DINSDAG 16 FEBRUARI 2021 De GGD is sinds de coronatijd veel in het nieuws, bijvoorbeeld in verband met testen en vaccineren. Wat is eigenlijk de GGD?
GGD is niet pas opgericht in de coronatijd maar bestaat al jarenlang. De letters staan voor Gemeentelijke gezondheidsdienst.
GEZONDHEIDSDIENST De GGD is dus een gezondheidsdienst die publieke gezondheidszorg verleent, dat wil zeggen maatregelen die de gezondheid voor de bevolking of specifieke groepen daaruit beschermen en bevorderen, inclusief het voorkomen en vroegtijdig opsporen van ziekten. Ze heeft bijvoorbeeld zorgtaken op het gebied van jeugdgezondheid en ouderengezondheid en houdt zich bezig met de bestrijding van tuberculose en seksueel overdraagbare aandoeningen (soa’s). Dit zijn slechts enkele voorbeelden: het takenpakket is veel ruimer.
GEEN CURATIEVE ZORG De gezondheidsdiensten van de GGD bestaan vooral uit preventie, voorlichting en onderzoek. Curatieve zorg valt daar niet onder. Dat is de zorg die bijvoorbeeld ziekenhuizen en verpleeghuizen, huisartsen, tandartsen en apotheken aan hun patiënten verlenen.
GEMEENTELIJK Elke gemeente in ons land heeft een gemeentelijke gezondheidsdienst. Er is dus niet één GGD, maar er zijn veel GGD’s. Daarmee is trouwens niet gezegd dat elke gemeente een eigen gezondheidsdienst heeft. Integendeel: geen enkele gemeente heeft een eigen gezondheidsdienst. Elke GGD is namelijk een samenwerking van verschillende gemeenten. Zo werken in GGD Haaglanden 9 gemeenten met elkaar samen, 15 in GGD Rotterdam-Rijnmond en in die van Gelderland-Midden en zelfs 21 in die van Brabant-Zuidoost. In sommige GGD’s werken alle gemeenten van een provincie met elkaar samen; dat is bijvoorbeeld het geval in Groningen, Zeeland en Utrecht. Ons land telt vijfentwintig GGD’s.
SAMENWERKENDE GEMEENTEN Gemeenten werken niet alleen voor gezondheidsdiensten met elkaar samen. Dat gebeurt ook op veel andere beleidsterreinen, zoals bijvoorbeeld milieu, inkoop, ICT, energie en jeugd- en gezinshulp. Gemeenten mogen in het algemeen zelf bepalen in welke vorm ze met elkaar samenwerken. Zo kunnen ze net als particulieren kiezen voor een vereniging of vennootschap. Ze kunnen er ook voor kiezen om een openbaar lichaam op te richten; particulieren kunnen dit laatste niet. Soms moeten gemeenten kiezen voor een openbaar lichaam als samenwerkingsvorm. Dat is het geval met de GGD: de GGD mag geen vereniging of vennootschap zijn, het moet een openbaar lichaam zijn.
OPENBAAR LICHAAM Er zijn in ons land heel veel openbare lichamen. Zo is elk van de 350 Nederlandse gemeenten een openbaar lichaam, net als de provincies. De meeste openbare lichamen zijn typisch overheid. Er zijn echter uitzonderingen: zo is ook de Nederlandse Orde van Advocaten een openbaar lichaam.
BESTUUR Een openbaar lichaam kan net als een vereniging en een particulier zelfstandig deelnemen aan de maatschappij. Om dat te doen heeft ze een bestuur nodig. Een gemeentebestuur bestaat uit gemeenteraad, burgemeester en college (van burgemeester en wethouders). Dat is zo geregeld in de Gemeentewet. De inwoners kiezen de gemeenteraad; de gemeenteraad kiest de wethouders en – tot op zekere hoogte – de burgemeester.
GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING Een GGD bestaat uit algemeen bestuur, dagelijks bestuur en voorzitter. In het algemeen bestuur van een GGD zitten wethouders en burgemeesters. Ze zijn gekozen door en uit de colleges van de deelnemende gemeenten. Dit algemeen bestuur kiest uit zijn midden de voorzitter en de andere leden van het dagelijks bestuur. Dat is zo geregeld in de Wet gemeenschappelijke regelingen. Een GGD is een openbaar lichaam én een gemeenschappelijke regeling; een gemeente is alleen een openbaar lichaam.
GGD REGIO UTRECHT Ter illustratie een voorbeeld. In de GGD (regio) Utrecht werken alle (26) gemeenten van de provincie Utrecht met elkaar samen. Dat gebeurt op basis van een overeenkomst. Het algemeen bestuur bestaat in deze GGD helemaal uit wethouders. Elk van de 26 colleges (van burgemeester en wethouders) heeft er uit zijn midden één aangewezen, meestal de wethouder voor Volksgezondheid.
VERANTWOORDING Kan die wethouder gewoon zijn gang gaan? De wethouder moet in elk geval aan zijn college en aan de gemeenteraad verantwoording afleggen voor wat hij in het algemeen bestuur doet of nalaat. Vragen van individuele raadsleden moet hij beantwoorden. Het college kan hem zo nodig ontslaan uit het algemeen bestuur; de gemeenteraad kan dat niet.
ONGELIJKE KAPPEN Elke Utrechtse gemeente heeft dus een wethouder in het algemeen bestuur, maar dit betekent niet dat bij het nemen van besluiten elke wethouder een gelijke stem heeft. Toch hebben de wethouders van de (negen) kleinste gemeenten nog altijd ieder één stem, terwijl de Utrechtse wethouder in zijn eentje ‘slechts’ goed is voor negen stemmen. Er zijn in totaal 68 stemmen uit te brengen; er is dan dus een gewone meerderheid vóór bij 35 stemmen.
DAGELIJKS BESTUUR Nu is het ook weer niet zo dat stemgewicht in het algemeen bestuur de machtsverhouding in het bestuur van de GGD bepaalt. Het algemeen bestuur van de GGD Regio Utrecht vergadert namelijk niet wekelijks, het hoeft dat maar twee keer per jaar te doen. Daarom is er ook nog een voorzitter en een dagelijks bestuur. Zes dagelijkse bestuurders worden uit en door het algemeen bestuur gekozen; dat zijn dus ook wethouder. Dat gebeurt met een gewone meerderheid van stemmen. Het resultaat moet wel zijn dat er een geografische spreiding is van die dagelijkse bestuurders. Elke dagelijkse bestuurder heeft één stem.
VOORZITTER En de zevende dagelijkse bestuurder, de voorzitter, is altijd de Utrechtse wethouder!
DIRECTEUR Die voorzitter moet worden onderscheiden van de directeur publieke gezondheid. De directeur heeft de leiding over de gezondheidsdienst en is secretaris in de besturen. Hij is geen wethouder. Hij wordt weliswaar door het algemeen bestuur benoemd, maar – en dat is tevens een wettelijke eis – wel altijd in overeenstemming met het bestuur van de Utrechtse veiligheidsregio. Dat bestuur bestaat alleen uit de burgemeesters.
(Mr. Leon)