Klimaatzaak Urgenda bij de Hoge Raad

VRIJDAG 27 SEPTEMBER 2019 Stichting Urgenda heeft eind 2013 de Nederlandse Staat gedagvaard voor de rechtbank Den Haag, omdat de Staat onvoldoende zou doen tegen de klimaatopwarming. Teveel uitstoot van broeikasgassen, zoals kooldioxide (CO2) en methaan (CH4), leidt tot opwarming van de Aarde. De Haagse rechtbank was het met Urgenda eens en in hoger beroep heeft het gerechtshof vorig jaar dit vonnis uit 2015 bevestigd. De rechtbank beveelt de Staat om ervoor te zorgen dat vanaf eind volgend jaar de jaarlijkse uitstoot van broeikasgassen in ons land minstens 25% lager ligt dan in 1990. De Staat legt zich er niet bij neer, onder andere omdat hij vindt dat de rechter hem niet mag bevelen tot zo’n vermindering van uitstoot. Momenteel ligt de zaak bij de Hoge Raad, onze hoogste rechter. De Hoge Raad heeft nog geen uitspraak gedaan, maar het advies van haar vaste adviseur is twee weken geleden verschenen. Wat staat er over dit rechterlijk bevel in het advies?

TWEE VRAGEN Officiële naam van zo’n advies is conclusie en de vaste adviseurs heten procureur-generaal of advocaat-generaal. In het advies worden twee vragen beantwoord over het rechterlijk bevel dat de rechtbank aan de Staat heeft gegeven: Mag een rechter de Staat een bevel tot wetgeving geven? Wanneer is (geen) sprake van een bevel tot wetgeving? Enkele tientallen pagina’s zijn aan de beantwoording van die vragen besteed; hieronder volgt een korte samenvatting.

MAG EEN BEVEL TOT WETGEVING? Het is niet geoorloofd dat een rechter de Staat beveelt om wetgeving tot stand te brengen, want de vraag óf wetgeving tot stand moet worden gebracht en welke inhoud deze dan moet hebben vergt een politieke beoordeling. Zo’n politieke beoordeling mag alleen door de wetgever (de politiek) gebeuren. En dus niet ook door de rechter.

WAT IS (GEEN) BEVEL TOT WETGEVING (I)? Er is bij een rechterlijk bevel geen sprake van een bevel tot wetgeving als daaraan kan worden voldaan zonder dat er wetten hoeven te worden gemaakt. Verlaging van de jaarlijkse uitstoot van broeikasgassen met 25% (ten opzichte van 1990) kan de Staat ook zonder wetgeving realiseren, want die verlaging kan de overheid ook via bijvoorbeeld voorlichting, stimulering van duurzame projecten, voorwaarden bij overheidsaanbestedingen en vergunningverlening, ruimtelijke ordening, infrastructurele maatregelen en duurzaam landbouwbeleid realiseren. Het bevel van de rechtbank is daarom geen bevel tot wetgeving.

WAT IS (GEEN) BEVEL TOT WETGEVING (II)? Zelfs als enige wetgeving toch wel noodzakelijk zou zijn voor verlaging van de jaarlijkse uitstoot is er geen sprake van een wetgevingsbevel, mits de wetgever volledig vrij is om zelf te bepalen voor welke maatregelen wél wetten worden gemaakt en wat de inhoud is van die wetten.

UITSPRAAK HOGE RAAD Naar verwachting doet de Hoge Raad medio december uitspraak. Zo’n uitspraak heet eigenlijk arrest.

(Mr. Leon)

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *