Partijkas PvdA bijna leeg

WOENSDAG 25 JULI 2018. In de krant van vorige week staat het bericht dat de bodem van de partijkas van de PvdA in zicht is. Dat wordt afgeleid uit de jaarrekening 2017.

Wie stelt de jaarrekening vast? Uit statuten en reglement van de PvdA volgt dat de verenigingsraad de jaarrekening vaststelt. De verenigingsraad bestaat volgens het reglement uit afgevaardigden van de besturen van de (plaatselijke) afdelingen en de (provinciale) gewesten.

Wie stelt de partijbegroting vast? Uit statuten en reglement van de PvdA volgt dat de verenigingsraad ook de begroting vaststelt. Het partijbestuur legt de verenigingsraad een voorstel voor een begroting voor, waarna de verenigingsraad de knoop doorhakt.

En het partijcongres? Het partijcongres – waar elk lid naar toe mag en stemrecht heeft – mag de beslissing over de vaststelling van jaarrekening en begroting naar zich toe trekken.

Jaarrekening: zie artikel 9 lid 1 Statuten en artikel 4.6 lid 1 Reglement

Partijbegroting: zie artikel 9 lid 1 Statuten en artikel 4.6 lid 2 Reglement

Partijcongres: zie artikel 5 lid 5 en lid 1 Statuten.

https://www.pvda.nl/wp-content/uploads/2017/06/Statuten-en-Reglementen-2017.pdf

Wat vindt Franse regeringspartij Mouvement Démocrate van wetsvoorstel nieuw kiesstelsel?

JEUDI LE 12 JUILLET 2018. Dit is de vijfde bijdrage over de wetsvoorstellen voor een réforme institutionnelle (1). Inmiddels is een van die wetsvoorstellen besproken in de commissie van de Franse Tweede Kamer, Assemblée nationale (2). En nu wordt het daarin ook plenair behandeld. Echter, ik ga in deze bijdrage in op een van de andere twee wetsvoorstellen. Dat is het wetsvoorstel waarin de wijziging van het kiesstelsel wordt geregeld (3).

Kiesstelsel In het huidige kiesstelsel worden alle 577 volksvertegenwoordigers in de Assemblée nationale gekozen in evenzoveel kiesdistricten; de kandidaat die de meeste stemmen vergaart in een district, wordt de nieuwe député. Kortom: een districtenstelsel in combinatie met een meerderheidsstelsel. In het wetsvoorstel blijft 85% van de députés op deze manier gekozen worden. Echter, 15% wordt op een andere manier gekozen; zij worden gekozen door middel van evenredige vertegenwoordiging. De politieke partijen stellen nationale lijsten op van kandidaten. Alle Franse kiezers brengen hun stem uit op één van deze lijsten. De kiezer kan geen voorkeursstem uitbrengen. Tegelijkertijd wordt het totale aantal volksvertegenwoordigers in de Assemblée nationale teruggebracht tot 404. In de voorstellen van de regering heeft de kiezer straks dus twee stemmen: een stem voor een districtskandidaat en een stem voor een nationale lijst.

Les Républicains revisited Het wetsvoorstel voor een gewijzigd kiesstelsel is nog niet in de commissie besproken. De grootste oppositiefractie Les Républicains heeft zich er wel al (kort) over uitgelaten in de commissie. Ik heb hierover in de laatste bijdrage over Frankrijk geschreven: deze fractie is geen voorstander van evenredige vertegenwoordiging en nationale lijsten, ook niet als op die manier slechts 15% van de Kamerleden wordt gekozen (4). Vandaag ga ik in op wat regeringspartij MoDem van het wetsvoorstel vindt.

Fracties/groupes De volksvertegenwoordigers in de Assemblée nationale zijn net als die in de Nederlandse Tweede Kamer verdeeld over fracties (groupes). Er zijn zeven (officiële) fracties voor de 577 volksvertegenwoordigers. Regerings- en presidentspartij La République En Marche telt er 310, een ruime absolute meerderheid dus. De andere regeringspartij is Mouvement Démocrate, afgekort tot MoDem. Deze partij heeft 40 Kamerleden; veel kleiner dus dan de andere regeringspartij (minder dan 1/7) en – wat misschien nog belangrijker is – niet nodig voor de huidige regering om te steunen op een parlementaire meerderheid. Trouwens, MoDem is in de senaat (veel) te klein om de regering aan zo’n meerderheid te helpen.

MoDem Partijleider (en oprichter) is François Bayrou. Hij wil volgens een artikel van 22 maart in Le Monde dat entre 20% et 25% minimum van de Kamerleden wordt gekozen door middel van evenredige vertegenwoordiging en nationale lijsten, omdat autrement, cela veut dire que l’on ne changerait rien. Uit een onderzoek dat in dat krantenartikel wordt genoemd blijkt dat zijn partij dan wel enkele zetels zou moeten inleveren, maar ook dat La République en Marche in dat geval MoDem nodig heeft voor een parlementaire meerderheid in de Assemblée nationale. Bayrou was één van de ”oude” politici die als eersten Emmanuel Macron steunde in zijn presidentiële ambities. Hij heeft voor die steun van la proportionnelle une condition gemaakt. Ik geloof dat hij een beetje teleurgesteld is met het wetsvoorstel. Afwachten wat zijn fractie in de commissie en plenair zal gaan zeggen. Bayrou zelf maakt daarvan geen deel uit.

NOTEN

1: PROJET DE LOI pour une démocratie plus représentative, responsable et efficace, zie mijn eerdere bijdragen Voorstel nieuw kiesstelsel in Franse parlement en Wetsvoorstel nieuw kiesstelsel Assemblée nationale Frankrijk en Wetsvoorstel verlaging aantal leden Franse parlement.

2: dat is wetsvoorstel nummer 911. Het is besproken in la Commission des lois institutionelles, de la législation et de l’administration générale de la République, voor de eerste keer op 6 juni.

3: dat is wetsvoorstel nummer 976.

4:zie mijn eerdere bijdrage Voorstel nieuw kiesstelsel in Franse parlement.

Illegale grondwateronttrekking en de waterschappen

DINSDAG 10 JULI 2018. In de krant staat dat een landbouwer in Boxtel een boete heeft gekregen van 2000 euro omdat hij grondwater uit een gemeentelijke waterput heeft gebruikt voor zijn aardappels. De boete is opgelegd door een waterschap: waterschap De Dommel.

Keur Het waterschap heeft hem daarvoor beboet, omdat grondwateronttrekking verboden is op grond van een wet die het waterschap zelf heeft gemaakt. Die wet is hier de Keur Waterschap De Dommel 2015. Daarin is een bepaling opgenomen die grondwateronttrekking verbiedt, bijvoorbeeld door een aardappelboer, tenzij hij daarvoor een vergunning heeft gekregen.

Waterschapswet Een waterschap heeft de bevoegdheid gekregen om dergelijke verboden uit te vaardigen (en bij overtreding te beboeten). Dat is gebeurd in de Waterschapswet, een wet die regering, Tweede en Eerste Kamer gezamenlijk hebben gemaakt.

Algemeen bestuur Een waterschap bestaat op grond van diezelfde Waterschapswet uit een algemeen bestuur en een dagelijks bestuur. Alleen het algemeen bestuur mag een keur met bijvoorbeeld een verbodsbepaling zoals hier aan de orde uitvaardigen. Het algemeen bestuur van het waterschap bestaat uit vertegenwoordigers van grondeigenaren (zoals agrariërs), eigenaren van natuurgebieden, ondernemers en ingezetenen. De ingezetenen zijn de mensen die wonen in het gebied van het waterschap.

Kieswet De vertegenwoordigers van die ingezetenen worden op grond van de Kieswet bepaald door het houden van verkiezingen waarin (in beginsel) alle ingezetenen hun stem mogen uitbrengen. Zij worden voor vier jaar gekozen in het algemeen bestuur. Volgend jaar maart zijn er weer verkiezingen.

Artikel 3.10 Keur Waterschap De Dommel 2015 luidt: In andere gevallen dan bedoeld in artikel 6.4 van de Waterwet is het verboden zonder vergunning van het bestuur grondwater te onttrekken of te infiltreren.

Artikel 56 Waterschapswet luidt (gedeeltelijk): Het waterschapsbestuur is bevoegd tot regeling en bestuur ter behartiging van de taken die het waterschap zijn opgedragen.

Artikel 78 luidt (gedeeltelijk): Het algemeen bestuur maakt de verordeningen die het nodig oordeelt voor de behartiging van de taken die het waterschap zijn opgedragen.

Artikel 83 luidt (gedeeltelijk): De bevoegdheid tot het maken van keuren kan het algemeen bestuur slechts overdragen voorzover het betreft de vaststelling van nadere regels met betrekking tot bepaalde door het algemeen bestuur in zijn verordeningen aangewezen onderwerpen

Artikel 12 luidt: Lid 1. Het algemeen bestuur is samengesteld uit vertegenwoordigers van categorieën van belanghebbenden bij de uitoefening van de taken van het waterschap. Lid 2. In het algemeen bestuur zijn de volgende categorieën van belanghebbenden vertegenwoordigd:

    • a. de ingezetenen;
    • b. degenen die krachtens eigendom, bezit of beperkt recht het genot hebben van ongebouwde onroerende zaken, niet zijnde natuurterreinen als bedoeld in artikel 116, onder c;
    • c. degenen die krachtens eigendom, bezit of beperkt recht het genot hebben van natuurterreinen als bedoeld in artikel 116, onder c;
    • d. degenen die krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebouwde onroerende zaken in gebruik hebben als bedrijfsruimte.

Artikel B 2a Kieswet luidt (gedeeltelijk): De leden van het algemeen bestuur worden gekozen door degenen die op de dag van de kandidaatstelling ingezetenen zijn van het waterschap en op de dag van de stemming de leeftijd van achttien jaar hebben bereikt

Artikel C 4 luidt (gedeeltelijk): De leden van de algemene besturen worden gekozen voor vier jaren.

Canada: Grondwet, Koninkrijk, Tweetalig en Federatie

Twee Grondwetten Canada heeft een geschreven Grondwet, of eigenlijk heeft het er twee: Constitution Act 1867 en de Constitution Act 1982.

Deel van een Koninkrijk Het land is deel van een koninkrijk, net als Nederland. Het maakt deel uit van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland, Canada, Australië en Nieuw-Zeeland, kortom de UK. Koningin Elisabeth II is dus ook staatshoofd van Canada. De koninklijke rechten zijn in de Grondwet omschreven en beperkt. Het is daarmee een constitutionele monarchie, net als Nederland. Artikel 9 van de Constitution Act 1867 luidt (gedeeltelijk): The Executive Government and Authority of and over Canada is hereby declared to continue and be vested in the Queen.

Tweetalig Het land is officieel tweetalig: Engels en Frans.Artikel 16 van de Constitution Act 1982 luidt (gedeeltelijk): English and French are the official languages of Canada and have equality of status and equal rights and privileges as to their use in all institutions of the Parliament and government of Canada.

Federatie Het land bestaat uit provinces (in het zuiden) en territories (in het noorden). Beide hebben een zekere mate van autonomie, maar alleen die van de provinces is in de Grondwet (1867) vastgelegd. Een deel van Canada is dus een federatie. Artikel 5 van de Constitution Act 1867 luidt (gedeeltelijk): Canada shall be divided into (..) Provinces, named (..). Artikel 92 luidt (gedeeltelijk): In each Province the Legislature may exclusively make Laws in relation to (..). Artikel 92A luidt (gedeeltelijk): In each province, the legislature may exclusively make laws in relation to (..).

”Ottawa vandaag” De centrale regering zetelt in Ottawa, dat ligt in de province Ontario. Ottawa is dus het Den Haag van Canada. De regeringszetel is in de Grondwet vastgelegd. Artikel 16 luidt (gedeeltelijk): Until the Queen otherwise directs, the Seat of Government of Canada shall be Ottawa.

 

 

Interrumperen vergeleken

DONDERDAG 6 JULI 2018. In deze bijdrage staat de interruptie in de (voltallige) vergadering van Provinciale Staten centraal, kort gezegd: het storen van een Statenlid in zijn rede/betoog door een ander Statenlid. Daarover is een regeling opgenomen in de reglementen van orde van Provinciale Staten. Ik vergelijk de regelingen van Zuid-Holland (1), Noord-Brabant (2) en Gelderland (3).

Politieke verhoudingen Noord-Brabant heeft 55 Statenleden: VVD (10), CDA (9), SP (9), PVV (7), D66 (6), PvdA (4), GroenLinks (4), Partij voor de Dieren (2), 50PLUS (2), ChristenUnie- SGP (1) en Lokaal Brabant (1). Ook Gelderland heeft 55 Statenleden: VVD (9), CDA (9), D66 (7), SP (6), PvdA (6), PVV (4), ChristenUnie (3), GroenLinks (3), Partij voor de Dieren (2), 50PLUS (1) en Groep Poortinga (1). Net als Zuid-Holland: VVD (10), PVV (7), D66 (7), CDA (6), SGP-ChristenUnie (6), PvdA (5), SP (5), GroenLinks (3), 50PLUS (2) en Partij voor de Dieren (2), Groep Ellen Verkoelen (1) en Groep Leefbaar Zuid-Holland (1).

Voltallige vergadering Aan de voltallige of plenaire vergadering van Provinciale Staten nemen in beginsel alle Statenleden deel. De vergadering wordt op grond van de Provinciewet in het openbaar gehouden (4). Meestal wordt er elke maand een dag vergaderd. De commissaris van de Koning is voorzitter van provinciale staten (5).

Reglement van orde Provinciale Staten stellen op grond van de Provinciewet een reglement van orde vast voor hun voltallige vergaderingen (6).

Recht of gunst? Zuid-Holland en Noord-Brabant omschrijven de interruptie expliciet als een gunst van de voorzitter; in Gelderland gebeurt dit niet, en zou men er ook een recht in kunnen lezen.

