Maandag 8 januari 2018. De krant van vandaag bericht over Britse gevangenen bij wie drones mobiele telefoons bezorgen (kunnen tussen de tralies van hun ramen door worden aangenomen) en er staat een bericht in over gevangenen in Nederlandse huizen van bewaring die de politie helpen bij het oplossen van cold cases. Het eerste is uiteraard illegaal; het tweede legaal. Bestaan er eigenlijk wetten voor mensen die van hun vrijheid zijn beroofd door de rechter? Jazeker. Dat is de Penitentiaire beginselenwet. Daarin heten gevangenen gedetineerden die verblijven in penitentiaire inrichtingen. De wet kent verschillende inrichtingen, zoals de gevangenis en het huis van bewaring. Een gevangenis is voor mensen die na een veroordeling hun straf uitzitten. Een huis van bewaring is hoofdzakelijk voor mensen in voorlopige hechtenis, de rechtbank heeft nog geen vonnis uitgesproken. Meestal is de verblijfsduur in een huis van bewaring (veel) korter dan in een gevangenis. Ik vermoed daarom dat bovenstaand krantenbericht ten onrechte van huizen van bewaring spreekt in plaats van gevangenissen. Het opperbeheer van alle penitentiaire inrichtingen berust bij de minister van justitie. Elke inrichting heeft een directeur, benoemd door de minister van justitie.
Artikel 1 aanhef en sub b en e luidt (gedeeltelijk): Voor de toepassing van deze wet en de daarop rustende bepalingen wordt verstaan onder inrichting een penitentiaire inrichting (en onder) gedetineerde een persoon ten aanzien van wie de tenuitvoerlegging van een vrijheidsstraf of vrijheidsbenemende maatregel in een inrichting plaatsvindt.
Artikel 9 lid 1 luidt (gedeeltelijk): Inrichtingen zijn te onderscheiden in huizen van bewaring, gevangenissen en inrichtingen voor stelselmatige daders.
Artikel 10 lid 1 luidt: Gevangenissen zijn bestemd voor de opneming van personen die, al dan niet onherroepelijk, tot vrijheidsstraf zijn veroordeeld.
Artikel 9 lid 2 aanhef en sub a luidt : Huizen van bewaring zijn bestemd voor de opneming van: personen ten aanzien van wie een bevel tot voorlopige hechtenis is gegeven en die in afwachting zijn van berechting in eerste aanleg;
Artikel 3 lid 2 luidt (gedeeltelijk): Het opperbeheer van de inrichtingen berust bij Onze Minister.
Artikel 3 lid 3 luidt: Het beheer van een inrichting of afdeling berust bij de directeur, die als zodanig door Onze Minister wordt aangewezen.