eens een terrasje: om af te spreken met vrienden of voor werk, om een boek of krant te lezen of om gewoon zomaar te zitten onder het genot van een kopje koffie, colaatje, biertje of iets sterkers. Maar is er ook iets staatsrechtelijk te zeggen over buitenterrassen?

OPENSTELLING van de buitenterrassen volgt uit een wijziging van de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19. Deze ministeriële regeling is sinds eind vorig jaar de landelijke opvolger van de regionale noodverordeningen van de voorzitters van de veiligheidsregio’s (die golden vanaf maart vorig jaar). Tot gisteren stond in artikel 4.4 van de ministeriële regeling dat een café of restaurant, inclusief bijbehorend terras, niet voor publiek mag worden opengesteld, de afhaalfunctie uitgezonderd. Sinds gisteren staat in dit artikel dat buitenterrassen in de middag mogen worden opengesteld.

PLAATSEN Cafés, restaurants en hun terrassen zijn publieke plaatsen. Los van corona staan (stonden) publieke plaatsen open voor het publiek, al is het verblijf aan een doel gebonden en kan het zijn dat men zich voor binnenkomst moet melden of een toegangsprijs moet betalen. In deze tijd van corona zijn sommige publieke plaatsen voor publiek opengesteld gebleven, zoals dat het geval is met supermarkten, (week)markten en apotheken. Maar andere publieke plaatsen moesten of moeten dicht blijven, zoals dat het geval is met musea, theaters, cafés en restaurants. Al mogen dan die laatste twee sinds gisteren hun buitenterrassen weer openen. Publieke plaatsen moeten worden onderscheiden van besloten plaatsen en openbare plaatsen.

OPENBARE PLAATSEN zijn plaatsen die voor het publiek openstaan. Verblijf aldaar is niet aan een bepaald doel gebonden, en men hoeft zich voor binnenkomst niet te melden of een toegangsprijs te betalen. Openbare plaatsen zijn bijvoorbeeld (openbare) stoepen, pleinen en parken. In het algemeen waren (en zijn) openbare plaatsen ook in tijden van corona voor publiek opengesteld, te drukke winkelstraten en stadsparken (soms) uitgezonderd.

BESLOTEN PLAATSEN staan niet open voor het publiek. Ze staan alleen open voor bepaalde doelgroepen. Voorbeelden zijn kantoren (werknemers), scholen (leerlingen), woningen en kerken (en andere gebedshuizen). Kantoren, woningen en gebedshuizen zijn niet gesloten, al gelden er wel allerlei coronabeperkingen.

TERRASVERGUNNING Veel (horeca)terrassen bevinden zich op een (openbare) stoep of plein of in een (openbaar) park. Zo’n stoep, plein of park is dus eigenlijk een openbare plaats, maar als terras is het een publieke plaats geworden. De cafébaas mag niet zomaar een terras maken van een deel van stoep, plein of park dat in de buurt ligt. Hij kan daarvoor een gemeentelijke vergunning nodig hebben: de terrasvergunning. De burgemeester gaat (vaak) over het al dan niet verlenen van deze vergunning.

APV Die terrasvergunningsplicht kan zijn opgenomen in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) van de gemeente. Daarin staan dan ook weigeringsgronden. Een APV kan niet zonder medewerking van de gemeenteraad worden vastgesteld.

TERRASBELASTING Gemeenten mogen ook belasting heffen voor een terras. Zo mag er een (precario)belasting worden ingevoerd voor voorwerpen die particulieren op of in (openbare) stoep, plein of park hebben aangebracht. Voorwerpen zoals stoelen, tafeltjes, windschermen en bloembakken. Hoe hoog die belasting is, kan o.a. afhankelijk zijn van (terras)oppervlak en locatie. Een terrasbelasting mag net als een terrasvergunningsplicht alleen met medewerking van de gemeenteraad worden ingevoerd.

(Mr. Leon)

Volgend blog: 13 mei

Het demissionaire kabinet Rutte III

DINSDAG 20 APRIL 2021Hoewel er sinds de Tweede Kamerverkiezingen van 17 maart dit jaar intensief overlegd is over de vorming van een nieuw kabinet, is dit nog niet in zicht. In de tussentijd is het evenmin zo dat Nederland zonder kabinet is. Het kabinet dat na de voorlaatste verkiezingen – in 2017 – is gevormd is er namelijk nog steeds. Dat is het kabinet Rutte III. Al is dat nu wel een demissionair kabinet geworden. Wat is een demissionair kabinet?

ONTSLAG Een demissionair kabinet is een kabinet dat collectief zijn ontslag heeft aangeboden aan de Koning. Zo’n aangeboden ontslag is nog geen aftreden. Een afgetreden kabinet is een kabinet dat er niet meer is, en dat dus niet meer vergadert, besluiten neemt of in het parlement spreekt. Een demissionair kabinet is (nog) niet afgetreden, en gaat zolang door met vergaderen, besluiten nemen en in het parlement spreken. Een demissionair kabinet treedt pas af als er een nieuw kabinet is gevormd.

CONTROVERSIËLE EN LOPENDE ZAKEN Wat is het verschil tussen een demissionair kabinet en een gewoon (missionair) kabinet? Een demissionair kabinet zou geen omstreden of controversiële zaken mogen behandelen. Het zou alleen lopende zaken mogen afhandelen. Maar wat is een controversiële zaak en wat is een lopende zaak?

LOPENDE ZAKEN Zelf verklaarde premier Rutte op 15 januari – de dag dat het kabinet demissionair werd – dat het kabinet ‘in elk geval doorgaat met de strijd tegen het coronavirus en met het opvangen van de economische en maatschappelijke gevolgen daarvan door middel van bestaande en aangekondigde steunpakketten. En ook dat het kabinet blijft werken aan snelle compensatie voor de getroffen ouders in de (kinderopvang)toeslagenaffaire.’ Dat zouden dan geen controversiële zaken betreffen maar slechts de afhandeling van lopende zaken.

CONTROVERSIËLE ZAKEN De Tweede Kamer en de Eerste Kamer hebben elk een lijst vastgesteld waarop o.a. wetsvoorstellen staan die zij controversieel hebben verklaard. De Kamer zal die wetsvoorstellen niet verder behandelen zolang het kabinet demissionair is. Pas na de officiële installatie van een nieuw kabinet wordt de parlementaire behandeling van die wetsvoorstellen weer opgepakt. De Kamers mogen zulke lijsten zelfstandig vaststellen, want (alleen) zijzelf gaan over hun agenda. Het is de meerderheid die beslist wat er op de lijst komt te staan. Het voornaamste criterium dat de Tweede Kamer voor het al dan niet controversieel verklaren tussen 1994 en 2012 blijkt te hanteren is behoud van keuzevrijheid voor het nieuwe kabinet. De Tweede Kamer heeft op 11 februari jl. een lange lijst van controversiële wetsvoorstellen vastgesteld. Dat was dus de oude Tweede Kamer, die van vóór de verkiezingen. Op die lijst staat bijvoorbeeld een wetsvoorstel om het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering te wijzigen. In dit wetboek wordt o.a. de wijze van procederen in civiele zaken geregeld, dat zijn zaken waarin de ene burger de andere burger voor de rechter daagt. In het wetsvoorstel worden voorstellen gedaan om de bewijsregels te vereenvoudigen en te moderniseren. De Tweede Kamer heeft dat wetsvoorstel dus controversieel verklaard.

LOPENDE ZAAK? Is het dan niet merkwaardig dat het kabinet zo’n twee weken geleden een wetsvoorstel voor een geheel nieuw Wetboek van Strafvordering voor advies naar de Raad van State heeft gestuurd? Het nieuwe wetboek zal in de plaats komen van het huidige Wetboek van Strafvordering, dat bestaat uit meer dan elfhonderd wetsartikelen. Daarin worden onderwerpen geregeld als de bevoegdheden van politie en justitie en de rechten van verdachten, advocaten en slachtoffers. In het voorstel voor een nieuw wetboek worden o.a. de opsporingsbevoegdheden van de politie uitgebreid. Kan zo’n voorstel voor een nieuw wetboek nog worden gezien als het afdoen van een lopende zaak, zou het echt niet controversieel zijn? Het kabinet vindt het blijkbaar niet controversieel. Na het advies van de Raad van State gaat een wetsvoorstel naar de Tweede Kamer. De lijst die de oude Tweede Kamer op 11 februari heeft vastgesteld kan natuurlijk worden aangepast. We zullen zien of de Kamer dit wetsvoorstel aan haar lijst zal toevoegen. De meerderheid van de (nieuwe) Tweede Kamer beslist hierover. Na de verkiezingen van maart zijn de politieke verhoudingen veranderd. Weliswaar heeft de oude coalitie haar meerderheid behouden, maar daarbinnen zijn de onderlinge krachtverhoudingen veranderd (zo heeft de VVD het CDA nu minder zetels en D66 veel meer) en bovendien is het nog maar zeer de vraag of de huidige coalitie überhaupt zal worden voortgezet (een andere coalitie impliceert een andere parlementaire meerderheid). Daardoor zal het nieuwe kabinet waarschijnlijk heel andere keuzes willen maken dan het huidige kabinet, bijvoorbeeld voor een nieuw Wetboek van Strafvordering. Daarom zouden we kunnen verwachten dat de Tweede Kamer ook dat wetsvoorstel controversieel verklaart.

DEMISSIONAIR OP VERZOEK Het kabinet Rutte III heeft op 15 januari zijn ontslag aangeboden aan de Koning, omdat ‘’op alle niveaus, door het hele politiek-bestuurlijk-juridische systeem, fouten zijn gemaakt die ertoe hebben geleid dat duizenden ouders groot onrecht is aangedaan’’. Het gaat hier uiteraard over de toeslagenaffaire.

DEMISSIONAIR OMDAT HET MOET In sommige gevallen moet een kabinet zijn ontslag aanbieden. Bijvoorbeeld op de dag vóór Tweede Kamerverkiezingen. Elk zittend kabinet wordt dus na de verkiezingen demissionair. Een kabinet kan ook al (ruim) vóór verkiezingen zijn ontslag moeten aanbieden, bijvoorbeeld als het niet langer het vertrouwen krijgt van een meerderheid in de Tweede Kamer. Zo’n vertrouwensbreuk is er o.a. als de Kamer een motie van wantrouwen aanneemt.

AFTREDEN Het demissionaire kabinet Rutte III treedt in beginsel pas af als er een nieuw kabinet is gevormd. Op eigen verzoek kunnen demissionaire ministers eerder aftreden. Eric Wiebes heeft dat op 15 januari gedaan in verband met de toeslagenaffaire. Op 1 april is in de Tweede Kamer een motie van wantrouwen ingediend tegen de premier. Die motie werd net niet aangenomen: ze kreeg steun van 73 van de 150 Kamerleden (de hele oppositie). Wat als de motie wél was aangenomen? Volgens de regels van het staatsrecht moet een minister zijn ontslag aanbieden aan de Koning als de Kamer zo’n motie tegen hem aanneemt. De premier had echter net als de andere ministers al op 15 januari zijn ontslag aangeboden. Wat de motie wilde bereiken, was dat de premier daadwerkelijk zou aftreden. Trouwens, op diezelfde dag is er met ruime meerderheid wél een motie van afkeuring aangenomen. Wat deze motie leek te willen bereiken, was dat de premier op eigen verzoek zou aftreden. Maar dat heeft hij dus niet gedaan.

(Mr. Leon)

Volgend blog: donderdag 29 april

Kabinetsformatie in Duitsland en België

DONDERDAG 8 APRIL 2021 Het vorige blog ging over de kabinetsformatie in Nederland. In dit blog wordt de Nederlandse kabinetsformatie vergeleken met die bij onze zuider- en oosterburen: België en Duitsland.

BONDSDAG De Tweede Kamer heet in België Kamer van Volksvertegenwoordigers; die Kamer heeft net als bij ons land 150 leden. In Duitsland heet de Tweede Kamer Bundestag (Bondsdag). De Bondsdag heeft ruim 700 leden. België is net als Nederland een monarchie; het staatshoofd is een koning. Duitsland is een republiek; het staatshoofd is een president. In België is de ‘’regeringsleider’’ net als in Nederland de premier. In Duitsland is de bondskanselier de regeringsleider.

INFORMATEUR In Nederland wijst de Tweede Kamer de informateur aan, die in kaart brengt welke coalitie mogelijk is. In België wijst de Koning de informateur aan. Net als in ons land kan iedereen informateur worden. De Koning der Belgen is Filip. In Duitsland wordt geen informateur aangewezen. De (nieuwgekozen) lijsttrekkers en de voorzitters van hun politieke partijen (!) gaan om de tafel zitten met de andere (nieuwgekozen) lijsttrekkers en hun partijvoorzitters om te onderhandelen over een nieuwe regeringscoalitie.

FORMATEUR In Nederland wijst de Tweede Kamer (ook) de formateur aan, die de ministers uitzoekt. In België is het de Koning die (ook) de formateur aanwijst. Meestal wordt de formateur daar net als hier de nieuwe premier. In Nederland wordt de premier ook wel minister-president genoemd, in België ook wel Eerste minister. In Duitsland wordt de bondskanselier de formateur. Men wordt daar dus eerst bondskanselier en pas daarna formateur. In Nederland en België is de volgorde omgekeerd: hier wordt men eerst formateur en pas daarna premier.

NIEUWE PREMIER In Nederland ondertekenen Koning en beoogd premier het besluit waarmee de premier wordt benoemd. In België ondertekenen Koning en demissionair premier dat besluit. Belgisch premier is nu Alexander de Croo; zijn benoemingsbesluit is destijds ondertekend door Sophie Wilmès. In Duitsland wordt het besluit waarmee de bondskanselier wordt benoemd (alleen) ondertekend door de president. De huidige kanselier is Angela Merkel.

MINISTERS In Nederland ondertekenen Koning en de nieuwe premier de besluiten waarmee de ministers worden benoemd. In België gaat het net zo. In Duitsland worden de besluiten waarmee de ministers worden benoemd (alleen) ondertekend door de president. President is nu Frank-Walter Steinmeier.

In België mag een kabinet uit hooguit 15 ministers bestaan, dat is inclusief de premier. De huidige regering bestaat uit dat maximale aantal. Bovendien moeten er evenveel Nederlandstalige als Franstalige ministers zijn, de premier niet meegeteld. Nederland en Duitsland kennen dit soort eisen niet.

KAMER In Nederland kan de Tweede Kamer het hele (nieuwe) kabinet heenzenden door duidelijk te maken dat ze er geen vertrouwen in heeft, bijvoorbeeld door een motie van wantrouwen aan te nemen. In België mag een nieuw kabinet pas aan het werk gaan nadat de Kamer een motie van vertrouwen heeft aangenomen. In Duitsland is het zo dat de president altijd tot bondskanselier benoemt degene die de (meerderheid van de) Bondsdag heeft gekozen.

VERKENNER In Nederland wijst de voorzitter van de oude Tweede Kamer de verkenner(s) aan na overleg met de gekozen lijsttrekkers. In België is de Koning (zelf) die verkenner. Duitsland heeft geen (officiële) verkenner.

DE PRESIDENT in Duitsland wordt gekozen door de Bondsdag en door vertegenwoordigers van de parlementen van de deelstaten. Het koningschap in België is net als in ons land erfelijk bepaald.

(Mr. Leon)

Volgende blog: dinsdag 20 april