LTO en de waterschappen

WOENSDAG 17 OKTOBER 2018 Over een half jaar zijn er weer verkiezingen voor de waterschappen (maart 2019). Waterschappen worden ook wel hoogheemraadschappen genoemd. Wekelijks staat hier een bijdrage over de waterschapsverkiezingen. De bijdrage van deze week gaat over de wijze waarop de vertegenwoordigers van de bezitters van land- en tuinbouwgronden in het algemeen bestuur worden gekozen.

Algemeen bestuur Het algemeen bestuur bestaat niet alleen uit vertegenwoordigers van de mensen die in het waterschap wonen (de ingezetenen), maar ook uit vertegenwoordigers van de bezitters van in het waterschap gelegen land- en tuinbouwgronden en natuurterreinen. Bovendien bestaat het algemeen bestuur uit vertegenwoordigers van de bezitters van in het waterschap gelegen natuurterreinen en uit vertegenwoordigers van het bedrijfsleven in het waterschap. In de waterschappen Delfland (Zuid-Holland) en Rivierenland (grotendeels Gelderland) telt het algemeen bestuur 30 leden. Het algemeen bestuur van een waterschap is enigszins vergelijkbaar met de gemeenteraad.

Land– en tuinbouwgronden In Delfland en Rivierenland zijn 4 van de 30 leden van het algemeen bestuur vertegenwoordigers van de bezitters van in het waterschap gelegen land- en tuinbouwgronden. Die vier worden niet gekozen door burgers, maar door organisaties. De provincie wijst aan welke organisaties dat zijn. Zuid-Holland heeft in Delfland LTO Noord aangewezen als de organisatie door wie zij alle vier worden gekozen; de afkorting LTO staat voor Land- en Tuinbouworganisatie. Gelderland heeft in Rivierenland twee organisaties aangewezen die elk twee vertegenwoordigers kiezen: diezelfde LTO Noord en nog een andere organisatie, namelijk ZLTO; dat is de officiële afkorting voor Zuidelijke Land- en Tuinbouworganisatie.

LTO-Noord en ZLTO De aangewezen organisaties moeten een regeling maken over de wijze waarop zij de vertegenwoordigers gaan kiezen. ZLTO en LTO-Noord hebben in Rivierenland gezamenlijk een regeling gemaakt. De regeling in Delfland en de (gezamenlijke) regeling in Rivierenland zijn – als ik het goed zie – identiek. Wat staat erin?

Kandidaten Ten eerste over degene die zich kandidaat willen stellen om vertegenwoordiger te worden. Een kandidaat moet in elk geval 18 jaar of ouder zijn en in het waterschap wonen. Verder moet hij of zij affiniteit hebben met land- en tuinbouw en met het werkveld van het waterschap. Zij of hij moet ook voldoende tijd hebben. Iemand die kandidaat wil worden, moet solliciteren.

Selectiecommissie Elk van de organisaties stelt een eigen selectiecommissie in. Die commissie bestaat uit 3 tot 5 leden. Daaraan kunnen nog een of meer extern adviseurs worden toegevoegd, zoals een bestuurslid van het waterschap (mits hij of zij niet herverkiesbaar is). Er wordt een secretaris toegevoegd, die een eerste selectie maakt door de sollicitanten eruit te halen die niet aan de eisen voldoen. Daarna gaat de selectiecommissie aan de slag met de overige kandidaten. Zij kan kandidaten uitnodigen voor een gesprek.

Voorzitter De commissie kiest uit haar midden een voorzitter; dat moet iemand zijn die afkomstig is uit de organisaties van LTO-Noord of ZLTO. Minstens één van de commissieleden zal dus uit die organisaties afkomstig moeten zijn!

Advies Uiteindelijk komt de selectiecommissie tot een schriftelijk advies. Daarin worden 4 kandidaten voorgedragen om te worden benoemd (Delfland) of twee keer twee kandidaten (Rivierenland). Het advies moet schriftelijk zijn gemotiveerd. Het advies hoeft niet unaniem te zijn; de meerderheid van de aanwezige selectiecommissieleden voldoet. Bovendien hoeft niet iedereen aanwezig te zijn; voldoende is als de meerderheid aanwezig is. Als de commissie uit vijf leden bestaat, hoeven dus slechts drie leden aanwezig te zijn bij het nemen van besluiten, zoals vaststelling van het advies. Als er drie leden aanwezig zijn, kan dus met twee leden het advies worden vastgesteld.

