Dinsdag 5 december 2017. Minister Slob heeft gezegd dat hij de Publieke Omroep met 62 miljoen euro zal korten. Dat is het bedrag waarmee de Ster-inkomsten zijn afgenomen. Een directeur van de Publieke Omroep stuurt een ingezonden brief naar de krant: hij vindt deze korting onredelijk. Wat wordt bedoeld met de Ster-inkomsten? In de Mediawet staat dat daarmee wordt bedoeld inkomsten uit reclame van derden dat op een van de publieke zenders wordt uitgezonden. Publieke zenders voor televisie zijn NPO 1, 2 en 3. Alleen de Stichting Etherreclame (afgekort tot Ster) mag die reclame verzorgen. De minister benoemt het stichtingsbestuur van de Ster. Uiteraard zijn die derden (denk bijvoorbeeld aan een smartphone producent) bereid om daarvoor een prijs te betalen. Dat zijn de Ster-inkomsten, want de prijs wordt betaald aan de Ster. De Ster draagt deze inkomsten na aftrek van kosten af aan het ministerie van Cultuur. De minister stelt in zijn jaarlijkse begroting budget beschikbaar voor de publieke omroep. De minister heeft nu gezegd dat hij het budget verlaagt met de tegenvallende reclame-inkomsten. De publieke omroep heeft naast reclame-inkomsten ook inkomsten uit sponsoring. Zie over publieke omroep ook blog van 28 november.
Artikel 2.91 lid 1 en 2 Mediawet luidt: In het media-aanbod van de publieke mediadiensten mogen reclame- en telewinkelboodschappen die zijn aangeboden door derden worden opgenomen. Reclame- en telewinkelboodschappen, inclusief omlijsting daarvan, in het media-aanbod van de landelijke publieke mediadienst worden uitsluitend verzorgd door de Ster.
Artikel 2.99 Mediawet luidt (gedeeltelijk): De Stichting Etherreclame heeft tot taak het verzorgen van media-aanbod voor de landelijke publieke mediadienst dat bestaat uit reclame- en telewinkelboodschappen die zijn aangeboden door derden, inclusief omlijsting daarvan.
Artikel 2.100 lid 1 Mediawet luidt: Het bestuur van de Ster bestaat uit vijf leden die door Onze Minister worden benoemd, geschorst en ontslagen.
Artikel 2.105 lid 3 Mediawet luidt: De inkomsten die de Ster verwerft uit de verzorging van reclame- en telewinkelboodschappen voor de landelijke publieke mediadienst stelt zij na aftrek van de door Onze Minister goedgekeurde uitgaven ter beschikking van Onze Minister.
Artikel 2.106 lid 1 Mediawet luidt: Media-aanbod van de publieke mediadiensten wordt niet gesponsord.
Artikel 2.106 lid 2 Mediawet luidt: Het eerste lid is niet van toepassing op media-aanbod: a. van culturele aard; b. van educatieve aard; c. bestaande uit het verslag of de weergave van een of meer sportevenementen of sportwedstrijden; en d. bestaande uit het verslag of de weergave van evenementen ten behoeve van ideële doelen.