VRIJDAG 25 OKTOBER 2024 De Eerste Kamer wil dat de regering het voorstel om de btw op sport, cultuur, media en logies te verhogen van 9% naar 21% loskoppelt van het Belastingplan 2025. De staatssecretaris wil dat niet doen. Zonder die loskoppeling loopt het hele Belastingplan 2025 het risico om niet door te gaan. Waarom is dat zo?
RIJKSBELASTING Het Belastingplan 2025 gaat over belastingen die overal in het land gaan gelden, want het gaat over rijksbelastingen. Denk bij deze belastingen van het Rijk aan een (andere) inkomstenbelasting, aftrekmogelijkheden, vennootschapsbelasting en overdrachtsbelasting bij de verkoop van woningen. En dus bijvoorbeeld ook aan (hogere) belasting op boeken, kranten, museumtickets, sportverenigingen en hotelboekingen.
UIT KRACHT VAN WET Belastingen van het Rijk mogen alleen geheven worden uit kracht van een wet, zo staat er in artikel 104 van de Grondwet. Inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting, overdrachtsbelasting en omzetbelasting zoals de btw mogen dus alleen geheven worden uit kracht van een wet. Ook wijzigingen in die belastingen mogen dus alleen uit kracht van zo’n wet geheven worden.
WETTELIJKE GRONDSLAG Wat betekent het dat (wijzigingen in) dit soort belastingen alleen maar uit kracht van een wet mogen worden geheven? Het betekent dat daarvoor een wettelijke grondslag nodig is. Een wettelijke grondslag betekent hier dat (wijzigingen in) dit soort belastingen (hoofdzakelijk) in een wet in formele zin moeten zijn geregeld.
WET IN FORMELE ZIN Een wet in formele zin is een wet die door de regering én de Tweede Kamer én de Eerste Kamer gezamenlijk is vastgesteld, zie artikel 81 van de Grondwet. Het soort belastingen waar het hierover gaat, moet dus door de regering, de Tweede Kamer én de Eerste Kamer gezamenlijk worden vastgesteld.
VASTSTELLEN De regering heeft het Belastingplan 2025 gemaakt. De regering heeft dus ook een wetsvoorstel gemaakt waarin het Belastingplan 2025 is opgenomen. Dat wetsvoorstel is op dit moment in behandeling bij de Tweede Kamer. Pas nadat de Tweede Kamer het heeft aangenomen gaat het naar de Eerste Kamer. Pas nadat ook de Eerste Kamer het heeft aangenomen kan het wetsvoorstel als wet worden vastgesteld. Pas dan kan de hogere btw op sport, cultuur, media en logies worden ingevoerd. Dat kan dus niet als de Tweede Kamer of de Eerste Kamer het wetsvoorstel niet aannemen maar verwerpen.
AMENDEMENT De Tweede Kamer heeft het recht van amendement, zie artikel 84 Grondwet. Dat betekent dat de Tweede Kamer een wetsvoorstel mag wijzigen (amenderen). Deze Kamer mag dus een wetsvoorstel gewijzigd aannemen. Zo zou de Tweede Kamer het Belastingplan 2025 zo mogen wijzigen dat de btw-verhoging op sport, cultuur, media en logies wordt geschrapt, en de rest van het Belastingplan 2025 wordt aangenomen. Dan zou de btw op sport, cultuur, media en logies hetzelfde blijven als de afgelopen jaren, terwijl alle andere maatregelen uit het belastingplan wél doorgaan.
REGEERAKKOORD Het ligt echter niet voor de hand dat de Tweede Kamer die wijziging aanbrengt. De btw-verhoging staat namelijk in het regeerakkoord dat de vier coalitiepartijen met elkaar hebben gesloten. Die vier partijen – BBB, NSC, VVD en PVV – bezitten in de Tweede Kamer een meerderheid. Hun gezamenlijke wil is in deze Kamer dus wet.
SENAAT Nadat de Tweede Kamer het wetsvoorstel heeft aangenomen, gaat het wetsvoorstel naar de Eerste Kamer. De politieke verhoudingen in de Eerste Kamer zijn anders dan in de Tweede Kamer. In de Eerste Kamer hebben de vier coalitiepartijen namelijk geen meerderheid. Zij hebben daarin dertig zetels, terwijl de Eerste Kamer uit vijfenzeventig Kamerleden bestaat. En als ik het goed zie, is een meerderheid van de Eerste Kamer tégen de btw-verhoging. De Eerste Kamer wordt ook wel senaat genoemd.
VERWERPEN Anders dan de Tweede Kamer zou de (meerderheid van de) Eerste Kamer dus wél de btw-verhoging willen schrappen. Er is echter een probleem: de Eerste Kamer heeft anders dan de Tweede Kamer geen recht van amendement. De Eerste Kamer mag een wetsvoorstel alleen maar aannemen of verwerpen.
LOSKOPPELEN Daarom heeft de Eerste Kamer de regering gevraagd om de btw-verhoging los te koppelen van het Belastingplan 2025 en in een apart wetsvoorstel op te nemen. Dan zou de Eerste Kamer het wetsvoorstel waarin die btw-verhoging na loskoppeling is opgenomen kunnen verwerpen, en de rest van het Belastingplan 2025 kunnen aannemen. Maar zoals uit de inleiding tot dit blog al bleek: daar wil de regering niet aan. Als de regering dit standpunt handhaaft, is het de vraag of de btw-verhoging voor de Eerste Kamer belangrijk genoeg is om het hele Belastingplan 2025 te verwerpen. Zo ja, dan komt er geen btw-verhoging op sport, cultuur, media en logies. Maar dan komen de andere maatregelen uit het Belastingplan 2025 – waarmee (een meerderheid van) de Eerste Kamer misschien wel kan instemmen – er evenmin.
Mr. Leon
Volgend blog op vrijdag 8 november!