Benoeming Het schriftelijk advies wordt gegeven aan de besturen van LTO-Noord en ZLTO. Die besturen maken de keuze uit de kandidaten. Ze kunnen ervoor kiezen om het advies van de selectiecommissie helemaal over te nemen en de vier of twee keer twee voorgestelde kandidaten te benoemen. Maar ze kunnen er ook voor kiezen om dat niet te doen en een of meer andere kandidaten te benoemen. Een lijst met de sollicitaties van alle kandidaten (groslijst) wordt aan het advies toegevoegd. De voorzitter van de selectiecommissie mag in de bestuursvergadering een mondelinge toelichting geven op het advies.

BRONNEN

Artikel 12 Waterschapswet luidt (gedeeltelijk): Lid 1. Het algemeen bestuur is samengesteld uit vertegenwoordigers van categorieën van belanghebbenden bij de uitoefening van de taken van het waterschap. Lid 2. In het algemeen bestuur zijn de volgende categorieën van belanghebbenden vertegenwoordigd: a. de ingezetenen; b. degenen die krachtens eigendom, bezit of beperkt recht het genot hebben van ongebouwde onroerende zaken, niet zijnde natuurterreinen als bedoeld in artikel 116, onder c; c. degenen die krachtens eigendom, bezit of beperkt recht het genot hebben van natuurterreinen als bedoeld in artikel 116, onder c; d. degenen die krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebouwde onroerende zaken in gebruik hebben als bedrijfsruimte.

Artikel 14 Waterschapswet luidt (gedeeltelijk): Lid 1. De vertegenwoordigers van de categorieën van belanghebbenden, bedoeld in artikel 12, tweede lid, onderdelen b en c, worden benoemd door de daartoe bij reglement aangewezen organisaties of, voor zover daarin bij reglement nog niet is voorzien, een door Onze Minister aangewezen organisatie. Lid 3. De organisaties, bedoeld in de voorgaande leden, voorzien tijdig in een regeling omtrent de selectie en de benoeming van de vertegenwoordiger of vertegenwoordigers van de desbetreffende categorie van belanghebbenden en zenden de regeling ter kennisneming aan het waterschapsbestuur. Het waterschapsbestuur maakt de regelingen bekend.

Artikel 2 Waterschapswet luidt (gedeeltelijk): De bevoegdheid tot regeling van (de) samenstelling van hun bestuur en tot de verdere reglementering van waterschappen behoort aan provinciale staten. De uitoefening van deze bevoegdheid geschiedt bij provinciale verordening.

Artikel 9 Reglement van Bestuur voor het Hoogheemraadschap van Delfland (2015) luidt (gedeeltelijk): 1. Het algemeen bestuur bestaat uit 30 leden. Van deze leden vertegenwoordigen: a. eenentwintig leden de categorie ingezetenen als bedoeld in artikel 12, tweede lid, onder de letter a van de Waterschapswet; b. vier leden de categorie ongebouwd als bedoeld in artikel 12, tweede lid, onder de letter b van de Waterschapswet; c. één lid de categorie natuurterreinen als bedoeld in artikel 12, tweede lid, onder de letter c van de Waterschapswet; d. vier leden de categorie bedrijven als bedoeld in artikel 12, tweede lid, onder de letter d van de Waterschapswet. Lid 2. a. De leden bedoeld in het eerste lid, onder b worden benoemd door de Land- en Tuinbouworganisatie Noord, genoemd in het Besluit vaststelling regio’s.

Artikel 6 Reglement voor Waterschap Rivierenland luidt: Het algemeen bestuur bestaat uit dertig leden. Hiervan vertegenwoordigen: a. tweeëntwintig leden de categorie ingezetenen; b. vier leden de categorie ongebouwd; c. één lid de categorie natuurterreinen; d. drie leden de categorie bedrijven.

Artikel 7 Reglement voor Waterschap Rivierenland luidt (gedeeltelijk): Voor de categorie ongebouwd worden door de Land- en Tuinbouw Organisatie Noord twee vertegenwoordigers en de Zuidelijke Land- en Tuinbouw Organisatie twee vertegenwoordigers benoemd.

Regeling benoeming bestuursleden in de categorie ongebouwd van het waterschapsbestuur door het bestuur van LTO Noord (Delfland): artikelen 2 tot en met 5 https://zoek.officielebekendmakingen.nl/wsb-2018-3212.html

Regeling benoeming waterschapsbestuursleden Ongebouwd (Rivierenland): artikelen 2 tot en met 5 https://zoek.officielebekendmakingen.nl/wsb-2018-3187.html

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *