Waarom sommige politieke partijen nu niet mogen onderhandelen over de kabinetsformatie

VRIJDAG 21 NOVEMBER 2025 CDA en D66 onderhandelen sinds vorige week met elkaar over de eerste stappen op weg naar een coalitieakkoord voor een nieuw kabinet. Zij doen dat onder leiding van informateur Buma. Informateur Buma moet uiterlijk 9 december verslag uitbrengen.  Andere partijen doen niet mee aan deze onderhandelingen. Waarom mogen D66 en CDA rechtens met elkaar onderhandelen onder leiding van informateur Buma? Mogen de andere partijen dat dan rechtens niet?  

MEERDERHEID? Is het omdat CDA en D66 een meerderheid hebben in de Tweede Kamer? Nee, want deze partijen bezetten slechts 44 zetels terwijl de Tweede Kamer 150 zetels heeft, zie artikel 51 Grondwet.

VERKENNER? Is het omdat verkenner Koolmees het in zijn eindverslag adviseerde? Zijn advies luidde (voor zover hier relevant): ‘Dit brengt mij tot het volgende advies: 1. D66 en CDA een stap vooruit te laten zetten in deze formatie door een inhoudelijke en ambitieuze agenda op te stellen die antwoord geeft op de grote vraagstukken die bepalend zijn voor de toekomst van Nederland. Deze agenda, opgesteld in samenspraak met één of meerdere informateur(s), zal contouren geven van het mogelijk te voeren beleid voor de aankomende kabinetsperiode die op voldoende steun mogen rekenen in Tweede en Eerste Kamer.’ Het is zijn advies aan de Tweede Kamer. Zo’n advies is niet (juridisch) bindend. Het is dus niet omdat verkenner Koolmees het in zijn eindverslag adviseerde.

BESLUIT? Is het omdat de (meerderheid van de) Tweede Kamer heeft besloten om het advies van de verkenner over te nemen en uit te voeren? Nee, want de Tweede Kamer heeft mijns inziens niet besloten dat (in deze fase) alleen D66 en CDA met elkaar gaan onderhandelen. Weliswaar heeft de Tweede Kamer vorige week donderdag het eindverslag (inclusief advies) van de verkenner uitgebreid besproken, maar over wie nu met wie gaat onderhandelen is toen geen besluit genomen.

MOTIE Het is óók weer niet zo dat de Tweede Kamer vorige week donderdag naar aanleiding van die uitgebreide bespreking geen enkel besluit heeft genomen. D66’leider Rob Jetten heeft in die vergadering namelijk een motie ingediend die is aangenomen. Niet alle partijen hebben trouwens voor die motie gestemd: PVV en Forum voor Democratie hebben dat niet gedaan. De motie luidde als volgt: ‘De Kamer, gehoord de beraadslaging, kennisgenomen hebbende van het verslag van de verkenner en het daarin opgenomen advies ten aanzien van de kabinetsinformatie; wijst op grond van artikel 11.1 van het Reglement van Orde de heer Wijers en de heer Buma aan als informateurs, met als opdracht: het opstellen van een inhoudelijke en ambitieuze agenda die antwoord geeft op de grote vraagstukken die bepalend zijn voor de toekomst van Nederland; het formuleren van uitgangspunten voor de vorming en samenstelling van en de samenwerking in een kabinet; daarbij in acht te nemen dat voor daadkrachtig bestuur het kabinet moet kunnen rekenen op voldoende steun in beide Kamers der Staten-Generaal; hierover uiterlijk 9 december verslag uit te brengen aan de Tweede Kamer, en gaat over tot de orde van de dag.’ De meerderheid van de Tweede Kamer heeft voor deze motie gestemd, zodat zij is aangenomen. Ik ben geen ander document tegenkomen waarin de aanwijzing van de informateurs en hun opdracht staan; ik neem daarom aan dat aanwijzing en opdracht door middel van de motie zijn gegeven. De Tweede Kamer die de motie heeft aangenomen is trouwens de nieuwe Tweede Kamer zoals wij Nederlanders die op 29 oktober hebben gekozen; die nieuwe Kamerleden zijn de dag ervoor geïnstalleerd.   

AANWIJZING In de motie van Jetten worden dus twee informateurs aangewezen en wordt hun een opdracht gegeven. De aangewezen informateurs zijn rechtens gebonden aan hun opdracht: zij mogen niet de grenzen overschrijden die in hun opdracht zijn getrokken. Die informateurs zijn de heren Wijers en Buma.  D66’er Wijers is echter alweer opgestapt; alleen CDA’er Buma is nu nog informateur. Hun/zijn opdracht houdt volgens de motie niet expliciet in dat alleen CDA en D66 onder hun/zijn leiding met elkaar gaan onderhandelen (ik lees het er tenminste niet in). Zo’n expliciete grens is dus niet getrokken in hun opdracht.

NIET EXPLICIET In de opdracht is het dus niet expliciet uitgesloten dat andere partijen zich in deze fase aansluiten bij die onderhandelingen. Daarin is ook niet expliciet uitgesloten dat er door andere partijen onderhandeld wordt onder leiding van informateur Buma zonder D66 en/of CDA.

OOK NIET IMPLICIET Kan uit de opdracht wellicht impliciet worden afgeleid dat in deze fase van de kabinetsformatie alleen CDA en D66 mogen worden toegelaten tot onderhandelingen onder leiding van de informateur? In de opdracht staat dat die onderhandelingen ervoor moeten kunnen zorgen dat aan het einde van de kabinetsformatie ‘het kabinet (kan) rekenen op voldoende steun in beide Kamers der Staten-Generaal’. Volgens verkenner Koolmees moeten alleen CDA en D66 worden toegelaten tot die onderhandelingen, als ik hem goed begrijp. Maar dat oordeel van hem is zoals gezegd niet in de opdracht zelf meegenomen. Men kan het niet eens zijn met de verkenner en de politieke verhoudingen zo uitleggen dat een derde partij bij die onderhandelingen is toegestaan, zoals de VVD of GroenLinks-PvdA. Wie het niet eens is met de verkenner zou die politieke verhoudingen zelfs zo kunnen uitleggen dat onderhandelingen zonder D66 en/of CDA in deze fase niet zijn uitgesloten. De formulering van de opdracht laat het allemaal toe.

INFORMATEUR Is het voor partijen dan domweg een kwestie van brutaal zijn en aan de onderhandelingstafel een plek opeisen? Nee, zeker niet. Het is namelijk aan informateur Buma om een partij al dan niet toegang tot de onderhandelingstafel te geven. Informateur Buma is weliswaar gebonden aan (de grenzen van) zijn opdracht, maar die opdracht stelt hem wat betreft het toelaten van partijen tot de onderhandelingstafel maar weinig grenzen.  Hij heeft dus wat dat betreft de nodige vrijheid van handelen. CDA en D66 mogen nu met elkaar onderhandelen omdat informateur Buma dat toelaat; andere partijen mogen niet meedoen, omdat informateur dat niet toelaat. Trouwens, partijen die niet met elkaar willen onderhandelen, hoeven dat natuurlijk ook niet te doen. Een partij mag weigeren om aan de tafel van de informateur te zitten, maar kan een plek aan die tafel niet afdwingen. 

CDA’er BUMA Het maakt mijns inziens in deze fase van de kabinetsvorming veel verschil voor de uiteindelijke coalitie of VVD danwel GroenLinks-PvdA als derde partij aan de onderhandelingstafel zit, want zo’n plek zorgt er naar alle waarschijnlijkheid voor dat de andere dan de toegelaten partij (GroenLinks-PvdA of VVD) uiteindelijk niet in de coalitie terechtkomt. Ook wat dat betreft is het vertrek van informateur Wijers in deze fase van de kabinetsvorming daarom voor D66 problematisch, omdat het CDA – en naar ik aanneem dus ook informateur Buma – geen voorkeur heeft voor een centrumlinkse coalitie, terwijl D66 – en zoals we allemaal in de krant konden lezen ook informateur Wijers – dat wel heeft. Zo beschouwd brengt het vertrek van informateur Wijers en het als enige informateur overblijven van Buma een centrumrechtse coalitie dichterbij.

MIJN ADVIES De indiener van de aangenomen motie – D66-leider Rob Jetten – had er daarom beter aan gedaan om in die motie duidelijker vast te leggen dat alleen D66 en CDA met elkaar onderhandelen in deze fase van de kabinetsformatie (die loopt tot uiterlijk 9 december). Hij kon natuurlijk niet voorzien wat Wijers is overkomen, maar hij had in zijn motie meer kunnen overnemen uit het advies van verkenner Koolmees.  Overigens is het in het verleden zelden voorgekomen dat informateurs een concretere opdracht meekregen dan Buma. Informateurs krijgen meestal een vage opdracht mee waardoor ze heel veel vrijheid van handelen hebben.

BRONNEN  Naast Grondwet en het Reglement van Orde van de Tweede Kamer der Staten-Generaal zijn geraadpleegd zijn geraadpleegd het ongecorrigeerd plenair verslag van de vergadering van de Tweede Kamer van donderdag 13 november 2025 met daarin de aangenomen motie-Jetten (op tweedekamer.nl); de Kamerbrief van de verkenner van 11 november 2025, Tweede Kamer vergaderjaar 2025/2026, 36 848 nummer 2; het boek P.P.T. Bovend’Eert en H.R.B.M. Kummeling, Het Nederlandse parlement, Wolters Kluwer: 2024, paragrafen 1.3 en 9.9.

Mr. Leon

Volgend blog verschijnt op vrijdag 5 december!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *