Het belang van een vlag voor een schip: de Aquarius van Artsen Zonder Grenzen

DINSDAG 27 NOVEMBER 2018 De Aquarius is een schip van (onder andere) Artsen Zonder Grenzen. Het schip heeft in de afgelopen jaren veel bootmigranten afkomstig uit Syrie en andere Afrikaanse landen gered in de Middellandse Zee. Velen van hen zijn vervolgens in Griekenland, Malta en Italie aan land gebracht, zodat zij in die landen asiel konden aanvragen. De huidige Italiaanse regering was daar – een understatement – niet blij mee. Trouwens, vorige week heeft de Italiaanse justitie opdracht gegeven om beslag te leggen op het schip vanwege het (gestelde) dumpen van illegaal (ziekenhuis) afval in Italiaanse havens. Uitvoering van die beslaglegging kan bijvoorbeeld gebeuren zodra het schip weer een Italiaanse haven aandoet. Die kans is niet zo groot: het ligt sinds bijna twee maanden aangemeerd in Marseille, een Franse havenstad. Het kan daar niet weg omdat het niet langer een vlag heeft waaronder het mag varen.

Hoe zit dat precies met de vlag waaronder een schip vaart?

Vlaggenstaat Een schip vaart onder de vlag van een staat; het kan ook onder de vlaggen van verschillende staten varen. Die staat moet daarvoor toestemming hebben gegeven. Een schip dat vaart onder de vlag van een staat is gebonden aan recht en regelgeving van die staat. Er worden (nog) geen eisen gesteld aan de feitelijke band tussen (belanghebbenden bij het) schip en de keuze van de vlaggenstaat. Een staat mag dus elk schip toestemming geven om onder haar vlag te varen.

Vlag De vlag geeft het schip het recht om te varen op de volle zee (High Seas).

Middellandse Zee Aquarius heeft (boot)migranten gered op de Middellandse Zee. De Middellandse Zee is de zee gelegen tussen Europa en Afrika. EU-landen als Spanje, Frankrijk, Italie en Griekenland grenzen eraan net als de Noord-Afrikaanse landen Marokko, Tunesie en Libie. Malta is een eiland in de Middellandse Zee, en tevens EU-land.

Volle zee De Aquarius voerde reddingsacties uit op volle zee. De Middellandse Zee bestaat uit territoriale wateren en internationale wateren. Internationale wateren kunnen meer of minder dicht bij land liggen. De volle zee in de Middellandse Zee maakt deel uit van de verder weg gelegen internationale wateren.

Gibraltar Als ik het goed begrepen heb, was Duitsland de eerste vlaggenstaat van de Aquarius. Later is dat Gibraltar geworden. De laatste vlaggenstaat was Panama (Midden-Amerika). Panama is het nog niet zo lang geleden geworden, namelijk eind augustus (2018). Gibraltar is een schiereiland in de Middellandse Zee, het zit vast aan Spanje. Gibraltar is een gebied dat valt onder de soevereiniteit van Groot-Brittanie. Dat laatste wordt door Spanje overigens betwist, zoals in de afgelopen dagen weer eens duidelijk werd bij de brexit-onderhandelingen. Gibraltar valt onder de souvereiniteit van Groot-Brittannie, maar zonder deel uit te maken van dat land. De Britse betrokkenheid voor de overzeese gebiedsdelen mag echter niet worden onderschat, zoals in 1992 bleek bij een ander overzees gebiedsdeel: de Falklandeilanden (bij Argentinie). Hoe dan ook: een schip kan varen onder de vlag van Gibraltar (een rood kasteel met gele sleutel).

Panama heeft haar toestemming na een maand al weer ingetrokken, namelijk in september van dit jaar. Sinds die tijd kan de Aquarius geen reddingsacties meer uitvoeren; ze ligt nu in de haven van het Franse Marseille. Het schip zal eerst een nieuwe vlaggenstaat moeten vinden. Tot op heden is er nog geen land gevonden dat daartoe bereid is.

BRONNEN:

Artikel 86 van de United Nations Convention On The Law Of The Seas (UNCLOS) of Zeerechtverdrag luidt: The provisions of this Part apply to all parts of the sea that are not included in the exclusive economic zone, in the territorial sea or in the internal waters of a State, or in the archipelagic waters of an archipelagic State. This article does not entail any abridgement of the freedoms enjoyed by all States in the exclusive economic zone in accordance with article 58.

Article 90 luidt: Every State, whether coastal or land-locked, has the right to sail ships flying its flag on the high seas.

Article 91 luidt: Every State shall fix the conditions for the grant of its nationality to ships, for the registration of ships in its territory, and for the right to fly its flag. Ships have the nationality of the State whose flag they are entitled to fly. There must exist a genuine link between the State and the ship. Every State shall issue to ships to which it has granted the right to fly its flag documents to that effect.

Article 92 luidt: Ships shall sail under the flag of one State only and, save in exceptional cases expressly provided for in international treaties or in this Convention, shall be subject to its exclusive jurisdiction on the high seas. A ship may not change its flag during a voyage or while in a port of call, save in the case of a real transfer of ownership or change of registry. A ship which sails under the flags of two or more States, using them according to convenience, may not claim any of the nationalities in question with respect to any other State, and may be assimilated to a ship without nationality.

Article 98 luidt (gedeeltelijk): Duty to render assistance. Every State shall require the master of a ship flying its flag, in so far as he can do so without serious danger to the ship, the crew or the passengers:(a) to render assistance to any person found at sea in danger of being lost;(b) to proceed with all possible speed to the rescue of persons in distress, if informed of their need of assistance, in so far as such action may reasonably be expected of him;

Onderonsje over de kilogram?

MAANDAG 26 NOVEMBER 2018 Het wereldwijde standaardgewicht voor de kilogram – Le Grand K – gaat zijn functie verliezen. Dit standaardgewicht is een voorwerp dat je kunt aanraken en dat sinds de negentiende eeuw in Parijs wordt bewaard, omgeven met veiligheids- en onderhoudsmaatregelen. Het mág dan ook beslist niet worden aangeraakt. Wie het sinds eind negentiende eeuw had over een kilogram (1000 gram), werd geacht daarmee te bedoelen een gewicht dat overeenkwam met Le Grand K in Parijs. Dat gaat veranderen. Wie het straks heeft over een kilogram, wordt geacht daarmee het volgende te bedoelen: The kilogram is defined by taking the fixed numerical value of the Planck constant h to be 6.626070 x 0,00000000000000000000000000000000001 when expressed in the unit J s (..). De standaard kilogram is straks dus niet meer een fysiek voorwerp maar een natuurconstante. Wie heeft daartoe besloten?

BIPM Zeventien landen hebben in 1875 het Bureau international des poids et mesures (BIPM) in het leven geroepen door daarover een verdrag te sluiten: het Convention du mètre. België, Frankrijk, Duitsland, Rusland en Verenigde Staten behoren tot de oprichters. BIPM is een (internationale) publieke organisatie die is gevestigd in Parijs. Elk land mag zich erbij aansluiten. Inmiddels zijn er zestig landen lid van geworden. Daartoe behoren China, Japan, Montenegro, Indonesië en – niet te vergeten – Nederland. Elke lidstaat moet contributie betalen. De hoogte van contributie kan per land verschillen, omdat daarvoor de bevolkingsomvang een belangrijke factor is.

CPGM Het BIPM heeft de nieuwe definitie van een kilogram voorbereid. Het besluit tot de invoering van een nieuwe definitie voor een kilogram is genomen door de Conférence générale des poids et mesures (CPGM). De CPGM is een soort van baas van het BIPM en is ook in het verdrag geregeld geregeld. Het bestaat (hoofdzakelijk) uit afgevaardigden van de regeringen van de aangesloten landen. Elk land stuurt één afgevaardigde. Elke afgevaardigde heeft één stem. Half november hebben zij een week lang met elkaar vergaderd.

Paris Zo’n vergadering moet minstens tienjaarlijks worden gehouden. Onlangs is de 26e bijeenkomst gehouden; de voorlaatste was in 2014. Voorzitter van een CPGM vergadering is altijd de Président de l’Académie des Sciences de Paris. Vergaderingen moeten altijd in Parijs worden gehouden.

Résolution Het besluit voor een andere definitie van de kilogram is genomen in de vorm van een Résolution. Het is mij niet bekend of het een anoniem besluit was. In dezelfde vergaderweek zijn trouwens ook de definities van andere grootheden veranderd, zoals de ampère, de mol en de kelvin. Ook daartoe is door de CPGM besloten in de vorm van een Résolution.

Frankrijk heeft enkele bijzondere verantwoordelijkheden op zich genomen. Het moet bijvoorbeeld zorgen voor de huisvesting van het BIPM en de vergaderlocatie van de CPGM. Het erkent de (privaatrechtelijke) rechtspersoonlijkheid van het BIPM. En het moet de afgevaardigden – ongeacht hun land van herkomst – gedurende de CPGM conferenties toegang tot Frankrijk geven.

20 mei Voor wie wil kunnen wennen aan het idee van een andere definitie voor de kilogram, geen nood: de nieuwe definitie gaat pas over een half jaar in.

BRONNEN:

Artikel 1 van de Convention du mètre luidt: Les Hautes Parties contractantes s’engagent à fonder et entretenir, à frais communs, un Bureau international des poids et mesures, scientifique et permanent, dont le siège est à Paris.

Artikel 2 luidt: Le Gouvernement français prendra les dispositions nécessaires pour faciliter l’acquisition ou, s’il y a lieu, la construction d’un bâtiment spécialement affecté à cette destination, dans les conditions déterminées par le Règlement annexé à la présente Convention.

Artikel 3 luidt: Le Bureau international fonctionnera sous la direction et la surveillance exclusives d’un Comité international des poids et mesures, placé lui-même sous l’autorité d’une Conférence générale des poids et mesures, formée de délégués de tous les Gouvernements contractants.

Artikel 4 luidt: La présidence de la Conférence générale des poids et mesures est attribuée au président en exercice de l’Académie des Sciences de Paris.

Artikel 9 luidt: Tous les frais d’établissement et d’installation du Bureau international des poids et mesures, ainsi que les dépenses annuelles d’entretien et celles du Comité, seront couverts par des contributions des États contractants, établies d’après une échelle basée sur leur population actuelle.

Artikel III (later toegevoegd): Tout État pourra adhérer à la présente Convention en notifiant son adhésion au Gouvernement français, qui en donnera avis à tous les États participants et au président du Comité international des poids et mesures.

Artikel 1 van het Règlement luidt: Le Bureau international des poids et mesures sera établi dans un bâtiment spécial présentant toutes les garanties nécessaires de tranquillité et de stabilité.

Il comprendra, outre le local approprié au dépôt des prototypes, des salles pour l’installation des comparateurs et des balances, un laboratoire, une bibliothèque, une salle d’archives, des cabinets de travail pour les fonctionnaires et des logements pour le personnel de garde et de service.

Artikel 7 daarvan luidt: La Conférence générale, mentionnée à l’article 3 de la Convention, se réunira à Paris, sur la convocation du Comité international, au moins une fois tous les six ans.

Elle a pour mission de discuter et de provoquer les mesures nécessaires pour la propagation et le perfectionnement du Système métrique, ainsi que de sanctionner les nouvelles déterminations métrologiques fondamentales qui auraient été faites dans l’intervalle de ses réunions. Elle reçoit le Rapport du Comité international sur les travaux accomplis, et procède, au scrutin secret, au renouvellement par moitié du Comité international. Les votes, au sein de la Conférence générale, ont l eu par États ; chaque État a droit à une voix.

Artikel 20 daarvan luidt: L’échelle des contributions, dont il est question à l’article 9 de la Convention, est établie, pour la partie fixe, sur la base de la dotation indiquée par l’article 6 du présent Règlement, et sur celle de la population ; la contribution normale de chaque État ne peut être inférieure à 5 pour 1 000, ni supérieure à 15 pour 100 de la dotation totale, quel que soit le chiffre de la population.

Artikel 1 van het Accord de Sièges (1969) luidt (gedeeltelijk): Le gouvernement de la République francaise reconnait la personalité civile du Bureau international des poids et mesures (..) et sa capacité de contracter, d`acquérir et d`aliniér les biens mobiliers et immobiliers nécessaires à son activité, et d`ester en justice.

Artikel 10 luidt (gedeeltelijk): Le Gouvernement français s’engage à autoriser, sauf si un motif d’ordre public si oppose, sans frais de visa ni delai, l’entrée et le séjour en France pendant la durée de leur fonctions ou missions aupres du Bureau:

a) Des représentants des Etats Parties à la Convention du mètre aux sessions des Conférences générales des poids et mesures;

b) Des membres du Comité international des poids et mesures;

Twee Zwitserse volksinitiatieven op 25 november: over verdrag vs grondwet en over koeien

VRIJDAG 23 NOVEMBER 2018 Zwitserland houdt aanstaande zondag een volksinitiatief over de verhouding tussen verdragen en de grondwet: Volksinitiative Schweizer Recht statt fremder Richter (Selbstbestimmungsinitiative). Welke willen de initiatiefnemers hiermee bereiken? Wat zijn de regels bij Zwitserse volksinitiatieven? Hopelijk heb ik alles goed begrepen.

Volksinitiative Het volksinitiatief is geregeld in de grondwet; er zijn ook nog referenda. Ze kunnen worden gehouden over grondwetswijzigingen, gewone wetten en overheidsbesluiten, maar ook over verdragen en toetreding tot een internationale organisatie. Een referendum gaat in tegenstelling tot een volksinitiatief over een besluit of wet die door regering en volksvertegenwoordiging is aangenomen. Aanstaande zondag gaat het over een volksinitiatief.

Bundesverfassung De initiatiefnemers willen dat de Zwitserse grondwet – Bundesverfassung – boven verdragen komt te staan, zodat bij strijd tussen verdrag en grondwet die laatste voorrang krijgt. Er mogen geen nieuwe verdragen worden gesloten die strijdig zijn met de grondwet. Bestaande verdragen moeten worden aangepast of – als andere verdragspartijen daaraan niet willen meewerken – opgezegd. Overheid en rechters zijn alleen gebonden aan de verdragen waarmee in een referendum is ingestemd. Een uitzondering wordt gemaakt voor fundamentele mensenrechten zoals het folterverbod, het slavernijverbod en het verbod om iemand twee keer te straffen voor dezelfde daad (ne bis in idem). Dergelijke verdragsbepalingen blijven wel voorrang houden op de grondwet.

Teilrevision Het volksinitiatief van aanstaande zondag gaat over een wijziging van enkele grondwettelijke bepalingen, een zogenaamde Teilrevision. De Zwitserse regering en volksvertegenwoordiging ontraden deze grondwetswijziging. De initiatiefnemers kunnen de precieze tekst van de te wijzigen bepalingen voorstellen. Dat is dan een volksinitiatief met ausgearbeitetes Entwurf. Dat is het geval met het volksinitiatief van aanstaande zondag.

100.000 Er zijn honderdduizend steunbetuigingen nodig voor het houden van een volksinitiatief zoals dat van komende zondag. Ze moeten worden verkregen in een periode van anderhalf jaar. Het volksinitiatief van aanstaande zondag heeft ongeveer 116.000 steunbetuigingen verkregen.

Bindend Het Zwitsers volksinitiatief en referendum zijn bindend. De uitslag dat het voorstel is aangenomen, is juridisch bindend. Wetgever en regering mogen die uitslag niet naast zich neerleggen.

Twee meerderheden Voor het aannemen van een voorstel is in elk geval de meerderheid van de uitgebrachte stemmen nodig. Elke Zwitser van 18 jaar of ouder is stemgerechtigd, ook als hij of zij in het buitenland woont. Voor het aannemen van het voorstel van aanstaande zondag is echter meer nodig. Daarvoor is namelijk ook van belang hoe de stemmen zijn verdeeld over de ongeveer 25 kantons die samen Zwitserland vormen. Dat zit als volgt in elkaar. In de meerderheid van de kantons moet een meerderheid van de stemmen voor het voorstel hebben gestemd. Er zijn zes kantons die wat dit betreft slechts elk voor de helft meetellen, zoals kanton Basel-Stadt. De overige kantons tellen elk voor heel mee, zoals St. Gallen. Kantons worden Kantone of Stände genoemd.

Koe bij de hoornen Het is zondag niet het enige voorstel waarover zondag in Zwitserland gestemd wordt. Er zijn nog twee andere. De ene is ook weer een volksinitiatief en ook weer voor een grondwetswijziging. Het gaat over de introductie van overheidssubsidie die het onthoornen van kalveren moet tegengaan, Hornkuh-Initiative. Ook dit initiatief wordt door regering en volksvertegenwoordiging ontraden. De andere is geen volksinitiatief maar een referendum.

BRONNEN:

Over volksinitiatieven en referendum van zondag 25 november 2018: https://www.admin.ch/gov/de/start/dokumentation/abstimmungen/20181125.html

Artikel 139 van de Bundesverfassung der Schweizerischen Eidgenossenschaft luidt (gedeeltelijk): 100 000 Stimmberechtigte können innert 18 Monaten seit der amtlichen Veröffentlichung ihrer Initiative eine Teilrevision der Bundesverfassung verlangen. Die Volksinitiative auf Teilrevision der Bundesverfassung kann die Form der allgemeinen Anregung oder des ausgearbeiteten Entwurfs haben. Eine Initiative in der Form des ausgearbeiteten Entwurfs wird Volk und Ständen zur Abstimmung unterbreitet. Die Bundesversammlung empfiehlt die Initiative zur Annahme oder zur Ablehnung. Sie kann der Initiative einen Gegenentwurf gegenüberstellen.

Artikel 140 luidt (gedeeltelijk): Volk und Ständen werden zur Abstimmung unterbreitet: a. die Änderungen der Bundesverfassung.

Artikel 142 luidt (gedeeltelijk): Die Vorlagen, die dem Volk zur Abstimmung unterbreitet werden, sind angenommen, wenn die Mehrheit der Stimmenden sich dafür ausspricht. Die Vorlagen, die Volk und Ständen zur Abstimmung unterbreitet werden, sind angenommen, wenn die Mehrheit der Stimmenden und die Mehrheit der Stände sich dafür aussprechen. Das Ergebnis der Volksabstimmung im Kanton gilt als dessen Standesstimme. Die Kantone Obwalden, Nidwalden, Basel-Stadt, Basel-Landschaft,

Artikel 136 luidt (gedeeltelijk): Die politischen Rechte in Bundessachen stehen allen Schweizerinnen und Schweizern zu, die das 18. Altersjahr zurückgelegt haben und die nicht wegen Geisteskrankheit oder Geistesschwäche entmündigt sind. Alle haben die gleichen politischen Rechte und Pflichten. Sie können an den Nationalratswahlen und an den Abstimmungen des Bundes teilnehmen sowie Volksinitiativen und Referenden in Bundesangelegenheiten ergreifen und unterzeichnen.

Ondermijnen prefab woningen de rechtsbescherming?

DONDERDAG 22 NOVEMBER 2018 In de krant van vorige week staat een groot artikel over prefab woningen. Dat zijn woningen – eengezinswoningen maar ook appartementen – die in de fabriek worden gemaakt en vervolgens van daaruit naar de woningbouwlocatie worden vervoerd. In vergelijking met een gewone woning die op locatie wordt gebouwd, zijn ze snel klaar en een stuk goedkoper. De kwaliteit is ook niet ondermaats. De prefab woningen lijken daardoor een belangrijke bijdrage te kunnen leveren aan de woningnood die veel gemeenten in het land ervaren. In onder andere Den Bosch, Nijkerk, Amsterdam, Texel, Rotterdam, Weert en Purmerend staan sinds kort prefab woningen of bestaan daarvoor vergevorderde plannen. Bijkomend voordeel voor gemeentebesturen is dat omwonenden en anderen die tegen de komst van (zekere) woningen op een bepaalde locatie zijn veel minder rechtsbescherming hebben. Hoe is het gesteld met die rechtsbescherming bij de bouw van gewone huizen? En wat is het verschil met prefab woningen? Deze bijdrage wil hierop uiteraard geen uitputtend antwoord geven.

Bouwen Voor het bouwen van een bouwwerk zoals een woning is altijd een omgevingsvergunning nodig. Zonder omgevingsvergunning is bouwen van een woning wettelijk verboden. Een woning die is gebouwd zonder omgevingsvergunning moet weer worden afgebroken.

Bestemmingsplan Een omgevingsvergunning wordt geweigerd als het bouwen van de woning (op een zekere locatie) in strijd is met het bestemmingsplan.

Gemeenteraad Het bestemmingsplan is gemaakt door de gemeenteraad. Daarin staat per locatie (perceel) wat de bestemming is en wat de regels zijn voor het gebruik van de grond en de daarop staande bouwwerken. Een bestemming kan bijvoorbeeld zijn kantoren, groen (park of plantsoen), detailhandel, bedrijventerrein, natuur en ten slotte wonen. De gemeenteraad moet om de tien jaar besluiten over verlenging of wijziging van het bestemmingsplan.

Woningbouw Het bouwen van woningen op een locatie mag dus niet in strijd zijn met het bestemmingsplan. Als dat wel het geval is en de gemeenteraad wil toch woningbouw op die locatie mogelijk maken dan moet de raad zijn bestemmingsplan wijzigen, en wel zo dat het nieuwe plan woningbouw op die locatie wel mogelijk is.

Nieuw bestemmingsplan Voor een nieuw bestemmingsplan is natuurlijk een raadsmeerderheid nodig. Maar dat is niet het enige. Ten eerste moet een nieuw plan worden voorbereid. Dat houdt onder andere in dat een ontwerp daarvan gedurende zekere tijd ter inzage moet worden gelegd. Gedurende die tijd kan iedereen – bijvoorbeeld omwonenden – daartegen bij de gemeente bezwaren indienen, zienswijzen geheten. Enige tijd daarna neemt de gemeenteraad zijn definitieve besluit. Bezwaarmakers kunnen dan naar de rechter stappen. Die rechter is de (afdeling bestuursrechtspraak van de) Raad van State. De voorbereiding en vooral de rechtszaken kunnen enige tijd vergen, bijvoorbeeld meer dan een jaar. Weliswaar mag er ondanks de rechtszaak al worden begonnen met de bouw, tenzij om een zogenaamde voorlopige voorziening (bij de Raad van State) wordt gevraagd: dat verzoek zorgt ervoor dat er voorlopig toch niet mag worden gebouwd.

Prefab woning Dat kan kan volgens een gemeente allemaal te lang gaan duren. Dan biedt een prefab woning blijkbaar uitkomst, want blijkbaar wordt een prefab woning juridisch niet gezien als het bouwen van een bouwwerk, maar als het gebruiken van de grond. En dat maakt juridisch veel verschil. Weliswaar gelden de bestemmingen in het bestemmingsplan ook voor het gebruiken van de grond en mag ook voor het gebruiken van de grond dat in strijd is met het bestemmingsplan geen omgevingsvergunning worden afgegeven. Maar: de gemeente mag wél een omgevingsvergunning afgeven voor grondgebruik dat niet langer dan tien jaar in strijd is met het bestemmingsplan. En dat is het verhaal bij prefab woningen: de prefab woning zal hier niet langer staan dan tien jaar; hij wordt na die tien jaar weer verwijderd.

Praktijk Dat is het verhaal bij de prefab woning, maar ik begrijp uit de krant dat het nog maar de vraag is of dat daadwerkelijk gaat gebeuren. De kwaliteit van de prefab woning zal er zeker niet aan in de weg staan om er (veel) langer in te wonen. En er zijn in het verleden vaker perioden geweest waarin veel tijdelijke woningen werden gebouwd die achteraf gezien gewoon permanente woningen zijn geworden.

BRONNEN:

Artikel 2.1 eerste lid onder a Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (afgekort tot WABO) luidt: Het is verboden zonder omgevingsvergunning een project uit te voeren, voor zover dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit het bouwen van een bouwwerk.

Artikel 2.3a WABO luidt (gedeeltelijk): Het is verboden een bouwwerk of deel daarvan dat is gebouwd zonder omgevingsvergunning in stand te laten.

Artikel 2.10 WABO luidt (gedeeltelijk): Voor zover de aanvraag betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, wordt de omgevingsvergunning geweigerd indien (onder andere) de activiteit in strijd is met het bestemmingsplan, de beheersverordening of het exploitatieplan (..)

Artikel 3.1 Wet ruimtelijke ordening luidt (gedeeltelijk): De gemeenteraad stelt voor het gehele grondgebied van de gemeente een of meer bestemmingsplannen vast, waarbij ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening de bestemming van de in het plan begrepen grond wordt aangewezen en met het oog op die bestemming regels worden gegeven. Deze regels betreffen in elk geval regels omtrent het gebruik van de grond en van de zich daar bevindende bouwwerken. Deze regels kunnen tevens strekken ten behoeve van de uitvoerbaarheid van in het plan opgenomen bestemmingen, met dien verstande dat deze regels ten aanzien van woningbouwcategorieën uitsluitend betrekking hebben op percentages gerelateerd aan het plangebied. De bestemming van gronden, met inbegrip van de met het oog daarop gestelde regels, wordt binnen een periode van tien jaar, gerekend vanaf de datum van vaststelling van het bestemmingsplan, telkens opnieuw vastgesteld.

Artikel 3.8 Wet ruimtelijke ordening luidt (gedeeltelijk): Op de voorbereiding van een bestemmingsplan is afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing, met dien verstande dat door een ieder zienswijzen omtrent het ontwerp bij de gemeenteraad naar voren kunnen worden gebracht;

Artikel 2 van de Bijlage bevoegdheidsregeling bestuursrechtspraak van de Algemene wet bestuursrecht luidt (gedeeltelijk): Tegen een besluit, genomen op grond van een in dit artikel genoemd voorschrift of anderszins in dit artikel omschreven, kan beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. (Zoals een besluit genomen op grond van) artikel 3.1 derde lid Wet ruimtelijke ordening: een besluit omtrent vaststelling van een bestemmingsplan

Artikel 6.16 Algemene wet bestuursrecht luidt (gedeeltelijk): Het beroep schorst niet de werking van het besluit waartegen het is gericht, tenzij bij of krachtens wettelijk voorschrift anders is bepaald.

Artikel 8.4 Wet ruimtelijke ordening luidt (gedeeltelijk): Indien gedurende de beroepstermijn met betrekking tot een besluit tot vaststelling van een bestemmingsplan bij de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State een verzoek om voorlopige voorziening is gedaan, wordt de werking van het besluit opgeschort totdat op het verzoek is beslist. Bij de toewijzing van het verzoek geeft de voorzitter aan op welke onderdelen van het bestemmingsplan of inpassingsplan of van de wijziging of uitwerking hiervan de voorlopige voorziening betrekking heeft.

Artikel 2.1, eerste lid, onder c Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (afgekort tot WABO) luidt (gedeeltelijk): Het is verboden zonder omgevingsvergunning een project uit te voeren, voor zover dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit:

  • a. het bouwen van een bouwwerk,

  • b. het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, in gevallen waarin dat bij een bestemmingsplan, beheersverordening, exploitatieplan of voorbereidingsbesluit is bepaald,

  • c. het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan (..).

Artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2 WABO luidt (gedeeltelijk): Voor zover de aanvraag betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, kan de omgevingsvergunning slechts worden verleend indien de activiteit niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening en:

  • a. indien de activiteit in strijd is met het bestemmingsplan:

    • 2°. in de bij algemene maatregel van bestuur aangewezen gevallen,

Die gevallen staan in:

Artikel 4 Besluit Omgevingsrecht (=algemene maatregel van bestuur) luidt (gedeeltelijk): Voor verlening van een omgevingsvergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de WABO waarbij met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2°, van die wet van het bestemmingsplan wordt afgeweken, komen in aanmerking (de volgende onderdelen):

(11) (..) gebruik van gronden of bouwwerken (..) voor een termijn van ten hoogste tien jaar.

Wat staat er morgen op de agenda van hoogheemraadschap Delfland?

WOENSDAG 21 NOVEMBER 2018 Over enkele maanden zijn er weer verkiezingen voor de waterschappen (maart 2019). Waterschappen worden ook wel hoogheemraadschappen genoemd. Wekelijks staat hier een bijdrage over waterschappen of hun verkiezingen. De bijdrage van deze week gaat over de taken van het hoogheemraadschap Delfland, zoals dat blijkt uit de agenda van haar algemeen bestuur.

Algemeen bestuur Het algemeen bestuur bestaat niet alleen uit vertegenwoordigers van de mensen die in het waterschap wonen (de ingezetenen), maar ook uit vertegenwoordigers van de bezitters van land- en tuinbouwgronden en uit vertegenwoordigers van het bedrijfsleven. Bovendien bestaat het uit vertegenwoordigers van de bezitters van natuurterreinen. Het is tot op zekere hoogte vergelijkbaar met de gemeenteraad in de gemeente. In Delfland (Zuid-Holland) bestaat het uit 30 leden.

Opbouw In Delfland zijn er 21 vertegenwoordigers van de ingezetenen, vier vertegenwoordigers van bezitters van de land- en tuinbouwgronden, vier vertegenwoordigers van het bedrijfsleven en ten slotte één vertegenwoordiger van de bezitters van natuurterreinen.

VV In Delfland heet het algemeen bestuur verenigde vergadering, afgekort tot VV. Jaarlijks moeten er volgens het Reglement van Orde voor de verenigde vergadering en de commissies van het hoogheemraadschap van Delfland minstens vier VV’s worden gehouden. Ik tel er dit jaar negen, er is dus zo’n beetje maandelijks vergaderd. Morgen is de vergadering van deze maand. Daarop staat de begroting voor volgend jaar.

Begroting De begroting van volgend jaar heeft ruim 220 miljoen euro aan uitgaven. De begroting levert een mooi beeld op van de taken.

Afvalwater De grootste uitgavenpost is afvalwaterketen en zuiveren (87 miljoen). Enkele andere posten zijn het watersysteem (35 miljoen), gezond, schoon en zoet water (samen 8 miljoen) en waterveiligheid, stedelijk waterbeheer en klimaatadaptatie (samen 23 miljoen).

Muskusrat Waterveiligheid gaat natuurlijk over de (rivier)dijken en andere (water)keringen. Die dijken zijn er al (gelukkig!), maar ze moeten natuurlijk worden onderhouden en regelmatig gecontroleerd. Ook muskusrattenbestrijding valt onder deze post; deze dieren ondergraven de dijken.

Natte voeten Stedelijk waterbeheer gaat onder andere over de beïnvloeding van gemeentelijke bestemmingsplannen, zodat bijvoorbeeld bewoners van nieuwbouwwoningen die ’s avonds naar de televisie kijken geen natte voeten kunnen krijgen doordat hun huis te dicht bij een rivier is gebouwd.

Spons Klimaatadaptatie gaat onder andere over het bevorderen van tuinen in plaats van verharde pleinen, zodat overtollig regenwater sneller in de bodem verdwijnt (sponswerking).

Commissies (Vrijwel) maandelijks zijn er ook commissievergaderingen. Een commissie bestaat uit een select gezelschap afkomstig uit de verenigde vergadering, van elke fractie minstens één. Een commissietaak is onder andere advies geven aan de VV. Delfland heeft een commissie stedelijk water en watersysteem (SWW) en een commissie gezond, schoon en gezuiverd water (GSG). De commissievergaderingen moeten volgens het reglement minstens twee weken voor de VV worden gehouden; die van november zijn dan ook al gehouden, namelijk op de 6e. Commissievergaderingen zijn net als VV’s in principe openbaar.

BRONNEN:

Artikel 12 Waterschapswet luidt (gedeeltelijk): Lid 1. Het algemeen bestuur is samengesteld uit vertegenwoordigers van categorieën van belanghebbenden bij de uitoefening van de taken van het waterschap. Lid 2. In het algemeen bestuur zijn de volgende categorieën van belanghebbenden vertegenwoordigd: a. de ingezetenen; b. degenen die krachtens eigendom, bezit of beperkt recht het genot hebben van ongebouwde onroerende zaken, niet zijnde natuurterreinen als bedoeld in artikel 116, onder c; c. degenen die krachtens eigendom, bezit of beperkt recht het genot hebben van natuurterreinen als bedoeld in artikel 116, onder c; d. degenen die krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebouwde onroerende zaken in gebruik hebben als bedrijfsruimte.

Artikel 2 luidt (gedeeltelijk): De bevoegdheid tot regeling van (de) samenstelling van hun bestuur en tot de verdere reglementering van waterschappen behoort aan provinciale staten. De uitoefening van deze bevoegdheid geschiedt bij provinciale verordening.

Artikel 9 Reglement van Bestuur voor het Hoogheemraadschap van Delfland (2015) luidt (gedeeltelijk): 1. Het algemeen bestuur bestaat uit 30 leden. Van deze leden vertegenwoordigen: a. eenentwintig leden de categorie ingezetenen als bedoeld in artikel 12, tweede lid, onder de letter a van de Waterschapswet; b. vier leden de categorie ongebouwd als bedoeld in artikel 12, tweede lid, onder de letter b van de Waterschapswet; c. één lid de categorie natuurterreinen als bedoeld in artikel 12, tweede lid, onder de letter c van de Waterschapswet; d. vier leden de categorie bedrijven als bedoeld in artikel 12, tweede lid, onder de letter d van de Waterschapswet. Lid 2. a. De leden bedoeld in het eerste lid, onder b worden benoemd door de Land- en Tuinbouworganisatie Noord, genoemd in het Besluit vaststellingregio’s. Het lid, bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, wordt benoemd door de Vereniging van Bos en Natuurterreineigenaren (de laatste zin treedt pas in werking vanaf 2019).

Artikel 6 Reglement voor Waterschap Rivierenland luidt: Het algemeen bestuur bestaat uit dertig leden. Hiervan vertegenwoordigen: a. tweeëntwintig leden de categorie ingezetenen; b. vier leden de categorie ongebouwd; c. één lid de categorie natuurterreinen; d. drie leden de categorie bedrijven.

Reglement van Orde voor de verenigde vergadering en de commissies van het hoogheemraadschap van Delfland, artikelen 1.1, 4.1,4.19, 5.2, 5.3, 5.9 en 5.20: https://www.hhdelfland.nl/over-ons/ReglementvanOrdevoordeVV.pdf

 

Agenda van de verenigde vergadering van 22 november 2018, inclusief vergaderstukken (o.a. begroting): https://www.ibabsonline.eu/Agenda.aspx?site=delfland&agendaid=d5ada7cf-a0ab-4311-9716-f3a847f23c58&FoundIDs=&year=2018

Inwoners van Canadese Calgary spreken zich uit tegen Olympische Winterspelen

DINSDAG 20 NOVEMBER 2018 Het Canadese Calgary heeft zich teruggetrokken uit de race voor de organisatie van de Olympische Winterspelen van 2026. Dat is gebeurd na een referendum dat vorige week dinsdag onder de inwoners is gehouden. Van de 767.000 inwoners die daaraan mochten meedoen is minder dan de helft gaan stemmen (304.000). Daarvan stemden 132.000 voor de komst van de Winterspelen en 171.000 tegen.

City of Calgary Calgary is een gemeente in de provincie Alberta. De stad telt meer dan een miljoen inwoners.

Council De gemeenteraad, city council, heeft besloten tot het houden van het referendum. Dat is gebeurd in de vergadering van 31 juli.

Councillors De gemeenteraad van Calgary bestaat uit 15 volksvertegenwoordigers, councillors. Daarvan zijn er 14 gekozen in kiesdistricten; in elk kiesdistrict – ward – kiezen de mensen die daar wonen één volksvertegenwoordiger. Bovendien kiezen de inwoners van heel Calgary een burgemeester, mayor of ook wel chief elected official genoemd, hun 15e volksvertegenwoordiger.

Quorum Het besluit tot het houden van een referendum was niet unaniem. Elk gemeenteraadslid heeft één stem. Als ik het officiële verslag van de vergadering goed heb begrepen, is het besluit genomen met tien stemmen voor en één stem tegen. De gemeenteraad was dus niet voltallig. Maar dat is ook niet nodig: er hoefden slechts 8 councillors aanwezig te zijn.

Vote of the electors De gemeenteraad kan over elk onderwerp waarover zij zelf gaat een referendum houden, vote of the electors geheten. De gemeenteraad is niet juridisch gebonden aan de uitslag van een referendum.

Are you for or are you against? De gemeenteraad heeft de volgende vraag voorgelegd aan haar inwoners. “Are you for or are you against Calgary hosting the 2026 Olympic and Paralympic Winter Games? … I am for Calgary hosting. … I am against Calgary hosting.”

En nu? In de (Nederlandse) krant staat dat de burgemeester van Calgary vooraf heeft aangekondigd ”de uitkomst hoe dan ook te respecteren en bij een meerderheid van de kandidatuur af te zien”. Ik zou zeggen dat de voltallige gemeenteraad daarover gaat. Misschien dat de burgemeester die aankondiging mede namens de gemeenteraad mocht doen. Er is nog geen gemeenteraadsvergadering gehouden sinds het referendum.

BRONNEN:

© Alberta Queen’s Printer, 2018: Municipal Government Act van de Province of Alberta:

Artikel 148 luidt (gedeeltelijk): Unless otherwise provided for in a bylaw under this section, when a municipality is divided into wards, (a) only an elector who is resident in the ward may vote for a councillor in that ward, and (b) councillors are elected for each ward.

Artikel 150 luidt (gedeeltelijk): The chief elected official of a city or town is to be elected by a vote of the electors of the municipality.

Artikel 153 luidt (gedeeltelijk): Councillors have the following duties: to consider the welfare and interests of the municipality as a whole and to bring to council’s attention anything that would promote the welfare or interests of the municipality;

Verslag gemeenteraadsvergadering van Calgary van 30 en 31 juli 2018, zie met name agendapunt 14: https://pub-calgary.escribemeetings.com/FileStream.ashx?DocumentId=67033

Artikel 180 luidt (gedeeltelijk): A council may act only by resolution or bylaw.

Artikel 181 luidt (gedeeltelijk): A bylaw or resolution of council is not valid unless passed at a council meeting held in public at which there is a quorum present.

Artikel 167 luidt (gedeeltelijk): Except as provided in this or another enactment, the quorum of a council is (a) the majority of all the councillors.

Artikel 182 luidt (gedeeltelijk): A councillor has one vote each time a vote is held at a council meeting at which the councillor is present.

Artikel 236 luidt (gedeeltelijk): (1) A council may provide for the submission of a question to be voted on by the electors on any matter over which the municipality has jurisdiction. (2) A vote of the electors under subsection (1) does not bind council.

Sinterklaas is in ons land

MAANDAG 19 NOVEMBER 2018 Sinterklaas is weer in ons land. De Goedheiligman is afgelopen zaterdag met zijn Pieten aan land gekomen in Zaanstad, Noord-Holland. Ze blijven zoals elk jaar tot 6 december. Sint maar vooral de Pieten gaan in de komende weken hard aan het werk. Ze gaan bijvoorbeeld scholen en winkelcentra bezoeken en pakjes bezorgen bij de mensen thuis. Dat betekent hard werken en veel reizen. De Pieten doen dit in opdracht van Sint. Mogen ze dat wel allemaal doen? Ok, ze willen alleen maar goed doen. Maar dan nog: mogen zij hier zomaar enkele weken verblijven en (hard) werken?

Een vreemdeling zeker Hun verblijf en werkzaamheden hier te lande zou problematisch kunnen zijn. Sint en de Pieten zijn namelijk vreemdelingen. Want ze hebben niet de Nederlandse nationaliteit en wonen evenmin in ons land. Alles wijst er namelijk op – maar zeker is het niet – dat ze uit Spanje komen.

Spanje Stel dat (Sint en) de Pieten inderdaad uit Spanje komen. In dat geval is er geen vuiltje aan de lucht. Want dan mogen de Pieten hier zomaar enkele weken verblijven om hard te werken. Spanje is namelijk net als Nederland een EU-land, een lidstaat van de Europese Unie. Daardoor zijn Spaanse Pieten gemeenschapsonderdanen of te wel ”burgers van de EU”. Iedere EU burger mag in andere lidstaten verblijven en aldaar werken; dat mag dus ook in ons land.

Stoomboot Het is evenwel niet zeker dat ze uit Spanje komen. Ze komen elk jaar per stoomboot (dat geeft wel de nodige vuiltjes in de lucht). Waarom de reis van Spanje naar Nederland per boot afgelegd? Kan die reis niet beter over land worden afgelegd? Is die boot daarom geen aanwijzing dat ze over water wel móeten reizen? Zo ja: ligt het dan niet meer voor de hand dat (Sint en) de Pieten uit Engeland komen?

Engeland Stel dat (Sint en) de Pieten inderdaad uit Engeland komen. Ook dat zou vreemdelingrechtelijk in de afgelopen jaren geen enkele probleem zijn geweest. Want Engeland (Groot-Brittannië) is net als Spanje een EU-land. De Pieten mogen daardoor zomaar enkele weken in ons land verblijven om er hard te werken. Maar, let wel: dat gaat veranderen!

Brexit Eind maart 2019 verlaat Groot-Brittannië de Europese Unie. Wat daarvan de gevolgen zijn, is nog erg onduidelijk. Daarover is een jaar of nog langer onderhandeld met de EU. Dat heeft weliswaar recentelijk geleid tot een akkoord, maar het is allerminst zeker dat het Britse parlement daarmee zal instemmen. Dat geldt zowel de oppositie als de regeringspartij.

Brexi(n)t? Stel nu dat het akkoord wordt afgewezen en er geen nieuw akkoord tot stand komt, zelfs geen tijdelijk akkoord tot eind 2020. Britten zijn dan geen burgers van de EU meer. Zij mogen dan niet meer automatisch in ons land verblijven en werken. Wat betekent dat voor (Sint en) de Pieten als ze volgend jaar rond deze tijd weer aan land willen komen in ons land? Zijn ze dan niet meer welkom? Daarover zal dan de Nederlandse overheid gaan, in het bijzonder de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND).

Vergunning (Werkgever) Sint zal dan bij de IND voor zijn (werknemers) Pieten een vergunning moeten aanvragen. Een vergunning om hier enkele weken te mogen verblijven en in die tijd te werken. Dat werk is seizoensgebonden en dus seizoensarbeid. Sint zal bij de autoriteiten (IND) moeten opgeven wat het doel is van het verblijf, waaruit het werk precies bestaat (pakjes bezorgen bij de mensen thuis, scholen en winkelcentra bezoeken enzovoorts). Als Sint de vergunning krijgt, mogen de Pieten slechts de opgegeven werkzaamheden verrichten. Het is echter nog maar de vraag of hij de gevraagde vergunning krijgt. Vaak worden zulke vergunningen namelijk geweigerd, bijvoorbeeld als er in ons land of in een ander land van de EU werknemers zijn die dat werk kunnen en willen doen.

Kom maar binnen! Zullen er volgend jaar EU burgers zijn die het werk van de Pieten kunnen en willen doen? Het Pietenwerk is gevaarlijk (lopen over gladde daken) en vereist de nodige deskundigheid (?) en je moet er maar zin in hebben. Het zou daarom zomaar eens kunnen gebeuren dat de IND die vergunning verleent. Het kost Sint natuurlijk wel geld (leges!). En hij moet er ook aan denken om hem tijdig aan te vragen.

Iets van vinden Trouwens, de IND neemt haar beslissingen namens de minister. Daardoor zal de minister – en daarmee de regering – toch iets moeten gaan vinden van de Pieten!

BRONNEN:

Artikel 8 Vreemdelingenwet luidt (gedeeltelijk): De vreemdeling heeft in Nederland uitsluitend rechtmatig verblijf (onder andere) als gemeenschapsonderdaan zolang deze onderdaan verblijf houdt op grond van een regeling krachtens het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

Artikel 21 Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie luidt (gedeeltelijk): Iedere burger van de Unie heeft het recht vrij op het grondgebied van de lidstaten te reizen en te verblijven, onder voorbehoud van de beperkingen en voorwaarden die bij de Verdragen en de bepalingen ter uitvoering daarvan zijn vastgesteld.

Artikel 45 luidt (gedeeltelijk): Het verkeer van werknemers binnen de Unie is vrij. Het houdt het recht in om a. in te gaan op een feitelijk aanbod tot tewerkstelling; b. zich te dien einde vrij te verplaatsen binnen het grondgebied der lidstaten; c. in een der lidstaten te verblijven teneinde daar een beroep uit te oefenen.

Artikel 8 Vreemdelingenwet luidt (gedeeltelijk): De vreemdeling heeft in Nederland uitsluitend rechtmatig verblijf (onder andere) op grond van een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd als bedoeld in artikel 14;

Artikel 14 luidt (gedeeltelijk): Een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd wordt verleend onder beperkingen, verband houdende met het doel waarvoor het verblijf is toegestaan. Aan de vergunning kunnen voorschriften worden verbonden.

Artikel 3.4 Vreemdelingenbesluit luidt (gedeeltelijk): De in artikel 14 van de Wet bedoelde beperkingen houden (onder andere) verband met seizoenarbeid.

Artikel 8 Wet arbeid vreemdelingen luidt (gedeeltelijk): (De IND namens) de minister weigert een vergunning (onder andere) indien voor de desbetreffende arbeidsplaats prioriteitgenietend aanbod op de arbeidsmarkt aanwezig is.

De agenda van het Franse parlement

VENDREDI LE 16 NOVEMBRE 2018 Eind mei heeft de Franse regering drie wetsvoorstellen ingediend voor diverse institutionele hervormingen, zoals de wijze waarop de leden van de Franse Tweede Kamer worden gekozen (het kiesstelsel). Een commissie uit de Franse Tweede Kamer – dat is de Assemblée nationale – heeft één van die wetsvoorstellen al in juli in behandeling genomen. Dat is het wetsvoorstel dat enkele bepalingen uit de Grondwet wil wijzigingen, zoals het recht van Kamerleden om een wetsvoorstel te wijzigen (amendementsrecht). Het kiesstelsel voor de Assemblée nationale is niet in de Grondwet geregeld; de hervorming hiervan staat in een van de andere wetsvoorstellen. Halverwege juli stopten alle parlementaire werkzaamheden voor institutionele hervormingen. En ze zijn tot op heden niet hervat. Waarom niet?

Benalla Dat heeft te maken met de affaire Benalla. Alexandre Benalla was de persoonlijke veiligheidsadviseur van de Franse president Macron. Half juli werd bekend werd dat hij (Benalla!) op 1 mei enkele betogers hardhandig tegen de grond had gewerkt en dat president en regering daarop niet adequaat hebben gereageerd. Benalla’s daden zijn (ook) in Frankrijk misdrijven. Voor de president was dat geen reden om hem te ontslaan. Voor de regering was dat geen reden om politie en justitie in te schakelen. In het parlement liepen de emoties door deze affaire hoog op. Uiteindelijk leidde het tot een parlementaire enquête.

Agenda De affaire Benalla en de parlementaire enquête daarnaar was de reden dat de parlementaire behandeling van de wetsvoorstellen voor institutionele hervormingen werd stopgezet. Het onderwerp werd dus van de agenda van de Assemblée nationale gehaald.

Overeenkomsten De wetsvoorstellen waren ingediend door de Franse regering. Het is meestal de regering die wetsvoorstellen indient. Ook in Nederland is dat het geval. Zowel in Nederland als in Frankrijk mag de regering haar wetsvoorstel tijdens de parlementaire behandeling wijzigen (amenderen) en ook intrekken.

Verschil Tot zover de overeenkomsten tussen Nederland en Frankrijk. Er is echter een belangrijk verschil. Terwijl de Nederlandse Tweede Kamer volledig over haar eigen agenda gaat, is dat in de Franse Assemblée nationale maar gedeeltelijk het geval. Daar gaat ook de Franse regering over de agenda van Assemblée nationale. Maandelijks vult de Assemblée nationale namelijk slechts de helft van haar beschikbare vergadertijd in en vult de Franse regering de andere helft in. De Franse regering bepaalt zodoende wanneer een wetsvoorstel wordt behandeld in het parlement. En het kan ook bepalen dat een wetsvoorstel dat in meer of mindere mate al is behandeld weer van de agenda wordt gehaald, voor kortere of langere tijd. Ongeacht wat de Assemblée nationale daarvan vindt.

5e Republiek Dat is zo geregeld in de Franse Grondwet, sinds 2008. Voor het parlement is deze regeling zelfs een grote verbetering ten opzichte van de jaren daarvoor. In 1958 is de huidige Grondwet ingevoerd, die van de Vijfde Republiek. Tot 2008 was hierin geregeld dat de regering over nagenoeg de hele agenda van de Assemblée nationale ging.

Benalla (vervolg) De Franse regering heeft eind juli besloten dat de drie wetsvoorstellen van de agenda van de Assemblée nationale worden gehaald, tot nader order!

BRONNEN:

Onderstaande Franse wetsbepalingen zijn afkomstig van DILA. Constitution 06.03.2017 https://www.legifrance.gouv.fr/Droit-francais/Constitution.

Artikel 82 Nederlandse Grondwet luidt (gedeeltelijk): Voorstellen van wet kunnen worden ingediend door of vanwege de Koning.

Artikel 39 Franse Constitution luidt (gedeeltelijk): L’initiative des lois appartient au Premier ministre.

Artikel 84 luidt (gedeeltelijk): Zolang een voorstel van wet, ingediend door of vanwege de Koning, niet door de Tweede Kamer is aangenomen, kan het vanwege de regering worden gewijzigd.

Artikel 44 Franse Constitution luidt (gedeeltelijk): Le Gouvernement a le droit d’amendement.

Artikel 86 Nederlandse Grondwet luidt (gedeeltellijk): Zolang een voorstel van wet niet door de Staten-Generaal is aangenomen, kan het door of vanwege de indiener worden ingetrokken

Artikel 48 Franse Constitution luidt (gedeeltelijk): Deux semaines de séance sur quatre sont réservées par priorité, et dans l’ordre que le Gouvernement a fixé, à l’examen des textes et aux débats dont il demande l’inscription à l’ordre du jour.

Weinig aandacht voor commissaris van de Koning in Eerste Kamer debat

DONDERDAG 15 NOVEMBER 2018 Afgelopen dinsdag heeft de Eerste Kamer vergaderd over het wetsvoorstel om de benoeming van de burgemeester en de commissaris van de Koning uit de Grondwet te halen, te deconstitutionaliseren dus. De vergadering heeft geduurd van half twee tot elf uur. Hoeveel aandacht was er in het debat (voor de deconstitutionalisering van de benoeming van) de commissaris van de Koning?

CdK De commissaris van de Koning heette ten tijde van Koningin Beatrix commissaris van de Koningin of ook wel commissaris der Koningin. Dat laatste werd dan vaak afgekort tot CdK. Die afkorting wordt tegenwoordig nog steeds gebruikt. Ook commissaris (zonder toevoeging) is in zwang. In de provincie Limburg wordt hij om historische redenen gouverneur genoemd.

Benoemingswijze nu De regering benoemt de commissaris (per koninklijk besluit). De minister van Binnenlandse Zaken doet daartoe een voordracht. Provinciale Staten doen de minister een aanbeveling waarop twee kandidaten staan. De persoon die de minister voordraagt is één van deze twee, althans in beginsel. Vervolgens benoemt de regering dus de commissaris (per koninklijk besluit): de Kroonbenoeming. Deze regeling staat in de Provinciewet. In de Grondwet staat dat de Kroonbenoeming niet mag verdwijnen en een andere regeling in de Provinciewet dus niet is toegestaan. De voorgestelde deconstitutionalisering zorgt ervoor dat een andere regeling in de Provinciewet straks wel is toegestaan.

Verslag Wat hier volgt is uit het nog niet gecorrigeerde verslag dat van de vergadering afgelopen dinsdag is gemaakt, en op de website van de Eerste Kamer staat.

Onbekend Opvallend is dat de meeste fractiewoordvoerders eigenlijk alleen spreken over de deconstitutionalisering van de burgemeestersbenoeming. Volgens de woordvoerder van GroenLinks komt dit doordat de commissaris veel verder van de burger af staat en veel minder bekendheid geniet. Enkele fracties hebben wél specifieke aandacht voor de commissaris.

Ambtsinstructie De commissaris heeft een aantal rijkstaken/regeringstaken. Dat is onder andere geregeld in de zogenaamde Ambtsinstructie commissaris van de Koning. Daardoor is hij (ook) een rijksorgaan. Als rijksorgaan heeft hij bijvoorbeeld een belangrijke rol bij benoeming, herbenoeming en ontslag van burgemeesters en bij gemeenten waarin de bestuurlijke verhoudingen verstoord zijn of de bestuurlijke integriteit in geding is.

Ambtsinstructie en dus? De woordvoerders van de fracties van VVD, ChristenUnie en CDA menen dat er daarom weinig reden is om de huidige benoemingswijze van de commissaris te veranderen. In hun reacties maken initiatiefnemer (en fractieleider van D66 in de Tweede Kamer) Rob Jetten en de minister van Binnenlandse Zaken duidelijk dat zij daar best wel eens gelijk in kunnen hebben maar dat dit de voorgestelde deconstitutionalisering zeker niet in de weg staat.

BRONNEN:

Artikel 61 Provinciewet luidt (gedeeltelijk): De commissaris van de Koning wordt bij koninklijk besluit op voordracht van Onze Minister benoemd voor de tijd van zes jaar. Onze Minister overlegt met provinciale staten over de eisen die aan de te benoemen commissaris worden gesteld met betrekking tot de vervulling van het ambt. Voorafgaand aan het overleg met Onze Minister stellen provinciale staten gedeputeerde staten in de gelegenheid hun wensen en bedenkingen ten aanzien van deze eisen kenbaar te maken. Na het overleg met Onze Minister stellen provinciale staten uit hun midden een vertrouwenscommissie in, belast met de beoordeling van de kandidaten. Onze Minister verschaft de vertrouwenscommissie een opgave van degenen die naar het ambt van commissaris hebben gesolliciteerd, vergezeld van zijn oordeel over kandidaten die hij in beginsel geschikt acht voor benoeming. Als de vertrouwenscommissie besluit naast deze kandidaten ook andere kandidaten die gesolliciteerd hebben, bij haar beoordeling te betrekken, doet zij daarvan onverwijld mededeling aan Onze Minister. Deze brengt zijn oordeel over laatstgenoemde kandidaten ter kennis van de vertrouwenscommissie. De vertrouwenscommissie brengt verslag uit van haar bevindingen aan de staten en aan Onze Minister. Provinciale staten zenden Onze Minister binnen vier maanden nadat de gelegenheid tot sollicitatie voor de functie is gegeven een aanbeveling inzake de benoeming. Deze aanbeveling omvat twee personen. In een bijzonder, door provinciale staten te motiveren geval, kan worden volstaan met een aanbeveling waarop één persoon vermeld staat. Onze Minister slaat geen acht op een enkelvoudige aanbeveling, indien naar zijn oordeel geen sprake is van een bijzonder geval. Onze Minister volgt in zijn voordracht in beginsel de aanbeveling, met inbegrip van de daarop gehanteerde volgorde, tenzij zwaarwegende gronden aanleiding tot afwijking geven. Een afwijking wordt gemotiveerd.

Artikel 126 Grondwet luidt: Bij de wet kan worden bepaald, dat de commissaris van de Koning wordt belast met de uitvoering van een door de regering te geven ambtsinstructie

Artikel 6 Ambtsinstructie commissaris van de Koning luidt (gedeeltelijk): De commissaris ziet toe op een ordelijk verloop van de procedure met betrekking tot de benoeming van een burgemeester. Voordat de vacature van burgemeester in een gemeente wordt opengesteld overlegt de commissaris met de raad over de eisen die aan de te benoemen burgemeester worden gesteld met betrekking tot de vervulling van het ambt. De commissaris verschaft de vertrouwenscommissie een opgave van degenen die naar het ambt van burgemeester hebben gesolliciteerd, vergezeld van zijn oordeel over kandidaten die hij in beginsel geschikt acht voor benoeming.

Artikel 7 luidt (gedeeltelijk): De commissaris ziet toe op een ordelijk verloop van de procedure met betrekking tot de herbenoeming van een burgemeester.Voordat de raad een aanbeveling inzake de herbenoeming van de burgemeester opstelt overlegt hij met de commissaris over het functioneren van de burgemeester. Na de ontvangst van de aanbeveling inzake de herbenoeming van de burgemeester zendt de commissaris deze door naar Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties vergezeld van zijn advies daarover. Tevens rapporteert de commissaris over zijn bevindingen met betrekking tot de inhoud en het verloop van de procedure. Daarbij gaat hij in op zijn overleg met de raad.

Artikel 7a luidt (gedeeltelijk): De commissaris ziet toe op een ordelijk verloop van de procedure met betrekking tot het ontslag van een burgemeester. De commissaris onderzoekt de mogelijkheid of een gerezen conflict tussen de raad en de burgemeester kan worden opgelost. Ingeval van een mogelijke verstoorde verhouding tussen de burgemeester en de raad adviseert de commissaris op diens verzoek Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (..). Na de ontvangst van de aanbeveling inzake het ontslag van de burgemeester zendt de commissaris deze door naar Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties vergezeld van zijn advies daarover. Tevens rapporteert de commissaris over zijn bevindingen met betrekking tot de inhoud en het verloop van de procedure. Daarbij gaat hij in op zijn overleg met de raad.

Artikel 7b luidt: De commissaris informeert Onze Minister bij verstoorde bestuurlijke verhoudingen in een gemeente en wanneer de bestuurlijke integriteit van een gemeente in het geding is. Hij informeert Onze Minister daarbij tevens over de maatregelen die hij ter zake neemt.

Niet gecorrigeerde verslag van de plenaire vergadering van dinsdag 13 november 2018 op de website van de Eerste Kamer: https://www.eerstekamer.nl/verslag/20181113/verslag

Waterschapsverkiezingen 2019: benoeming vertegenwoordiger natuur

WOENSDAG 14 NOVEMBER 2018 Over enkele maanden zijn er weer verkiezingen voor de waterschappen (maart 2019). Waterschappen worden ook wel hoogheemraadschappen genoemd. Wekelijks staat hier een bijdrage over de waterschapsverkiezingen. De bijdrage van deze week gaat over de wijze waarop de vertegenwoordigers van de bezitters van natuurterreinen worden gekozen in het algemeen bestuur.

Algemeen bestuur Het algemeen bestuur bestaat niet alleen uit vertegenwoordigers van de mensen die in het waterschap wonen (de ingezetenen), maar ook uit vertegenwoordigers van de bezitters van land- en tuinbouwgronden en uit vertegenwoordigers van het bedrijfsleven. Bovendien bestaat het uit vertegenwoordigers van de bezitters van natuurterreinen. In de waterschappen Delfland (Zuid-Holland) en Rivierenland (grotendeels Gelderland) telt het algemeen bestuur 30 leden. Het algemeen bestuur van een waterschap is enigszins vergelijkbaar met de gemeenteraad.

Opbouw Het algemeen bestuur in Delfland bestaat uit 21 vertegenwoordigers van de ingezetenen, vier vertegenwoordigers van bezitters van de land- en tuinbouwgronden, vier vertegenwoordigers van het bedrijfsleven en ten slotte één vertegenwoordiger van de bezitters van natuurterreinen. Het algemeen bestuur in Rivierenland bestaat uit 22 vertegenwoordigers van de ingezetenen, vier vertegenwoordigers van de bezitters van de land- en tuinbouwgronden, drie vertegenwoordigers van het bedrijfsleven en ten slotte één vertegenwoordiger van de bezitters van natuurterreinen. In beide waterschappen hebben de bezitters van natuurterreinen dus slechts één vertegenwoordiger.

VBNE In zowel Delfland als Rivierenland is het de vereniging van bos- en natuurterreineigenaren (VBNE) die die vertegenwoordiger benoemt. De leden van deze vereniging zijn géén mensen van vlees en bloed maar organisaties. Er zijn zes organisaties lid: Staatsbosbeheer, Vereniging van Natuurmonumenten, LandschappenNL, Rijksvastgoedbedrijf, Natuurnetwerk Gemeenten en de Federatie Particulier Grondbezit. LandschappenNL is het samenwerkingsverband van de provinciale landschappen, zoals Het Zuid-Hollands Landschap en Het Geldersch Landschap en Kasteelen.

Eén regeling VBNE maakt zelf de regeling voor de (wijze waarop zij komt tot de) benoeming van de vertegenwoordiger. Die regeling is voor Delfland en Rivierenland dezelfde.

Benoemingscommissie De benoemingscommissie voert sollicitatiegesprekken en brengt uiteindelijk schriftelijk advies uit. Daarin staat welke sollicitant zij het meest geschikt acht en waarom dat zo is; er kan ook in staan dat geen enkele sollicitant geschikt is (dan volgt een nieuwe sollicitatieronde). De benoemingscommissie bestaat uit afgevaardigden van de zes verenigingsleden. Er moet altijd een afgevaardigde van de Federatie Particulier Grondbezit in zitten. Datzelfde geldt voor Staatsbosbeheer, Vereniging Natuurmonumenten en LandschappenNL: twee van deze organisaties moeten althans een afgevaardigde hebben gestuurd. De andere verenigingsleden mogen een afgevaardigde sturen. De commissie bestaat dus uit minstens drie leden en maximaal zes. Voor het uitbrengen van advies voldoet een meerderheidsbesluit. Het werkgebied van de commissie bestaat uit alle waterschappen in een provincie. Elke provincie heeft dus een eigen commissie.

Bestuur van VBNE VBNE is een vereniging en heeft dus naast leden ook een bestuur. De benoemingscommissie brengt advies uit aan dit bestuur. Het bestuur besluit wie de vertegenwoordiger in het algemeen bestuur van het waterschap wordt. Het hoeft het advies van de commissie dus niet over te nemen. De voorzitter van de commissie mag het in de bestuursvergadering mondeling toelichten. Commissievoorzitter is een commissielid die de anderen als voorzitter hebben aangewezen.

Sollicitant De sollicitatieprocedure staat voor iedereen open die meerderjarig is en in het waterschap woont.

BRONNEN:

Artikel 12 Waterschapswet luidt (gedeeltelijk): Lid 1. Het algemeen bestuur is samengesteld uit vertegenwoordigers van categorieën van belanghebbenden bij de uitoefening van de taken van het waterschap. Lid 2. In het algemeen bestuur zijn de volgende categorieën van belanghebbenden vertegenwoordigd: a. de ingezetenen; b. degenen die krachtens eigendom, bezit of beperkt recht het genot hebben van ongebouwde onroerende zaken, niet zijnde natuurterreinen als bedoeld in artikel 116, onder c; c. degenen die krachtens eigendom, bezit of beperkt recht het genot hebben van natuurterreinen als bedoeld in artikel 116, onder c; d. degenen die krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebouwde onroerende zaken in gebruik hebben als bedrijfsruimte.

Artikel 116 luidt: Voor de toepassing van dit hoofdstuk en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder: c. natuurterreinen: ongebouwde onroerende zaken waarvan de inrichting en het beheer geheel of nagenoeg geheel en duurzaam zijn afgestemd op het behoud of de ontwikkeling van natuur. Onder natuurterreinen worden mede verstaan bossen en open wateren met een oppervlakte van ten minste één hectare.

Artikel 2 luidt (gedeeltelijk): De bevoegdheid tot regeling van (de) samenstelling van hun bestuur en tot de verdere reglementering van waterschappen behoort aan provinciale staten. De uitoefening van deze bevoegdheid geschiedt bij provinciale verordening.

Artikel 9 Reglement van Bestuur voor het Hoogheemraadschap van Delfland (2015) luidt (gedeeltelijk): 1. Het algemeen bestuur bestaat uit 30 leden. Van deze leden vertegenwoordigen: a. eenentwintig leden de categorie ingezetenen als bedoeld in artikel 12, tweede lid, onder de letter a van de Waterschapswet; b. vier leden de categorie ongebouwd als bedoeld in artikel 12, tweede lid, onder de letter b van de Waterschapswet; c. één lid de categorie natuurterreinen als bedoeld in artikel 12, tweede lid, onder de letter c van de Waterschapswet; d. vier leden de categorie bedrijven als bedoeld in artikel 12, tweede lid, onder de letter d van de Waterschapswet. Lid 2. a. De leden bedoeld in het eerste lid, onder b worden benoemd door de Land- en Tuinbouworganisatie Noord, genoemd in het Besluit vaststellingregio’s. Het lid, bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, wordt benoemd door de Vereniging van Bos en Natuurterreineigenaren (de laatste zin treedt pas in werking vanaf 2019).

Artikel 6 Reglement voor Waterschap Rivierenland luidt: Het algemeen bestuur bestaat uit dertig leden. Hiervan vertegenwoordigen: a. tweeëntwintig leden de categorie ingezetenen; b. vier leden de categorie ongebouwd; c. één lid de categorie natuurterreinen; d. drie leden de categorie bedrijven.

Artikel 7 luidt (gedeeltelijk): Benoeming vertegenwoordigers geborgde zetels. Lid 3. Voor de categorie natuurterreinen wordt door de Vereniging van Bos- en Natuurterreineigenaren één vertegenwoordiger benoemd.

Artikel 14 Waterschapswet (gedeeltelijk): Lid 1. 1 De vertegenwoordigers van de categorieën van belanghebbenden, bedoeld in artikel 12, tweede lid, onderdelen b en c, worden benoemd door de daartoe bij reglement aangewezen organisaties. Indien voor een categorie meer dan één organisatie wordt aangewezen wordt bij reglement bepaald op welke wijze de aangewezen organisaties tot een benoeming komen. Lid 3. De organisaties, bedoeld in de voorgaande leden, voorzien tijdig in een regeling omtrent de selectie en de benoeming van de vertegenwoordiger of vertegenwoordigers van de desbetreffende categorie van belanghebbenden en zenden de regeling ter kennisneming aan het waterschapsbestuur. Het waterschapsbestuur maakt de regelingen bekend.

Regeling benoeming waterschapsbestuursleden Natuurterreinen (regeling van de VBNE):

https://repository.officiele-overheidspublicaties.nl/externebijlagen/exb-2018-18125/1/bijlage/exb-2018-18125.pd