Inhoud? Zuid-Holland en Gelderland geven geen verdere omschrijving van een interruptie. Noord-Brabant doet dat wel: een interruptie bestaat uit (korte) opmerkingen of vragen zonder inleiding.

Aparte plek? Zuid-Holland en Gelderland schrijven voor dat interrupties (in beginsel) vanaf een aparte plek in de vergaderzaal gebeuren (de interruptiebalie). Noord-Brabant doet dat niet.

Lengte? Zuid-Holland schrijft voor dat de interruptie kort is. Noord-Brabant schrijft voor dat de interruptie bestaat uit korte opmerkingen of vragen zonder inleiding en dat op een vraag hooguit één korte vervolgvraag wordt gesteld. Het reglement van Gelderland bevat daarover geen regeling.

Maximum aantal? In Gelderland en Noord-Brabant roept de voorzitter bij herhaalde interrupties van een spreker degene die interrumpeert tot de orde. Wie geen gevolg geeft aan die oproep, kan over het aanhangige onderwerp het woord in die vergadering worden ontnomen. Het reglement van Zuid-Holland bevat daarover geen regeling.

Verbod? Noord-Brabant en Gelderland schrijven dat de voorzitter na de eerste interruptie verdere interrupties bij de (geïnterrumpeerde) spreker mag verbieden. Het reglement van Zuid-Holland bevat daarover geen regeling.

NOTEN

Noot 1:Reglement van Orde voor de vergaderingen van Provinciale Staten, de Statencommissies, het Fractievoorzittersoverleg en de Agendacommissie van de provincie Zuid-Holland.

Artikel 21 Interrupties

1. De spreker mag in zijn rede niet worden gestoord, tenzij de voorzitter hem aan het opvolgen van dit reglement moet herinneren, of hem wil verzoeken met spreken op te houden in verband met het verstrijken van de gestelde maximumduur van de spreektijd.

2. De voorzitter kan de leden de gelegenheid geven tot het plaatsen van korte interrupties.

3. In afwijking van het bepaalde in artikel 18, worden interrupties geplaatst via de daarvoor bestemde microfoons op de interruptiebalie, tenzij de voorzitter interrupties vanaf een andere plaats toestaat.

Artikel 18 Spreekplaats

De leden voeren het woord vanaf het spreekgestoelte, behoudens toestemming van de voorzitter om dit vanaf een andere plaats te doen.

Artikel 23 Aantal malen van spreken

1. De beraadslaging geschiedt in twee termijnen.

2. Een spreker mag in een spreektermijn niet meer dan eenmaal het woord voeren over hetzelfde voorstel, interrupties, voorstellen van orde, woordvoeringen over persoonlijke feiten en verzoeken als bedoeld in artikel 29 daaronder niet begrepen.

3. De voorzitter kan afwijking toestaan van het bepaalde in het eerste en tweede lid.

4. In bijzondere omstandigheden kan de voorzitter toestaan dat de inbreng in eerste termijn van Provinciale Staten of Gedeputeerde Staten niet mondeling, doch schriftelijk plaatsvindt.

5. Het tweede lid van dit artikel is niet van toepassing op de indiener van een voorstel, een amendement of een motie, of op het lid van Gedeputeerde Staten dat met de verdediging van een voorstel van het college belast is.

Noot 2:Verordening van Provinciale Staten van de provincie Noord-Brabant houdende regels voor Provinciale Staten (Reglement van orde Provinciale Staten Noord-Brabant 2017)

Artikel 23 Volgorde sprekers

1. De voorzitter verleent het woord aan Statenleden op volgorde van fractiegrootte, te beginnen met de grootste fractie.

2. Een spreker richt het woord tot de voorzitter.

3. De spreekvolgorde kan worden doorbroken wanneer een Statenlid het woord vraagt over:

a. een persoonlijk feit, nadat een aanduiding van dat feit is gegeven;

b. de orde van de vergadering.

4.De beoordeling of sprake is van een persoonlijk feit, is voorbehouden aan de voorzitter.

5. De voorzitter kan interrupties toelaten.

6. Interrupties dienen te bestaan uit korte opmerkingen of vragen zonder inleiding.

7. Op een vraag als bedoeld in het vorige lid, kan maximaal één korte vervolgvraag worden gesteld.

8. De voorzitter of Provinciale Staten kunnen de griffier uitnodigen in de vergadering het woord te voeren.

Artikel 25 Handhaving vergaderorde, schorsing

1. Een spreker mag in zijn betoog niet worden gestoord, tenzij:

a. de voorzitter het nodig acht hem aan het opvolgen van dit reglement te herinneren;

b. een Statenlid hem interrumpeert.

2. De voorzitter kan in een geval als bedoeld in het eerste lid, onder b, bepalen dat de spreker zonder verdere interrupties zijn betoog zal afronden.

3. Indien een spreker zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, zijn plicht tot geheimhouding schendt, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de voorzitter tot de orde geroepen.

4. Indien de spreker geen gevolg geeft aan de oproep, bedoeld in het vorige lid, kan de voorzitter hem gedurende de desbetreffende vergadering over het aanhangige onderwerp het woord ontnemen.

5. De voorzitter kan ter handhaving van de orde de vergadering schorsen voor een door hem te bepalen tijd.

Noot 3:Rectificatie Besluit van Provinciale Staten van de provincie Gelderland houdende regels omtrent het reglement van orde Reglement van Orde provinciale Staten van Gelderland 2017.

Artikel 24. Handhaving van de orde

1. Een spreker wordt in zijn betoog niet gestoord, tenzij:

a. de voorzitter het nodig oordeelt hem aan het opvolgen van dit reglement te herinneren;

b. een lid hem interrumpeert via de daartoe bestemde microfoons. De voorzitter kan bepalen dat de spreker zonder verdere interrupties zijn betoog zal afronden.

2. Indien een spreker zich op een beledigende of onbetamelijke wijze uitdrukt, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, roept de voorzitter hem tot de orde. Indien de spreker hieraan geen gevolg geeft, kan de voorzitter hem gedurende de vergadering, over het betreffende onderwerp het woord ontzeggen.

3. De voorzitter kan ter handhaving van de orde de vergadering voor een door hem te bepalen tijd schorsen. Wanneer na de heropening van de vergadering de orde opnieuw wordt verstoord, kan hij de vergadering sluiten.

Noot 4: Artikel 23 lid 1 Provinciewet: De vergadering van provinciale staten wordt in het openbaar gehouden.

Noot 5: Artikel 9 Provinciewet: De commissaris van de Koning is voorzitter van provinciale staten.

Noot 6: Artikel 16 Provinciewet: Provinciale staten stellen een reglement van orde voor hun vergaderingen en andere werkzaamheden vast.

Openbare ruimte, architecten en de gemeente

WOENSDAG 4 JULI 2018. Gemeenten die hun gebouwen en/of openbare ruimte willen vernieuwen, nemen daarvoor een architect of andere deskundige in de arm die een bouwkundig ontwerp maakt. Dit ontwerp is een werk in de zin van de Auteurswet; de architect (of andere deskundige) is een maker in de zin van deze wet. Hij heeft op grond van deze wet auteursrecht op zijn ontwerp. Dit is onder andere het recht om zich te verzetten tegen elke misvorming, verminking of andere aantasting van zijn werk, welke nadeel zou kunnen toebrengen aan zijn eer of naam of aan zijn waarde in deze hoedanigheid. Hij kan dit recht niet hebben overgedragen, bijvoorbeeld aan zijn opdrachtgever de gemeente. Hij kan dus altijd een beroep blijven doen op dit recht. Reikt dit recht nu zover dat hij zich ook kan verzetten tegen bouwsels en voorwerpen die in de buurt staan van plekken die met zijn ontwerp opnieuw zijn ingericht? Ik krijg signalen dat dan inderdaad een beroep wordt gedaan op dit recht.

Artikel 10 lid 1 van de Auteurswet luidt (gedeeltelijk): Onder werken van letterkunde, wetenschap of kunst verstaat deze wet: 8°. ontwerpen, schetsen en plastische werken, betrekkelijk tot de bouwkunde, de aardrijkskunde, de plaatsbeschrijving of andere wetenschappen; en in het algemeen ieder voortbrengsel op het gebied van letterkunde, wetenschap of kunst, op welke wijze of in welken vorm het ook tot uitdrukking zij gebracht.

Artikel 25 luidt (gedeeltelijk): Lid 1. De maker van een werk heeft, zelfs nadat hij zijn auteursrecht heeft overgedragen, de volgende rechten: d. het recht zich te verzetten tegen elke misvorming, verminking of andere aantasting van het werk, welke nadeel zou kunnen toebrengen aan de eer of de naam van de maker of aan zijn waarde in deze hoedanigheid. Lid 3 Van het recht, in het eerste lid, onder a genoemd kan afstand worden gedaan. Van de rechten onder b en c genoemd kan afstand worden gedaan voor zover het wijzigingen in het werk of in de benaming daarvan betreft.

GroenLinks en haar afdelingen bij de gemeenteraadsverkiezingen

DINSDAG 3 JULI 2018. In de krant staat een groot artikel over GroenLinks. Over de gunstige verkiezingsresultaten bij de laatste gemeenteraadsverkiezingen (van 354 zetels naar 527). En over de deelname aan colleges van burgemeester en wethouders: inmiddels staat de meter al op 99 colleges. Terwijl landelijke partijleider Jesse Klaver bij de verkiezingen ging voor 100 (was 55). En nog niet alle colleges zijn gevormd.

Wat zeggen de statuten van GroenLinks over de relatie tussen de landelijke partij en lokale afdeling (zonder volledig te willen zijn)? De lokale afdeling stelt het verkiezingsprogramma en de kandidatenlijst vast voor de gemeenteraadsverkiezingen, zie artikel 23 Statuten. Het zijn de afdelingsleden die deze besluiten nemen, door er in een vergadering of in een referendum over te stemmen. Het verkiezingsprogramma kan alleen in de ledenvergadering worden vastgesteld, zie artikel 24 Statuten. Een lid van GroenLinks is automatisch lid van de afdeling waar hij woont. Iedereen vanaf 16 jaar kan lid worden. Stemrecht heeft men pas drie maanden na inschrijving als lid, zie artikel 3 Statuten. Elk afdelingslid heeft na die drie maanden stemrecht, zie het Burgerlijk Wetboek.

Statuten van GroenLinks (notarieel vastgesteld op 19 januari 2017): https://groenlinks.nl/sites/groenlinks.nl/files/STATUTEN%20GROENLINKS%202017.pdf

Artikel 38 lid 1 Tweede Boek van het Burgerlijk Wetboek luidt: Behoudens het in het volgende artikel bepaalde, hebben alle leden die niet geschorst zijn, toegang tot de algemene vergadering en hebben daar ieder één stem; een geschorst lid heeft toegang tot de vergadering waarin het besluit tot schorsing wordt behandeld, en is bevoegd daarover het woord te voeren. De statuten kunnen aan bepaalde leden meer dan één stem toekennen.

Voorstel nieuw kiesstelsel in Franse parlement

VENDREDI, LE 29 JUIN 2018. Ik heb in mijn vorige drie bijdragen geschreven over de wetsvoorstellen voor een réforme institutionnelle (1). Die wetsvoorstellen werden begin juni voor het eerst besproken in de Franse Tweede Kamer, Assemblée nationale. Ik ga in deze en de komende bijdragen in op wat daarover in het parlement wordt gezegd en in het bijzonder wat daarin wordt gezegd over de voorgestelde wijziging van het kiesstelsel (2).

Kiesstelsel In het geldende kiesstelsel worden alle 577 volksvertegenwoordigers in de Assemblée nationale gekozen in evenzoveel kiesdistricten; de kandidaat die de meeste stemmen vergaart in een district, wordt de nieuwe député. Kortom: een districtenstelsel in combinatie met een meerderheidsstelsel. In de wetsvoorstellen van de regering blijft 85% van de députés op deze manier gekozen worden. Echter, 15% wordt op een andere manier gekozen; zij worden gekozen door middel van evenredige vertegenwoordiging. De politieke partijen stellen nationale lijsten op van kandidaten. Alle Franse kiezers brengen hun stem uit op één van deze lijsten. De kiezer kan geen voorkeursstem uitbrengen. Tegelijkertijd wordt het totale aantal volksvertegenwoordigers in de Assemblée nationale teruggebracht tot 404. In de voorstellen van de regering heeft de kiezer straks dus twee stemmen: een stem voor een districtskandidaat en een stem voor een nationale lijst.

Commissie Parlementaire bespreking van de regeringsvoorstellen heeft zich tot nu toe beperkt tot de commissie. Dat is la Commission des lois institutionelles, de la législation et de l’administration générale de la République. De eerste commissiebespreking vond plaats op 6 juni. Later deze maand volgden (en volgen) vervolgbesprekingen in deze commissie. Een officieel verslag is er alleen nog van 6 juni; zo’n verslag heet compte rendu. Daarom zal ik me vandaag tot dit verslag beperken (3).

Fracties/groupes De volksvertegenwoordigers in de Assemblée nationale zijn net als die in de Nederlandse Tweede Kamer verdeeld over fracties (groupes). Er zijn zeven (officiële) fracties voor de 577 volksvertegenwoordigers. Regeringspartij en presidentspartij La République En Marche telt er 310, een ruime absolute meerderheid dus. De tweede partij is Les Républicains, een oppositiepartij met 102 volksvertegenwoordigers. In de Franse Eerste Kamer (Sénat) liggen de verhoudingen totaal anders. Hierin is Les Républicains met minstens 128 van de 348 zetels met stip de grootste partij, terwijl de regeringspartijen een kleine minderheid vormen.

Les Républicains Deze fractie in de Assemblée nationale lijkt geen voorstander van de voorgestelde wijziging van het kiesstelsel. De woordvoerder zegt namelijk dat daardoor affaiblit l’Assemblée nationale en daarmee restreint, les libertés des Français. De voorstellen zijn profondément contraire à la nature même de l’Assemblée nationale, omdat de volksvertegenwoordigers niet meer ont tous subi la même épreuve du suffrage universel direct. Bovendien leidt het kiezen van députés via een stem op nationale lijsten tot en rien un progrès du pluralisme. Het leidt daarentegen tot l’introduction artificielle d’un contingent de battus élus dévitalisée et globalement soumise à l’Élysée. Het Elysée, daarmee wordt de president van Frankrijk bedoeld. Het antwoord van de minister is kort en krachtig: Je pense qu’il s’agit d’une richesse et non d’un handicap.

NOTEN

1: zie mijn eerdere bijdragen Het amendementsrecht van het Franse parlement: deel I en Wetsvoorstel verlaging aantal leden Franse parlement en Wetsvoorstel nieuw kiesstelsel Assemblée nationale Frankrijk

2: zie mijn eerdere bijdrage Wetsvoorstel nieuw kiesstelsel Assemblée nationale Frankrijk

3: la Commission des lois institutionelles, de la législation et de l’administration générale de la République, Compte rendu no 82, 6 juni 2018.

Nieuwe politieke partij: Volt Nederland

WOENSDAG 27 JUNI 2018. In de krant lees ik dat afgelopen zaterdag in Utrecht Volt Nederland is opgericht. Volt Nederland is een politieke partij. De partij is verbonden met een Luxemburgse organisatie: Volt Europa. Volt Europa is op grond van haar statuten een vereniging zonder winstoogmerk: een Association sans but lucratif (A.S.B.L.). De A.S.B.L is geregeld in een Luxemburgse wet: Loi du 21 avril 1928 sur les associations sans but lucratif et les établissement d’utilité publique. De statutaire zetel van Volt Europa is Luxemburg. Volt Europa streeft volgens haar statuten onder andere naar de realisatie van een pro-Europese politiek. Verenigingen en andere organisaties (in een lidstaat van de Europese Unie) kunnen na toestemming lid worden van Volt Europa. In elke lidstaat kan er in beginsel maar één zo’n Member Association zijn. Zo’n organisatie mag en moet zich dan noemen Volt plus de naam van die lidstaat, bijvoorbeeld Volt Nederland. Member Associations moeten aan zekere eisen voldoen. Zij moeten zich bijvoorbeeld houden aan instructies van Volt Europa. Hun interne structuur en besluitvorming moet democratisch zijn. Zij mogen niet ondergeschikt zijn aan een andere politieke partij. Wie als individu lid wordt van (bijvoorbeeld) Volt Nederland, is automatisch lid van Volt Europa. Een individueel lid moet de nationaliteit van een EU-lidstaat hebben of er al zes maanden wonen. Men mag niet tegelijkertijd lid zijn van een andere politieke partij. Men kan ervoor kiezen om alleen lid te zijn van Volt Europa, maar dat gaat niet zonder meer. Een lid heeft de eerste drie maanden geen stemrecht in de nationale partij of in Volt Europa. De voertaal binnen Volt Europa is Engels.

Voor de Luxemburgse Loi du 21 avril 1928 sur les associations sans but lucratif et les établissements d’utilité publique, zie met name artikel 1 dat is te raadplegen via: http://data.legilux.public.lu/eli/etat/leg/loi/1928/04/21/n2/jo.

Voor de statuten van Volt Europa, zie met name de preambule en de artikelen 1.1, 2.1, 3.2, 6.4, 6.5, 6.7, 6.8, 6.10, 6.15 die zijn te raadplegen via: https://d3n8a8pro7vhmx.cloudfront.net/volt/pages/75/attachments/original/1529522483/Volt-Statute-of-Volt-Europa.pdf?1529522483

Klimaatakkoord, Sectortafels en democratie

DINSDAG 26 JUNI 2018. In het regeerakkoord van 2017 is een Klimaatakkoord aangekondigd om de uitstoot van broeikasgassen met 49% te beperken in 2030. Het kabinet heeft op 23 februari 2018 de kabinetsinzet voor een (nationaal) Klimaatakkoord bekendgemaakt. Die inzet bestaat bijvoorbeeld uit de instelling van vijf sectortafels: industrie, gebouwde omgeving, mobiliteit, elektriciteit, landbouw en landgebruik. En uit de benoeming van de sectortafel voorzitters. Vervolgens zijn anderen per sectortafel begonnen met het voeren van besprekingen over de inhoud van het Klimaatakkoord.

Wie zijn die anderen? Die anderen zijn bedrijfsleven, maatschappelijke partijen en mede overheden. In de sectortafel gebouwde omgeving zijn dat volgens de bekendmaking van 23 februari onder andere de vereniging van woningcorporaties (Aedes), de vereniging van bouw- en infrabedrijven (Bouwend Nederland), Vereniging Eigen Huis, de Woonbond, de energiebedrijven, FNV, natuur- en milieuorganisaties, een beleggersvereniging, de belangenorganisatie voor installatiebedrijven UNETO-VNI, Interprovinciaal Overleg (IPO), Unie van Waterschappen en Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG).

Wie heeft hen gekozen? Volgens de bekendmaking van 23 februari heeft de voorzitter van de sectortafel de deelnemers van zijn tafel gekozen, in afstemming met de verantwoordelijke ministers.

Welke rol hebben kabinet en parlement bij de inhoud van het Klimaatakkoord? Volgens een Kamerbrief (een brief van minister Wiebes aan de Tweede Kamer) van dezelfde dag hebben de verantwoordelijke ministers ”kaders” opgesteld voor de uitkomsten van de besprekingen aan de sectortafels, waaronder kostenefficiëntie, concreetheid, volledigheid, toekomstgerichtheid en doorrekenbaarheid. Daarnaast hebben die ministers per sectortafel ”beoogde resultaten” opgesteld. Voor gebouwde omgeving zijn dat bijvoorbeeld dat Nederland in 2050 aardgasvrij is en dat voor het einde van het huidige kabinet 30.000 tot 50.000 woning aardgasvrij (ready) zijn gemaakt. In de Kamerbrief staat ook dat de verantwoordelijke ministers aan het parlement verantwoording zullen afleggen over hun rol als regisseur van het akkoord en over hun rol als één van de partijen in het akkoord.

Bekendmaking 23 februari 2018: https://www.rijksoverheid.nl/actueel/nieuws/2018/02/23/kabinet-geeft-startschot-voor-klimaatakkoord

Onder de tabel met samenstelling sectortafels staat: De voorzitters van de sectortafels hebben, in afstemming met de verantwoordelijk bewindspersonen, de sectortafels samengesteld op basis van de criteria zoals geformuleerd in de TK-brief van 23 februari jl. Aan de tafels nemen partijen deel die een concrete bijdrage leveren aan de transitie binnen de sector, kennis over de sector inbrengen en met mandaat afspraken kunnen maken.

Kamerbrief van 23 februari 2018 (32813 no 163):

p 2 Dat alles stelt eisen aan de manier waarop we aan dit Klimaatakkoord beginnen. Zo moeten we de kosten van de transitie hanteerbaar houden, iedere partij blijven aanspreken op de eigen verantwoordelijkheid, tegelijkertijd een scherp oog houden voor het internationale speelveld en voor ongewenste verplaatsingseffecten, en consequent denken in samenhang tussen sectoren. Alleen dan kunnen we slagen. Het kabinet heeft de kaders hiertoe in deze brief uitgewerkt. Hieronder stelt het kabinet een aantal kaders voor, om de kans op een kwantitatief bevredigende en tegelijkertijd maatschappelijk geaccepteerde uitkomst maximaal te maken. 1.Sturen op één centraal doel 2.Kostenefficiëntie moet leidend zijn bij keuzes ( p 4) 3.Het Regeerakkoord is uitgangspunt (p 4) 4.Maatregelpakketten zijn toekomstgericht (p 5) 5.Afspraken zijn concreet en volledig (p 5) 6.Integrale aanpak is nodig (p 6) 7.Het akkoord dient het publieke belang (p 6) 8.Afspraken zijn doorrekenbaar (p 7)

Dezelfde Kamerbrief p 9 Betrokkenheid parlement:

Het kabinet streeft naar een Klimaatakkoord dat breed maatschappelijk en politiek draagvlak geniet. Dat draagvlak is onontbeerlijk om de ambitieuze opgave voor 2030 en daarna te realiseren. Het kabinet zal daarbij zowel over de rol als regisseur van het akkoord, alsook over de rol als één van de partijen in het akkoord, verantwoording aan uw Kamer afleggen. Immers, het doel dat met het Klimaatakkoord moet worden gerealiseerd is een politieke doelstelling van het kabinet en de wijze waarop overheidsinstrumenten en -middelen zullen worden ingezet moet aan een democratische toets onderworpen worden. Daarom bespreek ik graag binnenkort de inzet van het kabinet voor het Klimaatakkoord met u, zal ik uw Kamer vervolgens in de zomer over afspraken op hoofdlijnen informeren en voor eind 2018 over de programma’s van het akkoord.

Dezelfde Kamerbrief p 10 Bijlage kabinetsinzet per sector:

Gebouwde omgeving. Beoogde resultaten. Afspraken om 30.000–50.000 woningen aardgasvrij of aardgasvrij ready te maken voor het einde van de kabinetsperiode .Afspraken om tijdige opschaling en kostenreductie te realiseren bij het verduurzamen van de bestaande woningvoorraad. Afspraken over de benodigde infrastructuur om de warmtetransitie in de gebouwde omgeving te ondersteunen. Afspraken over de invulling van de regionale en de gemeentelijke regierol om richting 2050 te komen tot een aardgasvrije gebouwde omgeving.